Milieubeleid oorzaak slechte visstand!
In de Leeuwarder Courant van maandag 14 januari staat het volgende:
'Milieubeleid is oorzaak van dramatische visstand'
NIJKERK - Het milieubeleid zorgt ervoor dat de visstand in Waddenzee, Noordzee en IJsselmeer zo dramatisch achteruit gaat. Sterker nog, de milieuorganisaties zijn de veroorzakers van de grootste milieuramp van de wereld. Het is een niet-alle-daagse boodschap die Jan van de Geest, oud-veehouder en grondlegger van de Stichting voor Wetenschappelijk Natuur- en Milieubeleid (SWNM), verkondigt.
De stichting wil de visserijsector een steuntje in de rug geven. Op een bijeenkomst, zaterdag in Nijkerk, deed van de Geest dat door vooral af te geven op de milieuclubs."Ze houden er een bepaald geloof op na, het is een soort sekte waar de regering zich aan vastklampt." De SWNM ziet het als plicht, als roeping zelfs, om de burgers te waarschuwen.
Volgens van de Geest vormt het fosfaatprobleem de kern van de ellende. Nadat de milieulobby ertoe heeft geleid dat in opdracht van de Europese Commissie wasmiddelen fosfaatvrij zijn gemaakt, deugt de voedselkringloop in de zee niet meer. Er ontstaat een tekort aan voedsel, predikt van de Geest. Het lijkt zo mooi, het water wordt helder en het ziet er schoon uit. Maar niemand ziet dat er helemaal geen leven in zit. Meer fosfaat levert meer plantengroei op, meer plankton vooral, waar de vis dan weer van leeft.
De SWNM wil de boodschap kwijt aan iedereen die het wil horen. Kamerfracties, ministeries, universiteiten, milieuclubs, gezondheidsdiensten en organisaties voor de visserij waren allemaal voor de bijeenkomst uitgenodigd. Ze waren niet of nauwelijks vertegenwoordigd. Er waren zelfs amper vissers.
'Milieubeleid is oorzaak van dramatische visstand'
NIJKERK - Het milieubeleid zorgt ervoor dat de visstand in Waddenzee, Noordzee en IJsselmeer zo dramatisch achteruit gaat. Sterker nog, de milieuorganisaties zijn de veroorzakers van de grootste milieuramp van de wereld. Het is een niet-alle-daagse boodschap die Jan van de Geest, oud-veehouder en grondlegger van de Stichting voor Wetenschappelijk Natuur- en Milieubeleid (SWNM), verkondigt.
De stichting wil de visserijsector een steuntje in de rug geven. Op een bijeenkomst, zaterdag in Nijkerk, deed van de Geest dat door vooral af te geven op de milieuclubs."Ze houden er een bepaald geloof op na, het is een soort sekte waar de regering zich aan vastklampt." De SWNM ziet het als plicht, als roeping zelfs, om de burgers te waarschuwen.
Volgens van de Geest vormt het fosfaatprobleem de kern van de ellende. Nadat de milieulobby ertoe heeft geleid dat in opdracht van de Europese Commissie wasmiddelen fosfaatvrij zijn gemaakt, deugt de voedselkringloop in de zee niet meer. Er ontstaat een tekort aan voedsel, predikt van de Geest. Het lijkt zo mooi, het water wordt helder en het ziet er schoon uit. Maar niemand ziet dat er helemaal geen leven in zit. Meer fosfaat levert meer plantengroei op, meer plankton vooral, waar de vis dan weer van leeft.
De SWNM wil de boodschap kwijt aan iedereen die het wil horen. Kamerfracties, ministeries, universiteiten, milieuclubs, gezondheidsdiensten en organisaties voor de visserij waren allemaal voor de bijeenkomst uitgenodigd. Ze waren niet of nauwelijks vertegenwoordigd. Er waren zelfs amper vissers.
Ook ik ben er van overtuigd dat vele onderzoeken niet gepubliceerd worden om de ingeslagen wegen, omtrent fosfaten,nitraten e.d., zo weinig mogelijk te belemmeren!
Natuurlijk is ook de beroepsvisserij schadelijk voor het momentele visbestand in onze wateren. De wateren kunnen de vraag niet "bolwerken". De vraag is groter dan het aanbod.
Wij mensen kunnen andere voedselbronnen aanboren, hetgeen voor de onderwaterwereld niet is weggelegd. Nee, hier wordt zelfs door menselijke ingrepen op levenselementen "bezuinigd"!
Wij sportvissers geven o.a. het beroep de schuld, het beroep o.a. de aalscholver en zeehonden. Maar ook ik denk dat de overheden de grootste vinger in de pap hebben.
Illegale en legale lozingen van gifstoffen en de al aanwezige gifstoffen in onze wateren zoveel mogelijk aanpakken en wat minder gefocust op minimalisatie van levenselementen is mijn motto.
groeten Piet
Lolke,
Een interressant stukje moet ik zeggen.
Ik weet dat de fosfaatverhouding voor de zoetwatervisserij van grote invloed is op de helderheid en daarmee dus de voedselarmheid van het water, maar ik wist niet dat dit ook voor zoutwater opging!
Ik hoop alleen dat er iets gedaan wordt met bovenstaand verhaal.
Groeten, Stefan
Zou die van der Geest wel weten dat vroeger, voordat er zoveel fosfaten in de wasmiddelen zaten, de wateren barstten van de vis? Waar zouden die toen vandaan gekomen zijn?
Jan van der Geest is failliet gegaan doordat zijn vee is vergiftigd door overstorten van rioolwater in sloten waar zijn koeien uit dronken. Dat is natuurlijk een groot persoonlijk drama voor die man en het is te begrijpen dat hij daardoor zwaar gefrustreerd is. Maar hij schopt een beetje te wild om zich heen en probeert iedereen voor zijn karretje te spannen. Bij de beroepsvisserij vindt hij natuurlijk een gewillig oor (en waarschijnlijk financiële middelen).
Ik kan niet anders dan hem met een behoorlijke korrel zout nemen.
Dr. Dolf Boddeke waarschuwde vele jaren geleden al dat vermindering van fosfaat in wasmiddelen zou leiden tot een kleiner visbestand. Hij heeft dus gelijk gekregen. Dat neemt niet weg dat die fosfaten niet thuishoren in het water en zeker niet als ze afkomstig zijn van een volstrekt ongecontroleerde toevoer via wasmiddelen. Je kan er natuurlijk voor kiezen het water kunstmatig te bemesten, zoals een boer dat doet met zijn land door er kunstmest op te gooien. Je kan dan nauwkeurig doseren. Als je dat combineert met een goed beheer van de visstapel, o.a. invoeren van een maximum-maat (jawel: maximum-!) zou je een behoorlijke vergroting van de visstapel krijgen.
Maar dat is een politieke keuze waarbij je afziet van "natuurlijk" water, maar kiest voor ingrijpen in de natuur. En omdat wij een democratie zijn, maken we die keuze met z'n allen. Helaas wordt dat ideaalbeeld nogal verstoord door wetenschappers die elkaar tegenspreken, beroepsvissers die goed lobby'en, sportvissers die hun stem niet goed laten horen en milieu-aktivisten die die daar juist bijzonder goed in slagen.
Natuurlijk zal een beperkte hoeveelheid "vervuiling" tot visstandverhoging leiden.
Zo ook een beperkte hoeveelheid fosfaat.
Er wordt echter ten onrechte gesuggereerd dat de ongebreidelde lozingen in de 60er jaren debet waren aan een goede visstand.
Dat is Q-U-A-T-C-H ! (onzin).
De visstand destijds was slechter dan nu. Met pieken ving men bergen witwis, die na lozingen weer verdwenen. Waar goed gevangen werd, kwam dat vaak doordat menige hsv alle geld aan uitzettingen uitgaf.
(Waar gaat dat geld thans naar toe?).
Dat de maatschappij van nu fosfaatvrij water nastreeft is een uiterste dat zwartwit gesteld "dood helder water" oplevert. Een beetje meststof zou immers goed zijn en helderheid zegt niets over waterkwaliteit. Wasbenzine bijvoorbeeld..is ook helder!
Lichte eutrofiering is echter niet haalbaar met 17 miljoen mensen op een paar vierkante kilometer.
Het zou mooi zijn, maar zulks loopt altijd uit de hand. Daarom is de wetgeving zoals ze nu is.
