Zalmbeleving in het hoge noorden - deel 2
door Jelle Westerhuis
Zoals eerder beschreven was de spanning er totaal van af. Wimsema had een supervis in handen gehad en van een prachtig gevecht genoten met een kleinere kerel die hem toch ook even paar hoeken van de rivier had laten zien. Ik zat echter nog wel met een klein gevoel van tekortkoming.
Beetje blij en dik verwend.
Eigenlijk te verwend voor woorden na het vangen van een mooie zilveren vent en een ‘verfexplosie’ in de vorm van een bruine forel, maar toch! Die echte, toch wel heel graag gewilde fat boy was nog niet verschenen, en dat jeukte eerlijk gezegd toch wel een beetje. Ik wilde gewoon nog even heel erg graag in contact komen met een wat zwaarder exemplaar uit de rivier.
Kan je in ieder geval verklappen dat ik deze trip niet zo’n kleurrijk exemplaar als Wimsema heb kunnen strikken, en dat is weer reden genoeg om uit te kijken naar een volgende keer.
We gingen nieuwe vergunningen kopen, dit keer gelijk voor de laatste twee dagen omdat de laatste dag wel eens een hele drukke kon zijn, deze viel namelijk in het laatste weekend van het zalmseizoen. We besloten de komende 24 uur op een nieuw stuk rivier door te brengen om de daarop volgende 24 uur weer op de eerder geviste zone door te brengen. Geen idee hebbende wat er zou gaan gebeuren, gingen we toch nog maar ’s avonds naar het voor ons nieuwe stuk rivier om de boel alvast wat te verkennen.
Meerdere parkeerplaatsen werden aangedaan en water werd kritisch bekeken. We waren het er over eens dat bepaalde stukken duidelijk kansrijker waren dan andere, en de volgende dag zouden we het gaan meemaken. Eerst terug naar ons verblijf waar we aanstalten maakten om in onze slaapzakken terug te kruipen voor wat rust. Echter…
We namen nog even een afzakkertje zodat we nog wat van gedachten konden wisselen over hoe we het de volgende dag het beste zouden kunnen gaan aanpakken. De avond kroop richting de kleinere uurtjes en het licht ging op een gegeven moment als vanzelf uit. We waren allebei helemaal doodop.
Uitzicht op een meer vanachter de cabin, prachtig. De ‘rendierenhond’ liep langs de waterkant en ik kon het niet laten hem te fotograferen. Een lief maar zeer zelfstandig en eigenzinnig dier dat jaren had gediend als rendierenverzamelaar. Hij was het klaarblijkelijk zat, besloot met pensioen te gaan en kwam aanlopen op deze camping.
Nu houdt hij de wacht over de campers, tenten, caravans en verblijvende gasten en wordt gevoerd door de eigenaar van de verblijfplaats. Knakworsten behoren tot zijn lievelingsmaaltijd en met -30°C ligt meneer gewoon lekker buiten te slapen zonder ook maar iets te zeuren. Schijnt het zonnetje? Dan verkiest hij toch liever de koude schaduw boven die paar warme zonnestralen. Een prachtig dier met duidelijk zichtbaar karakter. Ook mooi om te zien!
We gingen, ondanks dat het vertrouwen in de vroege ochtend er überhaupt niet was, toch bijtijds naar de waterkant en beleefden direct actie in de vorm van meerdere springende vissen. Het haken ervan kun je wel vergeten (de vis is blijkbaar in een andere ‘state of mind’ en dus niet ‘taking’), maar het aanzien houdt je toch in de scherpste modus. Tot twee keer toe sprong een zalmpje over mijn lijn die ochtend… Plots ben je dan weer even gruwelijk wakker… Heerlijk is dat!
Heb een knap eindje rivier staan afvissen, maar één pool bleef jeuken, plagen en prikkelen. Het was er eentje waarvan ik zo ontzettend overtuigd was dat er vis uit zou moeten kunnen komen. Heb er na kort bezoek van wat andere pools, grofweg staan vissen van 10 uur in de ochtend tot 4 uur in de middag, zonder enig antwoord. Alle mogelijke vliegen aan het fluorocarbon geknoopt en van alles geprobeerd. Ik wist dat het tevergeefs kon zijn, de vissen in deze pool waren tenslotte zichtbaar niet vers, hadden geen zin en maakte alleen maar een motiverende, maar misleidende show voor de visser.
Er moest een vuur gemaakt worden. Het was slechts een graad of vijf en dat al gedurende de hele dag. Een koude wind deed de vingers verkrampen en smeekten tussen de runs door om warmte. Het kostte wat moeite het vuur aan de gang te krijgen omdat het merendeel van het hout kletsnat was. Toch ging het branden na de hulp van een vriendelijke vliegvisvrouw die aanmaakblokjes in haar auto klaar had liggen.
Binnen een paar tellen had ze de boel in de hens en konden we ons allen opwarmen aan het aangename vuur. De ‘pool cabin’ was daarbij ook zo’n grappig fenomeen. Het bood beschutting tegen de kouder wordende wind en gaf een welkom gevoel aan de rivier.
