Weerspiegeling op het water (deel 5)
Vissen! Hoe leg ik het uit?
Door Johan Caneel
Wat maakt het dat je besmet raakt met het visvirus? In mijn familie ben ik de enige en mijn kinderen zijn er, zelfs zonder vaccinatie, aan ontkomen. Onlangs is in mijn omgeving ook een huisarts besmet geraakt en er blijkt geen enkel medicijn te zijn om hem te genezen.
Met andere woorden het kan chronisch zijn en dan moet je er mee leven. Dan is het wel zo prettig als je er plezier aan beleeft.
De besmetting was blijkbaar al vroeg daar.
Welke visser kent het niet. Je zit op een verjaardag of tussen collega’s en dan komt jouw hobby ter sprake. Vissen! Wat vindt je daar nu aan? Dierenmishandeling en saai komen langs. Men begrijpt je niet. En nu moet jij proberen die anderen begrip bij te brengen dan wel verantwoording aan hun afleggen? Hoezo? Waarom?
Interesse tonen, vragen stellen en luisteren zijn voorwaarden om elkaar te begrijpen. Men zou je kunnen vragen: Hoe vang je die vissen? Wat is er voor nodig? Hoe beleef je het? Doe je de vissen hiermee geen pijn? Wat doe je met de vissen die je vangt?
Een patroon wat we veel zien, is dat iemand een visie heeft op het vissen en dat een ander dit dan moet weerleggen. Vele vis-leken komen niet verder dan de man die op een stoeltje langs de kant zit, naar zijn dobber te staren. Wat is daar nu aan? Of het idee dat je een vis leed berokkent door het te vangen. En jij je maar verdedigen en proberen iets uit te leggen, dat die ander niet kan of wil begrijpen.
In dat geval kun je beter vragen wat die ander weet van het vissen. Je kunt aanbieden om te vertellen over de dingen die deze persoon nog niet weet. Er dient dus ruimte voor een echt gesprek te komen. Dan voorkom je eindeloze discussies tussen mensen die niet open staan voor elkaar. Iets dat we immers altijd en overal tegenkomen!
Een andere techniek, die ik me inmiddels eigen heb gemaakt, is een tegenvraag stellen. Zo zat ik tijdens een diner met een oudere dame aan tafel die het vissen dus ook helemaal niets vond. Ik heb haar gevraagd wat zij leuk vindt om te doen. Welnu dat was golfen. (Ondanks een paar clinics is mijn golfbloed nooit gaan stromen!)
Vervolgens heb ik gevraagd wat zij daar leuk aan vond en toen werd het ineens heel interessant: Het 'buiten zijn in de natuur', het 'sociale contact' met de anderen en het 'spelletje'.
Buiten in de natuur, minder bedeelde kinderen meenemen in de boot om in sociaal contact te genieten van het spelletje.
Ik kreeg het op een presenteerblaadje aangeboden en zei: “Precies dat vind ik in het vissen” Toen was het klaar, ze begreep het volkomen. Daarmee bedoel ik te zeggen dat we eigenlijk allemaal op zoek zijn naar hetzelfde en dat de één het vindt in dit en een ander in dat.
Ik begrijp dikwijls ook niet welk plezier mensen uit bepaalde activiteiten halen en wil het dan graag weten. Door te vragen naar de beleving of het plezier hoor ik vaak dingen waar ik zelf nooit op gekomen zou zijn. Het is niet mijn primaire manier van waarnemen blijkbaar.
Maar als een ander geen eigen ervaring of inhoudelijke kennis heeft van vissen en slechts 'gelooft' dat iets zus of zo is, wordt het lastig om een gelijkwaardig gesprek te voeren.
Ik gebruik hier heel bewust het woord 'geloof', omdat een overtuiging grote spanningen op kan oproepen, als het tot de enige waarheid wordt verheven. Nog lastiger wordt het als die ander meent 'wetenschappelijk bewijs' te hebben. Mijn overtuiging hierbij is dat er minstens evenzoveel wetenschappelijke bewijzen zijn, die het tegenovergestelde aantonen.
Ik beperk me tot mijn eigen ervaring en beleving. Daarnaast luister ik naar argumenten van anderen en neem mijn persoonlijke verantwoordelijkheid in de omgang met de dieren en de natuur. Een haak zonder weerhaak brengt bijvoorbeeld al veel minder schade aan. Dit alternatief is echter niet voor iedere visserij toepasbaar en dus geen algemeen toepasbare optie.
Het sociale contact.
Ik realiseer me dat er verschillende disciplines binnen het vissen zijn, waar ik weinig van weet. Na het vissen met de bamboehengel en de lijn, die talloze knopen telde, is er veel veranderd. Ik heb me ontwikkeld tot een roofvisser die er vooral met de boot op uit trekt. Het had ook anders kunnen zijn. Maar het besef dat zij die andere disciplines hebben gekozen, waarschijnlijk dezelfde beleving ervaren, schept een band.
Catch & release is voor mij een heel belangrijk element. Alleen een vis die de vangst niet overleeft, gaat mee naar huis. Ik vind dat ik geen dode vis in het water achter mag laten. Een persoonlijke opvatting en verantwoordelijkheid dus.
Een erg lastig aspect vind ik toch wel de vermenselijking van de vissen. Zij die er van uit gaan dat vissen dezelfde emoties en gevoelens hebben als mensen. Middels allerlei wet- en regelgeving proberen we de mensheid een soort eenheidsworst te maken. Normen en waarden dienen eenduidig te zijn en te worden gerespecteerd. Telkens blijkt weer dat dit een onmogelijke opgave is. Met dergelijke zaken houden de dieren zich niet bezig. Zij vertonen natuurlijk gedrag!
Een 'schitterende' beleving.
Zie je het voor je: roof– en prooimensen of kannibalisme onder mensen! Het zotte is dat we het allemaal doen en vooral ten stelligste ontkennen, omdat het volgens de regels niet hoort. De zotte mens dus.
Respectvol omgaan met de door jou gevangen vis, brengt je dichter bij de natuur, bij het leven op aarde. Heel anders dan de trawlers waar de bemanning over de bergen vis heen loopt, die later in een plastic verpakking, smakelijk wordt gepresenteerd in de koeling of diepvries van de supermarkt.
In het verlengde hiervan liggen de bergen plastic die zich ondertussen in het water bevinden. Om nog maar niet te spreken over de hormonen uit medicijnen of chemische elementen die in het water terechtkomen.
Het kan helpen om betweters hier vragen over te stellen. Je moet er niet raar van opkijken dat hierover weinig of niets bekend is. Of men heeft het gehoord, zonder zich te realiseren wat dit voor de vis betekent. Zover heeft men dan niet doorgedacht.
Wees je er van bewust, holle vaten klinken het hardst. Door de leegte van het vat 'zichtbaar' te maken, gaat de betreffende persoon wellicht een toontje lager zingen. Vergeet niet ook even naar je eigen toonhoogte te luisteren! Geen mens is immers volmaakt!