Daarom verwijderen rwzi's thans ook fosfaat.
Met als gevolg: helderder water en gevarieerdere visstand bij lagere biomassa dan mogelijk zou zijn met een beetje meer fosfaat.
Met dat helderder water "kweek" je ahw snoek en aalscholver.
Niet moeilijk om te snappen dat het "probleem" van "verbraseming" daarmee langzaam verdwijnt.
De witvissers van nu hebben moeilijke tijden voor de boeg en klagen deels terecht dus.
Aalscholvers zijn een onderschat probleem, dat alleen maar (NOG!)groter wordt met helder water.
Natuurlijke vijanden zijn er niet en afschieten mag niet: misschien doe je ze pijn.
Waren ze maar net zo lekker als snoekbaars. Dan werden ze net zo uitgedund.
Waren we met zijn allen maar niet zo stom, dan zou zelfs het bovenstaande geen probleem zijn:
We zijn (denken we / sukkels dus..)
gelijkelijk met beroepsvissers verdeeld in VBC's.
Een paar honderd beroepsvissers hebben evenveel in te brengen als een paar HONDERDDUIZEND (!) sportvissers.
Als je hier als sportvisserij aan meedoet, dan ben je sowieso al geschift.
Sportvisserij Nederland maakt echter geen vuist en denkt "ons" op een hoger niveau te tillen met de zielige visavonturen van Stoop en Kraal (Vis-TV dus).
De insteek van Sportvisserij naar Beroepsbinnenvisserij zou echter uitsluitend en alleen moeten zijn:
"That did it. Oprotten!".
Niks samen "benutting" uitrekenen in VBC's. Er is namelijk niks te benutten. Laat geen tonnen sportvis als vismeel eindigen. Waar zijn we mee bezig..
Wat nu gebeurt is te stompzinnig voor woorden.
SN wordt geregeerd door angst.
Het roer moet om.
We moeten de baas willen spelen over de zoetwatervisserij in Nederland.
NIET blij zijn dat we mee mogen doen en bang zijn voor.. ja, waarvoor eigenlijk.
Om te janken wat "wij" onszelf aandoen. Jezelf wegcijferen is oerstom. Maar precies dat gebeurt.
Zo, dat lucht op.
Maar het ging om fosfaat en ik houd van rijmpjes:
Een beetje fosfaat,
Kan inderdaad geen kwaad.
Het huidige fosfaatverbod,
Is nog effe geen genot.
Maar voeg daarbij,
Een verbod op beroepsbinnenvisserij.
En wat minder aalscholvers, dan kom je een heel end.
Daaraan eens werkend toont SN zich pas een vent.
Hoogste tijd voor een vereniging met ballen.
Om niet de Sportvisserij te vergallen.
Hoogste tijd om te verzinnen,
Wanneer jullie echt beleid gaan verzinnen.
Prima om te kijken naar Stoop en Kraal,
Maar spreek daar ook eens klare taal!
Een visje weet ik ook heus wel te vangen.
Daarvoor hoef ik niet aan de buis te hangen.
Dus kom met iets hoger nivo.
Met: Sportvissen doe je zo!
Wie denkt: voor benutting is voor velen plaats..
Die is echt melaats.
Jullie geven ZELF de opleidingen en weten het dus beter.
Wie wil onttrekken deugt dus voor geen meter.
Een vis die gevangen wordt aan de haak,
Dat is een goede zaak.
Of het wel of niet zal boeien,
Die kan nog verder groeien.
Wellicht raar dat ik onraad ruik,
maar vis mag nooit eindigen in een fuik.
Beroepsvisserij op het zoete water,
Bezorgt mij een kater.
Laten we dat vermijden,
Om sportvissers te verblijden.
Er is nauwelijks te klagen over de visstand.
Prioriteit EEN is echter dat die niet op de markt belandt.
Ook deze bijdrage heeft tenslotte geen zin.
Maar tegen beter weten in, geloof ik er maar even in.
Hoppe hoppe hoppe,
Nu ga ik stoppe...
Grapje,
Ludo
Beste Arie
Deze persoon is gekrenkt, maar daarintegen zeer gemotiveerd het onderste uit de kan te halen om z'n gelijk te verkrijgen. Verkrijgt hij niet z'n gelijk, oppert hij wel vele argumenten waar een vies geurtje aan hangt.
Iedere organisatie, bedrijf, persoon zal zoveel mogelijk motivaties op de plank neerleggen om z'n gelijk zoveel mogelijk te verkrijgen en daarbij passen geen bevindingen die dit kunnen weerleggen.
Milieu is vandaag de dag een hot item en zal dat ook nog wel een hele lange periode blijven. Milieu-organisaties zullen vast en zeker her en der ook tegenstrijdige bevindingen achterwege laten om hun doelstellingen te bereiken.
Vroeger was er lang niet zoveel vee als momenteel, idem mensen en dus mensen die de was deden. Ook industrie was er voorheen veel minder daarintegen wordt de uitstoot van schadelijke stoffen als ook opslag van eventuele schadelijke stoffen beter gecontroleerd. Ook werd er vroeger lang niet zoveel vis als momenteel (beter gezegd enkele jaren geleden) uit de wateren onttrokken. Daarnaast zal de opwarming van de aarde ook zijn invloed hebben en ga zo maar door...
Vroeger, was vroeger en het is m.i. een utopie het verleden te doen herleven, zelfs niet bij benadering.
Ik denk dat door het (snel) sterk reduceren van de elementen zoals P en N in onze wateren, nu als in de toekomst, meer negatieve dan positieve randverschijnselen zullen opdoemen.
groet Piet
Piet,
Ik deel jou mening dat elke organisatie er alles aan zal doen haar of zijn gelijk te krijgen, waarbij vaak niet beide kanten van de medaille worden getoond.
Verder vraag ik me wel af waarop jij je mening baseert dat er vroeger (beter gezegd enkele jaren geleden) lang niet zoveel vis uit onze wateren werd onttrokken als momenteel. Om dit te kunnen constateren, met (cijfermatige) onderbouwing is immers een betrouwbare registratie door (vele) sport- en/of beroepsvissers onmisbaar.
Het (te) snel reduceren van met name het element P (N schijnt veel minder invloed te hebben)zal inderdaad hoogstwaarschijnlijk meer negatieve dan positieve effecten hebben. Zelf zou ik hier echter liever spreken over "hoofdverschijnselen" i.p.v. randverschijnselen.
Ik sluit me grotendeels aan bij Ludo.
Beste Lolke,
De vistechnieken zijn in de loop der jaren alsmaar effectiever (veelal niet efficienter,ongewilde bijvangsten of vernielingen aan de bodem) geworden. De vangsten werden daarmede door vergroot. Op een gegeven moment is het punt bereikt dat de vangsten groter werden dan de wateren konden reproduceren. De niet rendabele vissers stopten of verlegden hun doelen, door op andere soorten te gaan vissen of verlegden hun teritorium naar nog ongeschonden oorden (hetgeen zich ook meer en meer openbaart op de binnenwateren, paling versus schub of misschien krab).
Qouteringen werden in het leven geroepen (vaak aan de laars gelapt door vele beroeps en stroperij)
Momenteel worden de quoteringen van vele soorten alsmaar naar beneden toe bijgesteld, omdat we er achter zijn gekomen dat de zee alsook de binnenwateren toch eindig zijn in productie.
Qouteringen zijn ingesteld (en worden alsmaar aangepast)om in principe zoveel mogelijk vissen en dergelijke uit de wateren te ontrekken zonder dat deze de individuele soorten in hun voortbestaan schaadt.
Quoteringen berusten op het verkrijgen van zoveel mogelijk cijfers, kennis e.d. van de individuele soorten. Daarbij steun ik ook het registreren van de vangsten.
Een hoofdverschijnsel van het alsmaar verminderen van de stikstof en fosfaat concentraties in onze wateren is de totale biomassavermindering.
Een door vele niet aanvaardbaar randverschijnsel is o.a. de oprukking van de aalscholver op de binnenwateren (al minder vissen te vangen en dan ook nog de aalscholver die ze voor onze neus wegvangt en ja deze is mobiel dus pas maar op voor afgesloten vijvertjes, is het niet). Positief randverschijnsel is de oprukking van o.a. Snoek en diverse andere hederwaterminnende soorten.