Rond 4 uur sloeg het om. Ik kreeg een onverwachte en heel rare aanbeet. Het leek wel een klein forelletje dat aan de vlieg snoepte en zich bij het zachtjes liften van de hengel per ongeluk aan één van de haakpunten had vastgeprikt. Door langzaam de hengel verder te heffen - aanslaan hebben we door schade en schande gelukkig afgeleerd - voelde ik dat het iets meer moest zijn dan een klein forelletje. De hengel kon bijna niet verder omhoog en de druk bouwde zich exponentieel op. Het kopstompen begon en het bleek een serieuze, kakelverse zalm te zijn.
Het kopstompen begon en het bleek een serieuze, kakelverse zalm te zijn.
Dit creëerde denk ik dan ook de plotselinge omslag in de pool. Nieuwe vis van redelijk gelijk formaat, maakte de reeds aanwezige, niet-happige vis zenuwachtig, en dat hadden we exact nodig: herrie en agressie in de pool! De zilveren vis gaf een goed gevecht en knokte er een flink potje op los. Wist hem binnen niet al te lange tijd te landen en was er gigantisch blij mee. Voor het eerst een ‘nibble bite’ verzilverd! Had het nog niet eerder meegemaakt en dat het mogelijk was, dat was me nu duidelijk.
Voor het eerst een ‘nibble bite’ verzilverd! Zie de haak voorin de bek… Geen volledige draaier dus.
We lieten de pool even voor wat het was en ik ging er nog een keertje overheen met dezelfde vlieg, niets verwachtend, maar gewoon een run makend om de laatste dertig minuten van de 24 uur uit te vissen. We zouden tenslotte over een half uurtje vertrekken richting bovenliggende stretch, om daar verder te vissen. Een knalharde ram op de hengel en de lijn stond meteen onder hoge spanning…
Vrijwel direct begon de vis meerdere keren achterelkaar te springen. Had vorig jaar al kennisgemaakt met het doffe, massieve gevoel en herkende het direct, ’t is een kneiter. Naar mijn idee een vis die ik de hele dag al had zien lonken, zonder te happen. De pool explodeerde en de vis liet me letterlijk alle hoeken van het stuk rivier zien. Moest hem proberen in het rustigere water te krijgen, dan zou het makkelijker drillen worden.
Voorzichtig de vis in rustiger water proberen te krijgen. Het werkt en de uitvallen zijn minder heftig dan in de stroom.
Een heftig potje touwtrekken volgde, maar de vis legde het, eenmaal aanwezig in het rustige water, vrij snel af. Kon hem landen en wat ik zag overtrof mijn verwachtingen. Direct een smile van oor tot oor. Zo’n vis in handen… Gewoon perfect, kan niet het niet anders zeggen.
Beer van een kerel. De kaak is in aanbouw en hij zoekt naar de juiste partner om te zorgen voor meer van dit soort geweldige wezens. Als visser mag je hiervan genieten en ik hoop het nog jaren te doen. De ontmoeting is prachtig, gewenst en dankbaar. Geen vragen omtrent wel of niet terug gaan. Jij gáát terug, hoe dan ook, al staan de locals de wijsvingers hevig op het voorhoofd te drukken. Hoop stiekem dat ze er hoofdpijn van krijgen.
Tilde hem uit het water en merkte dat ik snel verzuurde, kon hem niet lang houden. Hij was ook zo levendig dat ie met zijn harde staartklappen m’n arm binnen een paar seconden compleet uitputte. Hij vroeg om weer terug in het water gehouden te worden en ik deed dat. Een paar plaatjes schieten en deze dikke kerel ging weer terug in het haast zwarte water.
Een prachtige man gaat levendig en wel terug naar zijn domein, wachtend op een lekker ding dat hem aanstaat en waaraan hij zijn hom wil geven. Hij hoeft geen disco te bezoeken om een meisje op te pikken, nee, hij domineert de pool en wacht rustig af.
Het was uiteraard een enorm ‘joepie-moment’. Was stomverbaasd over het afgelopen uurtje. Eén mooie vis voor je kiezen krijgen… oké, maar twee? Dat ging er bij mij niet helemaal soepel in en veroorzaakte kortstondige kortsluiting, het is te mooi om waar te zijn en daar moest ik van bijkomen. Het heeft even tijd nodig te beseffen dat je zoiets meemaakt. Een goed moment om even wezenloos in het vlammenspel te kijken en op te warmen.
De dag erna… Een grotere dooddoener kun je niet verzinnen, écht! Geen fluit te beleven aan de hele rivier. Her en der een springende vis, totaal niet in de aantallen die we eerder gezien hadden. Nachtkaars? Ja inderdaad. Uit was ie, in no-time. Eigenlijk mag ik dat soort gebeurtenissen dan weer wel. We hadden ons moment gehad en werden even bikkelhard gewezen op de meest simpele waarheid; het is niet vanzelfsprekend.
Jelle
Eerder verschenen: deel 1 en deel 2.