Helder water brengt meer licht op de bladgroenkorrels van de planten aan de bodem. Deze zullen meer de mogelijkheid krijgen om te groeien, maar dat wil nog helemaal niets zeggen over de kwaliteit van het water, hetgeen ook Jan van de Geest enigzins aangeeft. De bodem als ook het water zijn in de loop der jaren vervuild met giftige stoffen die niet allemaal door de natuur afbreekbaar zijn of door RWZI zijn te "filteren". Welke consequentie zal dit geven bij het constant verlagen van voedingselementen?
Minder fosfaten, brengt helderder water, geeft meer plantengroei aan de bodem, geeft minder algengroei, stagneert vele levenskrinlopen, brengt minder biomassa, brengt meer diversiteit (van alles een "beetje"), maakt m.i.de natuur vatbaarder bij ongemakken, m.i. voor de meeste hengelsporters minder visplezier en zo zullen er nog een hele reeks consequenties aannemelijk zijn, vele (rand)verschijnselen zijn m.i. niet te overzien. Temeer omdat er in de loop der tijd zoveel afvalstoffen in onze wateren (bodem) liggen verankerd.
Er zijn m.i. andere wegen die naar Rome kunnen leiden. De topic bovenaan, aangebracht door Ludo "uitdunning visserij, zinvol?" zou daar een van kunnen zijn.
Zorg er voor dat de verhouding roof- prooi zoveel mogelijk in evenwicht wordt gehouden dan zullen m.i. bodemwoelende eutrofiering beschuldigde brasems in hun gehele levenscycli door meer roversogen worden belaagd. Het veronderstelde gevolg heb ik al eens eerder beschreven.
groet Piet
Piet,
Bedankt voor je uitgebreide toelichting.
Een feit blijft echter dat we alleen middels gedegen (en veelal over langere termijn) verkregen cijfermateriaal aan kunnen tonen hoe het er met de visbestanden voorstaat.
Het aanpassen van vangstquota op zee is deels al gebaseerd op cijfers, op het binnenwater reageren we vooralsnog helaas echter, m.b.t. de verandering van quota, alleen op veronderstellingen.
Beste Stuurlui,
Althans zij die de schoen passen, want gelukkig lees ik ook nog verstandige reacties. Dat Ludo niet vies is van een forse portie demagogie was mij allang duidelijk. Maar wat hij er nu weer van bakt, is veel zieliger dan waar hij de uitzendingen van Vis TV van beticht. Lijkt mij dan ook beter om vortaan alleen nog maar sinterklaasrijmpjes te maken. Beroepsvisserij weg? Prima! Maar kom dan maar met een flinke koffer geld om ze uit te kopen. Want, daar komt het toch op neer. Volgens mij knuffelt Sportvisserij Nederland absoluut niet de beroepsvisserij,maar heeft zij op dat punt vooral ook te maken met een overheid die niet ovweral even meegaand is. Daarnaast wil Europa dat ons water een zo groot mogelijke diversiteit aan vissoorten bevat en die kant gaan we nu toch echt op. Het visserijkundig onderzoeksteam van SVN wordt volgens ingehuurd door federaties, verenigingen, waterschappen, noem maar op en huurt op haar beurt weer plaatselijke beroepsvissers in voor o.a. het vissen met grote zegens. Ander werk heeft een beroepsvisser verder niet in een dergelijk onderzoek. Alle gegevens worden vervolgens bij SVN verwerkt om daarna bij de VBC te komen. Die bepaalt uiteindelijk heel democratisch of benutting reëel gezien een optie is. Dus Ludo; dicht vrolijk verder en kijk vooral niet naar de nieuwe serie van Vis TV die aanstaande zondag zo ik heb gelezen weer begint.
Beste John.
Wie de bal kaatst, mag hem terugverwachten.
Dat doe ik dus ook.
Kijk eens op http://www.sportvisseninnederland.nl..
Daar vind je een topic:
"Dierenbescherming tegen meer visvijvers".
Geplaatst door SVN, op hun eigen site en zonder weerwoord.
Dit lijkt wel reclame van de PVDD op de website van de sportvissers.
Bij mij schiet dat in het verkeerde keelgat. Bij jou niet?
Angst is een slechte raadgever. Het lijkt erop dat SN juist uit angst alleen maar citeert.
Dan de beroepsvisserij:
Algemeen bekend dat die wegvangt.
Daarmee is zij precies tegenovergesteld aan sportvisserijbelang.
Wij willen immers bijdragen aan betere visbezetting.
Samenwerking is daarom geen optie, ik zou geen reden kunnen bedenken.
Beroep wil immers nagaan, hoeveel je kunt onttrekken, Sportvisserij wil nagaan hoeveel je kunt laten zitten.
Dat is samenwerken als kat en muis.
Sommige zaken gaan gewoon niet samen.
Zoals er natuurwetten onder water gelden; daarboven gelden die ook.
Samenwerken met beroep zou pertinent en in alle omstandigheden geweigerd moeten worden vind ik.
OOK en JUIST DAAR, waar de sport expertise ontbeert, die bij het beroep te halen is.
Laten we zorgen dat we die expertise zelf hebben.
Dat kan alleen maar in aanschaf zitten, de cursusssen geven we immers al zelf via SN.
Beroep in zoet water dient geen enkel economisch belang. Dient ook geen milieubelang: waarom dan samen in een VBC? Waarom dan hulp vragen bij uitdunning enz?
Waar de wetgever eisen dienaangaande stelt: bestrijd ze als nooit tevoren.
Pas dan kom je op voor bevisbaar binnenwater.
En dan de angst om een grote mond op te zetten naar anti's:
Met die angst speel je ze in de kaart.
Dat weten ze maar al te goed.
Het levend-aasvisje hebben ze al binnen.
Dat ging wel heel erg gemakkelijk. Nu de rest nog.
En jawel, ook nu geen weerstand.
Zie: "Dierenbescherming tegen meer visvijvers" op http://www.visseninnederland.nl .
Dit kan zo niet verder, we graven ons eigen graf.
Het roer moet echt om:
Geen samenwerking meer met beroep dus. Ook niet waar de wetgever dit vereist. Staken die optie en er veel gerucht aan geven.
Dierenbescherming en PVDD openlijk aan de schandpaal nagelen.
Ze mogen best goede initiatieven hebben. Niet waar het onze sport betreft: daar slaan ze de plank mis.
Sportvisserij moeten we voortaan promoten als enige te tolereren vorm van bevissing in zoet water.
Pas dan heeft een beweging als SVN zin.
Groet,
Ludo
Vijvers versus open water,
Wanneer je bijvoorbeeld goudvissen in een kom hebt, zullen deze worden belemmerd in hun groei, onafhankelijk van de hoeveelheid voer die je erin gooit.
Ca. 10 jaar geleden is er bij ons in de buurt een zo goed als afgesloten vijvertje gegraven van ca. 500M2, gemiddeld 0.4 meter diep. Hierin heb ik in een tijdsbestek van ca. 2 jaar ongeveer 1000 aasvisjes losgelaten (blei, brasem, ruisvoorn, blankvoorn), 4 snoekbaarjes (ca.45cm) , kleine baarsjes (ca.50 waarvan een paar 15+ cm) en ca. 10 palingen.
(illegaal!?)
Er wordt zolang het water nog niet is overwoekerd met plantengroei (voorjaar t/m begin zomer ), redelijk veel gevist door kinderen. Ook snoekbaarsvissers gooien redelijk vaak hier een hengeltje uit, om aas te verkrijgen.
Enkele waarnemingen:
De ruisvoorn houdt zeer goed stand in hoeveelheden, maar blijven klein(max nog geen 17cm, waarvan zeer weinig in aantal).
Je vangt relatief ook redelijk wat kleine brasem of blei max ca.12cm en blankvoorn tot max. ca. 14cm.
Ik denk dat er jaarlijks meer dan 250 aasvisjes uit dit watertje worden onttrokken waarvan de gemiddelde grootte ca. 9 cm is.
Ook wordt er door kinderen wel wat op baarsjes gevist, die echt niet groter dan 15 cm worden en zeer weinig in aantal aanwezig zijn.
Er zwemmen een paar (rond het vijfde jaar voor het eerst geconstateerd) snoekjes rond waarvan de grootste nu ongeveer 55cm is, waar nog nooit op is gevist.
Er is rond het vijfde jaar een paar keer een zeelt gevangen waarvan de grootste rond de 35cm.
Er zijn tijdens het hekkelen van het watertje omstreeks het vierde jaar 2 snoekbaarzen van ca 60cm boven water gehaald (jammer genoeg niet tijdens deze werkzaamheden aanwezig, om ze terug te zetten)
Ook door hekkelwerkzaamheden ca. het zesde jaar 4 redelijk grote dode palingen geconstateerd (lagen dicht bij elkaar).
Snoekbaars is er volgens mij niet meer.
De laatste 3 jaar kun je er steeds minder makkelijk een hengeltje uitgooien door beplanting, algengroei, dichtslibbing door o.a. overstort hemelwater.
De kikvorstfamilie doet het zeer goed in dit watertje.
De gevangen vis zien er m.i. gezond uit.
Dagelijks heb ik overzicht op dit vijvertje, zal niet alle vangsten hebben meegekregen, heb niet het meetlint naast de gevangen visjes gelegd, heb niets gearchiveerd, maar zit, denk ik, niet ver naast de waarheid.
Waarom blijven de visjes zo klein?
Ik zou me kunnen voorstellen dat de sterkere vissen als het ware toch nog de mogelijkheid zouden kunnen vinden om zich qua groote duidelijk van hun soortgenoten te onderscheiden en daarmede de jonge aanwas zou doen verlagen (voedselconcurrentie).
Elk jaar is er redelijk wat broed dat afkomstig moet zijn van deze kleine vissen, welke de totale vispopulatie redelijk in stand houdt (het gevoel is wel dat de totale vispopulaties momenteel langzaam afneemt, welke ik o.a. wil toeschrijven aan de toename van de snoekbiomassa en periodieke overwoekering beplanting incl. alg en dichtslibbing hetgeen i.i.g. minder bewegingsruimte geeft)
Vanwaar dit verhaal!
Veronderstellingen, er zijn geen onderzoekrapporten hieromtrent achterhaald, dus ik kan er ruim naast zitten:
Vele soorten kunnen zich aanpassen t.o.v. de omstandigheden die hun wordt aangeboden.
Ruimte, voedselaanbod en waterkwaliteit spelen daarin o.a. een cruciale rol. Ik weet niet wat de bevindingen op grotere, of zelfs zeer grote afgesloten vijvers zijn, maar kan me voorstellen dat ook daar de groei van vele soorten wordt geremd. De PR niet afkomstig zijn van dit soort wateren!(Ludo?)
Misschien Snoek?
Hoe zou dit zijn op open water?
Mijn eigen waarneming is, dat bijvoorbeeld de brasems, vanaf het IJselmeer max. groter zijn dan de andere meren en vaarten in onze omgeving. Van insiders (beroep) gehoord dat snoekbaars op het IJselmeer gemiddeld sneller groeit dan op de andere meren in mijn omgeving, hetgeen te maken heeft met het aasaanbod (spiering) en ze zijn iets lichter van kleur zijn.
Hypothetisch:
Mocht ik nu een paar ton van deze uitzonderlijk grote brasem kunnen overplaatsen naar een ander meer in onze omgeving of nakomelingen hiervan. Zouden die het overleven? Of zouden de nakomelingen met die uitzonderlijke erfelijke eigenschappen ooit de maximale grootte van hun ouders behalen?
Ik, denk het niet!
Draai het om, geloof ik best dat er nog de mogelijkheid bestaat tot groei.
Een snoekbaarscolonie of de nazaten vanaf het IJselmeer overplaatsen naar andere gronden zal m.i. ook grote veranderingen opleveren in groeisnelheid en kleur.
Hiermee wil ik aangeven dat vele factoren een rol spelen, waarom her en der grotere of kleinere, meer of minder vis zich bevindt en dat van welke soort dan ook.
De meeste vissers willen graag veel vis vangen of liefst hun PR verhogen, maar wordt ons dat door momentele veranderingen niet ontnomen, gewoonweg omdat vele vissoorten niet meer de mogelijkheid wordt geboden groot te worden of daar momenteel misschien veel langer de tijd voor nodig zullen hebben.
Ik ben ca. 28 snoekbaarsvisser viste tot ca. 18 jaar geleden eigenlijk alleen in de zomermaanden +/- 20 keer per jaar. Nu ben ik mobieler, vis rond de 50 keer per jaar. Mijn PR heb ik ca. 12 jaar geleden op de Ijssel behaald (97,5cm), en heb nog een vijftal snoekbaarzen boven de 90cm gehaakt, terwijl ik eigenlijk nog nooit specifiek op de grote glasogen ben wezen jagen. Opvallend is wel dat de gemiddelde grootte in dezelfde jaargetijden en omgeving, vroeger t.o.v. nu, aanmerkelijk groter waren dan momenteel. Ook de aantallen zijn duidelijk afgenomen per vissesie.
Ik veronderstel hieruit dat niet alleen de totale biomassa in onze wateren zal gaan afnemen, maar ook de gemiddelde grootte van vele soorten.
Tot slot verbaasd het mij, misschien heb ik het verkeerd, dat over het algemeen de roofvissers het meest zich op de forums laten horen, terwijl de witvisvissers in mijn veronderstelling, op den duur
misschien wel het meest worden belemmerd in goede vangsten!
groet Piet
Hoi Piet.
Leuke bijdrage.
Is het watertje echt maar 500 m2?
Los daarvan. Ik ben van mening dat vis om te groeien afhankelijk is van:
1)Hoge watertemperatuur
2)Gevarieerd voedselaanbod.
Daarom zijn kweekvijvers ook altijd zeer ondiep. Ze warmen dan sneller op en produceren al vroeger in het voorjaar visvoedsel als watervlooien, algen e.d.
Koikwekers verwarmen hun mini-tuinvijvers ook in de winter en kweken op 20 m2 soms (koi)karpers tot aan bijna een meter lengte.
In de vrije natuur echter levert klein water zelden grote vis.
1) Ze worden al snel ontdekt
2) Druk van reigers e.d.
3) Gemis aan voedselvariatie.
4) Overbevolking ligt altijd op de loer, de vis kan immers niet weg naar open water enz.
5) De natuurlijke selectie eindigt met uiteindelijk een overheersende vissoort.
Blijven bijsturen is dus raadzaam.
Dat groeiers genetisch bepaald zijn geloof ik niet. Ik heb immers zwarte baarsjes tot joekels zien opgroeien na overzetten.
In mijn aquarium zette ik in maart een snoekje van nog geen 10 cm.
Eind van het jaar: bijna 45 cm in 500 ltr water. Over klein water gesproken..
In je tuinvijver worden ze gemakkelijk meer dan een meter.
Dat is ook logisch: de variatie aan voedsel is voor roofvis makkelijk te bieden. Volop vis en verder geen eisen.
Met niet-roofvis ligt dat moeilijker.
Dier versus mens.
Misschien een niet serieus te nemen vergelijking, maar toch!
1)Waarom zijn de Noord-Europeanen gemiddeld zo groot t.o.v. mensen uit andere werelddelen?
2)Op TV zie je wel eens van die programma's waar door Nederlanders geadopteerde mensen, uit andere wereldstreken afkomstig, op zoek zijn naar hun bloedeigen ouders. Bij hereniging blijkt dat deze familieleden meestal veel kleiner zijn!
3)Rasverschillen: De evolutie heeft er (waarschijnlijk) voor gezorgd, dat er vele gebiedsgebonden (continent) verschillen in typen mensen zijn ontstaan (geel, bruin, blank enz), die door de verbeterde mobiliteit met elkaar konden en gingen kruizen. De dominante eigenschappen beiderzijds evolueren weer verder.
4)Mensenruil: Laat een welvarend persoon de plaats innemen van iemand in een zeer arm werelddeel en "leven" met de know how aldaar en omgekeerd met een "arm" persoon naar een "rijk" gebied.
Sta er maar eens bij stil!!
Probeer je eens in te denken wanneer je bij de vorige punten het woord mens vervangt door dier en de gebieden daartoe aanpast!
Vroeger versus heden
Er zal her en der wel wat informatie aanwezig zijn over de hoeveelheid biomassa als ook biodiversiteit (meer gebaseerd op schattingen niet specifieke onderzoeken) in onze wateren voor als tijdens de "vervuilingsjaren".
-Ik ben er van overtuigd dat op de meeste wateren die ons land rijk is of was,de totale biomassa/ha rond zeg maar 18e 19e eeuw veel lager dan momenteel was (idem de onttrekking).
-Door de snelle vervuiling van het oppervlakte water in de 20e eeuw, vele soorten decimeerden, gewoonweg omdat ze de tijd niet hebben gekregen om zich aan te passen. De "vervuiling" sneller was dan hun aanpassingmogelijkheid.
-Ik geloof ook direct dat op o.a. kleinere wateren (gelegen bij steden of veegebieden) waar minder doorspoeling is (was), de hoeveelheid biomassa in de "gloriejaren", sterk kon fluctueren.
Voedsel(aanbod), huisvesting, voortplanting(mogelijkheden).
De drie primaire behoeften zijn eertijds ("verontreinigingen", destijds door onwetedheid van de mens in de natuur "gedumpt") voor vele soorten te snel veranderd en nu proberen we dit kunstje opnieuw te flikken, alleen dan omgekeerd!!
Wat het eindresultaat zal worden, mag Joost weten!!
Kennis van biosystemen is heel wat anders dan kennis van enkele soorten!
Wees blij met ons momenteel nog visrijke water. Probeer ervoor te zorgen dat de totale biomassa de kans krijgt zich aan te passen. Gun het TIJD. Het zou jammer zijn dat vele vissen de hongerdood tegemoet gaan of hun levensverwachting drastisch moeten bijstellen.
Natuurlijk is het wel zo dat een teveel aan "goede en/of slechte verontreingingen" moet worden aangepakt. Maar ik denk dat de nihilering van de levenselementen al genoeg zijn aangepakt. De "natuur" ijlt na, reageert vaak langzaam. Mocht je nu stoppen met de "meststoffennihilering" heeft het grote kans dat de daadwerkelijke "stabiele" waterbezetting pas over tientallen jaren wordt bereikt.
Onafbreekbare schadelijke stoffen die in onze wateren in o.a. het slib liggen verankerd behoren m.i. veel meer de aandacht te krijgen dan nog meer geldverslindende fosfaatnihilerende projecten.
Ook Jan van de Geest haalt in zijn onderzoeken een aantal geurige onderwerpen aan.
Ludo, bedankt voor jou reactie,
Erfelijke eigenschappen: Erfelijke eigenschappen zijn m.i. van zeer grote invloed voor de overlevingsstrategieen van iedere afzonderlijke soort. Groei is daarbij ook verankerd in de genen en kan worden belemmerd door o.a. voedselaanbod, omgeving, temperatuur, zuurstofgehalte e.d..
De nazaten van elke soort die in een bepaald tijdsbestek de beste genen bezitten hebben m.i. altijd de grootste overlevingskans.
Dat behoeven m.i. niet direct de snelstgroeiende of individuen te zijn met de grootste ouders die je maar kunt bedenken. Misschien zijn het juist de vissen met de beste conversie die de overhand zullen krijgen. Of degene die het vermogen hebben iets eerder of juist iets later te paaien enz.enz..
Vandaar ben ik nog steeds een voorstander om minimale maten van vele vissoorten (zoet, zee) te verhogen, hetgeen voor meer verspreiding van genen zal zorgdragen en vele soorten meerdere keren de kans tot paaien geeft.
Alleen een maximale maat brengt meer aanpassingsproblematiek (genenverspreiding).
Een zowel minimum- als maximummaat is m.i. zeer moeilijk hanteerbaar.
Groet Piet,
Misschien ook de moeite waard om de onderstaande link te bekijken.
m vr gr[a url=http://www.visserijnieuws.nl/index.php?option=com_content&task=view&id=13747&Itemid=9]http://www.visserijnieuws.nl/index.php?option=com_content&task=view&id=13747&Itemid=9[/a]
jaja...
En dan maar denken dat wij als eenvoudige stervelingen met ons goed gedrag en mooie discussies denken dat we een verschil kunnen maken...
Daar gaat de paling!!
PARIJS - De Franse president Nicholas Sarkozy wil af van de visquota en zal zich gedurende de termijn dat Frankrijk EU-voorzitter is, daarvoor inzetten.
Dat verklaarde hij zaterdag ten overstaan van Franse vissers in de kustplaats Boulogne-Sur-Mer.
"Het belangrijkste is de zaak van de visquota. We moeten daarvan af en we hebben de gelegenheid daarvoor te zorgen, omdat Frankrijk van 1 juli tot 31 december EU-voorzitter is", hield hij de vissers voor. "Visserij maakt deel uit van de Franse nationale identiteit", aldus Sarkozy.
Dieselprijs
De president zegde de vissers staatshulp toe ter compensatie van de hoge dieselprijs. Het gaat in totaal om een bedrag van 310 miljoen euro voor de komende drie jaar.
Met het geld moet vooral de vissersvloot gemoderniseerd worden. Het geld zal bijeengebracht worden door belastingen op visproducten in de handel.
(c) ANP
Boeiende uitspraak van P.aling.citaat: jaja... En dan maar denken dat wij als eenvoudige stervelingen……….. Daar gaat de paling!!
Het is dus niet alleen de Aalscholver en de Nederlandse beroepsvisserij . maar ook nog andere EU landen met de glasaalvangsten, de blaasparasiet uit de 80 jaren, en de zware PCB vervuiling uit 60/70 jaren of de Deltawerken als een oorzaak van de ondergang van de palingstand
Komen wij eindelijk als sportvissers toch nog aan de juiste informatie.
Beste P.aling,
Ik bedoel niets met het die link, maar er is ook iets aan het veranderen, of het nu fosfaten zijn of temperatuur verhoging, ik weet het niet.
Ik denk dat het quotasysteem ook niet werkt, als het wel werkt dan zou er nu toch vis genoeg in zee moeten zijn.
Ik geloof meer in grotere mazen (minder weerstand in het water, en grotere vis), verhoging van minimummaten. Als er grotere vis aangevoerd wordt dan heb je minder aantallen vis maar wel meer kilo's.
Grove vis brengt ook meer op, dus met minder vis dezelfde besomming.
In de paaitijden de vangst per soort beperken, of helemaal niet. Wordt op dit moment met schol gedaan.
Er is nu wel sprake van een opleving van vis in de noordzee, er wordt meer gevangen.
Begin 2007 was er sprake van een vangstverbod van kabeljauw voor 2008, nu is er zoveel kabeljauw dat het quotum verhoogt is met 11%, beter was het quotum gelijk te stellen.
Ja die diesel prijzen, hebben we toch allemaal last van?
Had je er maar geen 2000Pk in laten zetten, toen er vis genoeg was hoorde je ook niemand piepen, en al die uitvindingen had je ook 20 jaar geleden kunnen doen, het kon toen niet op, nu krijgen ze de slagen van de zweep.
Het saneren is ook belachelijk, dit geld is normaal voor de modernisering van de visserij.
Fosfaten in zee gooien, misschien helpt het wel.
m vr gr
een beroepsvisser
Even een reactie op"een beroepsvisser". U stelt hier dat quota niet werken, omdat er anders meer vis in de zee zou zwemmen. U gaat hierbij voorbij aan het feit dat quota worden bepaald door een spel van visserijorganisaties, ministeries van allerlei landen, Brussel en visserijbiologen. De biologen starten elk jaar in de media met verhalen over de slechte visstand, het beroep meldt vervolgens dat de vangsten toch echt beter zijn dan de laatste paar jaren, en de ministeries slaan elkaar zowat om de oren om het maximale voor hun economie te scoren. Doe er nog een vleugje ontwikkelingshulp en weerbarstigheid bij (polen weigert zich aan quota te houden) en zie daar: een quotering die zeker 50 % boven de door de biologen beoogde hoogte ligt. Geen wonder dat het dan lijkt dat een quotum niet werkt. Het werkt wel alleen moet men de getallen eens een stuk lager leggen. Naar mijn beleving is de hele toekomst van de visserij: kweekvis (zoet en zout). Er is water genoeg, en men kan dit ook aanleggen, zelfs gesubsidieerd, dan het het waterberging. In het buitenland zie ik dit ook veevuldig, zoals in Oostenrijk, waar in een groot meer door beroep en sport een groot kwekbekken is gemaakt, waar niet mag worden gevist, maar van waaruit maandelijks de restaurants en het meer worden voorzien van vis(men neemt als hengelaar ook veel vis mee). Me dunkt dat we dat in ons waterrijke land ook prima kunnen realiseren, de natuurlijke bronnen drogen uit (ik hoor die palingvisser uit Friesland nog zeggen dat we als sportvisser die voorns helemaal niet willen en dus blij moeten zijn met de export naar Rusland.
Ik ben daar helemaal niet blij mee, ik vis graag op voorn en laat ze dat in Rusland alsjeblieft zelf doen. Als waarschuwing geef ik mee, dat het in OostEuropa lastig zakendoen is, ik zou het verschrikkleijk vinden als er 50000 kilo voorn naar Rusland verdwijnt en er wordt ook nog eens niet voor betaald. Dus beroepsvissers: ga over op kweekvis, kun je bij elk weer oogsten, de natuur wordt niet belast, je hebt geen last van stroperij en vernieling van fuiken, en je hebt meteen vrienden en klanten onder de sportvisserij.
En als we dan gaan zeggen dat dit toch minder smaakt: met groente en fruit doen we dit al jaren, de consument past zijn smaak echt wel aan aan zijn portemonee en het aanbod.
Men dient niet zo naiief te zijn. Het is immers bewezen dat als gevolg van de overbemesting door m.n. varkensmest al het dierlijk leven in de varkenshoudgebieden in brabant, limburg en elders in het land uit ale wateren ( beken, sloten en plassen) nagenoeg is verdwenen.Dus geen uitbreiding van varkensstallen!! Dit is funest voor ons milieu en voor ons viswater. Laat SN zich daar voor inzetten.
Visie op aalherstel van VBC Rijnland en Leidse wetenschappers
Onderscheid consumptie-aal en paai-aal
maandag 21 januari 2008
Uit onderzoek door de Universiteit van Leiden (van onder meer G. van den Thillart en A. Palstra) blijkt een sterke negatieve samenhang tussen de PCB/dioxinebelasting in de paairijpe vrouwtjesalen en het voortplantingsresultaat. Bij een belasting van 1 picogram PCB/dioxine TEQ per gram levend gewicht in de ovaria van de moederdieren sterven de embryo’s al af voordat de eitjes uitkomen. Deze hoeveelheid is minder dan 10 procent van de maximale hoeveelheid die in consumptie-aal is toegestaan. De opgroeiende en wegtrekkende aal heeft zelf relatief weinig last van deze stoffen. Maar om deze aal met in het vet opgeslagen PCB’s en dioxinen naar de Sargasso Zee te laten zwemmen, lijkt gezien de resultaten van het onderzoek in Leiden geen zin te hebben.
Een belangrijk uitgangspunt is dan ook dat herstel van de aalstand gebaat is bij een zo groot mogelijke paaipopulatie van ‘schone’ schieraal. In de visie van deze ‘Rijnland-groep’ staat een tweedeling van de Nederlandse wateren centraal. Een groot deel van de watersystemen wordt bestemd voor de productie van consumptie-aal en een kleiner deel voor het opkweken van paai-aal. Het overgrote deel van de Nederlandse wateren is vanwege de aanwezigheid van vervuilende stoffen in de waterbodems alleen geschikt voor de productie van consumptie-aal.
Wateren waarin de aal wel kan opgroeien tot goede paai-aal zijn eenvoudig te selecteren door bemonstering van de aanwezige schieraal. Na de vaststelling dat het PCB/dioxinegehalte in de alen werkelijk onder 1 picogram ligt, kunnen alle uittrekkende schieralen uit zo’n gebied opgevangen worden en nabij zee worden uitgezet.
Volgens de VBC Rijnland (die een gebied bestrijkt van een derde van de provincie Zuid-Holland) kan dit in Nederland al per 2008 beginnen.
Verder acht de groep het van belang dat deze schone gebieden maximaal gaan bijdragen aan verbetering van het paaibestand door het extra uitzetten van glasaal. De voorkeur gaat daarbij uit naar glasaal die voor de Nederlandse kust wordt gevangen. Met name naar die glasaal die zich nu ophoopt voor de uitstroomopeningen van de gemalen, maar daar niet naar binnen kunnen en veelal opgegeten worden door roofvissen. In watersystemen waar wel PCB’s/dioxines aanwezig zijn (uiteraard tot een bepaald niveau), kan nog steeds grootschalig worden uitgezet voor consumptie. Hiervoor kan glasaal uit Europese gebieden met een overschot of ook pootaal uit kwekerijen worden gebruikt.
Beroepsvissers, sportvissers en kwekerijen kunnen bijdragen aan de financiering van deze maatregelen.
De visie van de VBC Rijnland (onder voorzitterschap van binnenvisser Wilkin den Boer) en de Leidse wetenschappers, is voorgelegd aan andere VBC’s (Visstandbeheercommissies) in Nederland en aan de overheid. De insteek van de Leidse onderzoekers is dat de aal met name de dupe is van milieuproblemen, waar Wageningen IMARES de instorting van de aalstand meer ziet als een gevolg van de visserij.
Bron : http://www.visserijnieuws.nl/index.php?option=com_content&task=view&id=13932&Itemid=1
Henk,
Zo blijkt wederom maar weer uit onderzoek dat het milieu een zwaar wegende factor kan zijn bij een (sterk) dalende visstand.
En nu maar hopen dat er iets gedaan wordt met deze uitkomst, zodat er de komende jaren veel "gezonde" palingen kunnen vertrekken richting de paaigronden.
De discussie over de relatie tussen fosfaat en visstand is weer opgelaaid. De Stichting voor Wetenschappelijk Natuur- en Milieubeleid (SWNM) legt de schuld van de dramatische achteruitgang van de visstand in Wadden- en Noordzee bij het milieubeleid en de natuur- en milieuorganisaties. Harde woorden van Jan van de Geest, grondlegger van de stichting.
De stichting is voorjaar 2007 opgericht met als doel “de waarheid over wat er werkelijk gaande is in zee en met de visbestanden boven water te krijgen” (bron: Visserijnieuws). De eerste bijeenkomst was in februari 2007 in Urk. Deze werd zeer goed bezocht door vissers die het idee van fosfaattoevoeging in zee wel steunde. Op een bijeenkomst in Nijkerk op 12 januari heeft Jan van de Geest het verhaal van teruglopende voedingsstoffen nogmaals onder de aandacht gebracht, dit keer met de milieubeweging als boosdoener.
Waar de stichting echter aan voorbijgaat is dat het hoge niveau aan voedingsstoffen van de jaren ‘70-‘90 niet natuurlijk was en zelfs het resultaat van slecht milieubeleid. De achteruitgang van visbestanden is niet een gevolg van de achteruitgang van nutriënten, maar van overbevissing.
Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat een verhoging aan fosfaat in het systeem niet leidt tot een verhoogde biomassa aan vis. Een stichting die vanuit wetenschappelijk oogpunt werkt (SWNM) zou dit moeten weten. Er komen wel meer algen, maar dat kunnen ook plaagalgen of algen zijn die leiden tot schuimlagen. Dit is geen gewenste ontwikkeling. Het is mogelijk dat er meer bodemdieren komen, maar ook dit is onzeker. Het complexe zee-systeem laat zich niet sturen. De zee is geen akker.
waddenvereniging.nl
Hallo Frank,
Je schreef: Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat een verhoging aan fosfaat in het systeem niet leidt tot een verhoogde biomassa aan vis..
Ik verzamel al een tijdje informatie over dit onderwerp en ben dit argument nog niet tegen gekomen in deze vorm. Kan jij mij aan een www adres helpen of meer informatie geven over dit wetenschappelijk onderzoek.
Ik vraag dit .Als hier wetenschappelijk onderzoek naar is gedaan, dan moet er toch ook bekend zijn wat dan de juiste fosfaat verhouding in een vak water moet zijn bij een geplande visbezetting , als basis voor de voedselbronnen van alle daar in verblijvende biomassa . Weinig fosfaat = dan weinig voedsel voor een ontwikkeling van een biomassa voor de visserij en van deze voedselbronnen afhankelijke (trek) watervogels. Een mooi voorbeeld is volgens mij de Waddenzee. Met mogelijk nog onvoldoende voedselbronnen voor gezamenlijk gebruik van mens en dier in een regio. Hetzelfde regio voorbeeld bij de * EERSTE * Aalscholvers uit Flevoland die nu per dag honderden kilometers moeten vliegen, om aan voldoende voedsel te kunnen komen. . Vandaar mijn belangstelling voor dit onderwerp.
Met vriendelijke groet,
Henk Slegh
0-0-0-0-0
Dag Lolke,
Ik ben erg nieuwsgierig hoe de sportvissers over dit plan denken. misschien heb ik een roze bril op. Hoe denk jij over de.Visie op aalherstel van VBC Rijnland en Leidse wetenschappers Onderscheid consumptie-aalen paai-aal van maandag 21 januari 2008. Het lijkt mij een goed plan. De wateren in Nederland gebruiken als kweekvijvers voor beroep en sportvisserij. Doe dit ook met snoekbaars en diverse andere nieuwe consumptie vissoorten. Een keer uitzetten en bij een goed beheer houdt dit zichzelf in stand.
Groet,
Henk.
Henk,
Het door jou aangehaalde "aal herstelplan" lijkt me een - wellicht noodzakelijke - stap in de goede richting. Wel dient hierbij niet vergeten te worden dat er nog een hele reis te gaan is door de "schone paaipaling" vanuit zee bij Nederland naar de Saragossazee, met alle gevaar van dien.
Is bij de paling de voortplanting minimaal tot nihil vanwege deze te hoge dioxine gehaltes, de snoekbaars in onze eigen wateren is nog steeds goed in staat zich voort te planten. Voor snoekbaars zie ik dan ook 1,2,3 niet de noodzaak tot gebruik van een soortgelijk systeem. Niet te ver doorslaan met het terugdringen van de eutrofiëring, verplichte registratie van vangsten waardoor bij redelijke benadering bekend is hoeveel snoekbaars er is, betere controle en het dus nog verder terugdringen van stroperij, daar waar mogelijk behoud van schubrechten voor de sportvisserij en anders gedegen controle van beroeps. enz. zijn een goed begin om de momentele visserij op snoekbaars te kunnen handhaven.
@ Lolke
Rijkswaterstaat en de waterschappen zijn vrij goed op de hoogte in welke wateren nog PCB vervuiling voorkomt. Het plan om uit de schone wateren een PCB monster te nemen van de daarin bevindende schieraal,deze te vangen en vlakbij zee ( haringvliet) weer los te laten, lijkt mij een goed plan mits de E.U. beschermende maatregelen voor het vissen op deze schieraal voor de andere E.U landen op deze trekroute vastlegt.
Nog even terug komen op de kweekwateren voor snoekbaars of andere goede eetbare vissoorten . Het verbaast mij dat er weinig reactie is van de sportvissers, die wel steen en been klagen over de te kleine (jonge) (snoek) baars stand . Als je bijvoorbeeld het IJsselmeer en andere grote meren in Nederland als kweekvijvers gaat inrichten voor een goed eetbare betaalbare vis voor sport en beroep, met een goed VBC beheer op de achtergrond . Dan zijn wij ook meteen van de discussie af voor het pannetje vissen. Omdat er dan wel voldoende vis in de Nederlandse wateren zitten voor iedereen. Volgens mij is dat de grootste oorzaak van dit soort discussie,s (te weinig en te klein) voor de huidige vraag van de Nederlandse inwoners om eetbare vissoorten . In de 60 jaren was het heel normaal dat je moest vissen voor het pannetje voor je gezin. Neem maar van mij aan dat vanaf 2008 nog meer mensen noodgedwongen moeten gaan vissen als in de 60 jaren, om voldoende voedsel voor het gezin op tafel te krijgen. In de voedselpakketten kom je nog steeds geen vlees of vis tegen. Daarnaast is te verwachten dat bij een grote aanloop van mensen uit de Oostbloklanden, die het normaal vinden om zelf voor hun dagelijks gebruik de vis te vangen, een ander visbeheer op de binnenwateren in Nederland noodzakelijk is om conflicten te voorkomen binnen de sportvisserij en deze bevolkingsgroepen. En dit is een nadenkertje.
Met vriendelijke groet,
Henk Slegh.
Is het spierballentaal, zieltjesgewin politiek of heeft Sarkozy daadwerkelijk inzichten tot verbetering van de momentele zee productiviteit??!! Of is het ikke, ikke en de rest kan…….Jammer dat de economische belangen van de zoute wateren voor vele landen zo groot zijn, het moeilijker maakt de pijlen van gemoeide instanties, organisaties e.d. van betrokken landen in dezelfde richting te krijgen alsmede de naleving van genomen beslissingen te kunnen waarborgen.
Beroepsvisser, leuk stuk. Fosfaat, baggerwerkzaamheden, vervuiling, stromingsinvloeden, temperatuur e.d. in relatie met kringloopsystemen, biomassa van verschillende soorten, groei e.d.. (quota).
Vastgelegde cijfers, constateringen en alsnog hiaten om het als wetenschappelijk bewezen te bevestigen! Veronderstellingen die neigen naar de waarheid, maar! Fosfaten, opwarming zee, quota’s, u weet het ook niet meer! Verhoging minimummaten gelijk momenteel bij Schol wordt toegepast, vangsten paaiperioden beperken of mijden, eventueel fosfaat lozen, draagt u voor als mogelijke aandachtspunten.
Interessant dat u ook denkt dat minimum maatverhoging tot betere resultaten kan leiden, al behoort m.i. de te onttrekken tonnage van welke soort dan ook, daarbij zeker niet te worden verhoogd (op cijfers gebaseerd in relatie met andere bestanden). Grotere vis geeft meer €/kg. Het ontzien van paaiperioden, gelijk bij vele zoetwatervissen wordt toegepast, zal er ook zeker toe kunnen bijdragen meer voedingstromingen in beweging te krijgen als kans tot het verkrijgen van meer volwassen exemplaren.
Ik heb persoonlijk niets tegen het beroep, de wateren zorgen voor voedselproductie en daar wordt al duizenden jaren achteréén door ons mensen, van geprofiteerd. Het is wel van wezenlijk belang er bewust mee om te gaan. De “natuurlijke” productie is “over the top”. Aanwas productieve dieren / onttrekking behoort (veel) groter dan 1 te zijn . Er zal gelijk Peter aanhaalt, meer en meer een verschuiving (indien mogelijk) naar kweek komen om de groeiende (mobielere) wereldbevolking nog te kunnen voeden.
Vele aspecten betreffende het leven in zoute wateren zijn overeenkomstig met het zoete. Al zijn besluitvormingen m.i. voor het zoute veel moeilijker te realiseren, temeer omdat de economische belangen vele malen groter als ook diverser zijn dan voor het zoete en meerdere landen hieromtrent moeten wedijveren.
We leven in een klein kikkerlandje, met vele mensen bij elkaar. We zijn het eindpunt van een paar prachtige rivieren, de directe als indirecte levensaderen voor vele meren en vaarten. Vervuilingen zijn jaren achtereen, zelfs nog momenteel, met deze levensaderen Nederland binnen gestroomd om vervolgens voor een groot gedeelte op zee te worden uitgespuwd. Ook Nederland zelf was (is) niet bepaald het lieverdje in de klas, qua vervuilen. Het stromende water brengt energie (waterkracht centrales) en met wat aanpassingen (sluizen) een hoog rendement om producten “goedkoop” van A naar B te vervoeren. Door onwetendheid en/of economische belangen hebben vele soorten o.a. hierdoor geheel of in grote hoeveelheden op hun donder gekregen. Daarnaast heeft “ongecontroleerde” bemesting (dierlijk, kunstmest) op de landerijen middels uitspoeling, de oppervlakte wateren doen verrijken, evenzo directe ongebreidelde lozingen van fosfaatrijke wasmiddelen, waarop soorten zich aanpasten in zowel positief als negatieve zin!
De zee het “eindstation” van vele “vervuilingen” hebben plaatselijk snel op deze veranderingen gereageerd, hoe verder van de bron zullen deze concentraties door vermenging met (schoon) zeewater alsmaar kleiner worden. (hoe dichter bij de bron, consequenties meest of snelst zichtbaar). Zeestromingen hebben daarbij ook hun invloed waar meer of minder van deze “vervuiling” z’n “eindbestemming” vindt (Waddenzee). Vele “vervuilingen” zijn tijdens deze reis van het zoete naar het zoute“vastgenageld” in slib en/of in dierlijke vetten. Vooral bij de top van predatiestelsels (veelal langer levende karnivore diersoorten), zie je dat terug, met alle gevolgen van dien (zie ook het verhaal omtrent paling)
We kennen de DDT uitwerkingen denk ik nog wel!!!
Natuurlijk is er een omslagpunt, dat aanwezige fosfaat concentraties te hoog zijn en juist schadelijk zijn voor vele levenskringlopen, zelfs voor bijna alle levensvormen. Velen zullen de tijd nog kunnen heugen dat vele boerenslootjes er levenloos bij lagen, zelfs stonken, door ernstige eutrofiering en zelfs saprobiëring (verstikking, rotting) verschijnselen. Veelal slootjes dicht bij het boerenerf (mesthopen) gelegen met een ietwat mindere doorspoeling, een soort bufferplaats voor deze groei elementen. (Nu hoor je bijna overal de kikkertjes weer kwaken)
Al deze omschreven punten zijn op de korrel genomen, worden veelal aangepakt, met als doel een gezonder watermilieu te verkrijgen. Maar we moeten absoluut niet te ver “doorschieten”. We kunnen ons beter concentreren om de huidige productiviteit van de wateren te “stabiliseren”. Misschien op een wat “hoger productieniveau” dan vroeger het geval was overeenkomstig de totale samenleving zich ook op een “hoger productieniveau” heeft opgewerkt .
De totale uitstoot aan CO2 is ook de laatste tientallen jaren zienderogen verhoogd. Minder biomassa, vooral de algen welke bladgroenkorrels bevatten, zorgen middels fotosynthese voor de omzetting van deze CO2 naar O2 en laat nu net die groei elementen P en N ook zo belangrijk zijn bij de productie van deze biomassa. De zeeën (voedingsstoffen) vertegenwoordigen dus ook hieromtrent een zeer belangrijke factor (belangrijkste omzetter).
Ik ben van mening dat de aanpak van verankerde gifstoffen economisch gezien een bottleneck is, dit euvel aan te pakken. Hier moet veel geld in worden gepompt door de overheidinstanties en ja dat zal zowiezo een “stevige” duit moeten kosten. Dus worden dergelijke besluiten niet gemakkelijk genomen omdat eventuele economische groei hiermee kan worden belemmerd. Hiervoor zal een politiek partij zich minder snel hard willen maken! (PVVD?)
Momentele uitstoot schadelijke stoffen kun je bij de bedrijven neerleggen, door evt. sancties neer te leggen, maar al veroorzaakte problemen niet! Toch! De aanpak van meststoffen is een relatief goedkope bezigheid. Hieraan gerelateerde veranderingen zijn nu al zichtbaar en daarom nog wel te verkopen aan mensen die een gemiddelde denkwijze betreffende onze wateren e.d. hebben. Het is veel moeilijker de samenleving te overtuigen van de gemoeide geldstromen die nodig zijn de verankerde gifstoffen te decimeren. Je wilt het graag ZIEN ,VOELEN, RUIKEN, ja het moet direct tastbaar zijn, om het economisch te kunnen verantwoorden!! Toch!!
Parasieten (bij wijze van spreken is de blauwalg een parasiet, profiteerd van onze wateren en geeft daar niets positiefs voor terug) evenals luizen op planten, kunnen veelal op natuurlijke wijze worden aangepakt.
Waarom subsidueren we eigenlijk de biologische boeren? Niet om een betere kwaliteit (hopen we wel) melk of vlees te krijgen, maar meer om beter gebruik te maken van de biologische aspecten die de natuur ons eigenlijk zelf heeft gegeven als kan geven. Een beter bodemleven, beter dierenwelzijn.
Dus is het m.i. een mogelijkheid de driehoeksmossel voor blauwalg rover in te zetten, mits ze zelf geen toekomstige plaag zullen vormen. Trouwens ze zijn al volop in vele Nederlandse wateren aanwezig!
Motto:
Minimummaten verhogen, meeneemlimieten gebaseerd op cijfers voor ALLE vissoorten (Quoteringen), paai gronden paai perioden voor vele vissoorten zoveel mogelijk ontwijken ( vastleggen). Stabiliseren momentele mestconcentraties -circulaties (misschien incidentele gebiedsgebonden aanpassingen)
Bijvangstregelingen (binnenwater,zoet) heb ik persoonlijk geen problemen mee. Vastleggen gebruik vistuigen beroep (periodiek en gebied). Hobbyvissers duidelijk informeren omtrent de rechten en plichten van beroep. Bemiddelen of juist niet, beroep opdragen dat vistuigen die schadelijk zijn voor de bijvangstsoorten deze periodiek of op vastgelegde gebieden niet te gebruiken (aaldoggers). Bijvangsten in fuiken zijn indien er door het beroep een beetje tijd aan wordt gespendeerd toch wel weer redelijk onbeschadigd te releasen, aan een aaldogger zal de overlevingskans m.i. minder zijn bij terugzetting.
Wanneer de rechten goed worden verdeeld en hieraan beiderzijds (beroep, sport-hobby) wordt meegewerkt (beroep door o.a. minder verkwisting onrendabele bijvangsten in netten) en ook de waterschappen de belangen goed interpreteren alsmede de instanties moet het toch mogelijk zijn meer rendement van onze binnenwateren te kunnen verkrijgen, dan nu het geval is!!??. Beroep blij, wij hengelaars blij en een vispopulatie waar ieder land van zou willen dromen (smullen)! (misschien iets te gemakkelijk gezegd dan gedaan).
Okee, het beroep is eertijds (80ger jaren) in veel gebieden uitgekocht voor het schubvisrecht en willen nu hun bestaanrecht behouden omdat de paling niet meer genoeg in hun portemonnee rendeert (momentele paling bestand niet alleen de binnenvissers hun schuld). Vandaar behoord de “onderhandelingspositie “ rond het schubvisrecht voor de hengelaars m.i. ook sterker te zijn dan het beroep temeer ook dat deze groep meer geldstromen (economisch, daar is ie weer) genereren.
Groet Piet
Beste Piet,
Wat betreft de aalstand.
Vroeger kon je 50 tot 100 palingen vangen per avond, voor onze kust (hengel).
Nu vang je er bijna niets.
Ik denk dat er in Portugal, de glasaal vangsten moeten verbieden, ruim tien jaar geleden zag je veel glasaal in de netten nu zie je niets meer, er is ook een periode geweest voor de kust dat elke garnalenkotter met speciale palingnetten viste met resultaat 1000 to 1500 kilo paling per nacht, en hier staat geen quotum op.
Kan iemand verklaren dat er nu een kabeljauw explosie onder de kust is.
Veel kotters zijn door hun kabeljauwquotum heen (voor het eerst in jaren met 11% verhoogt)en we zitten net in de tweede maand?
Deze kabeljauw is binnen de 1 mijl van de kust gevangen, en heeft een maat van gemiddeld 60cm en groter,de kleinere gaan door de 12cm mazen(sleepnet) en 14cm(staandwant) heen.
m vr gr
een beroepsvisser
@Beroepsvisser schreef:Kan iemand verklaren dat er nu een kabeljauw explosie onder de kust is. Deze kabeljauw is binnen de 1 mijl van de kust gevangen, en heeft een maat van gemiddeld 60cm en groter,de kleinere gaan door de 12cm mazen(sleepnet) en 14cm(staandwant) heen.
0-0-0-
Deze gegevens beroepsvisser , over de kabeljauw explosie had ik nog niet. Wel over een explosie van kuitzieke schol, en makreel.onder de Nederlandse westkust. Volgens mijn theorie kan dit wel eens te maken hebben met de gestopte slibstort ver op de Noordzee. Deze stortingen veroorzaakte volgens mijn verzamelende gegevens ,een kilometers brede strook zwaar vertroebeld water tot ver boven de waddenzee. Ik vermoed dan ook dat bepaalde vissoorten toen niet meer onze kust paai wateren konden bereiken voor voortplanting. En dan klopt de theorie met het verdwijnen van de kabeljauw, makreel en de tonijn ect ect.uit de Noordzee wegens voedsel gebrek.
.Die 1 mijl kustzone is dat ongeveer vanaf Scheveningen ??
Alvast bedankt voor je antwoord.
Henk Slegh.