Wanpraktijken die plaatsvinden in ons prachtige viswater deel 2
Door Maarten Wels
Een paar weken geleden heb ik een stuk gepubliceerd over de wanpraktijken binnen de Nederlandse beroepsvisserij. Dit onderwerp is vaker besproken, maar het is jammer als de aandacht voor deze belangrijke zaken minder wordt, en wegebt. Hoe groter het draagvlak en hoe meer mensen er van op de hoogte zijn, hoe eerder de resultaten zichtbaar zijn. Vandaar dit artikel over de status en ontwikkelingen van dit zorgelijke onderwerp.
Honderden reacties
Door de honderden reacties van sportvissers op mijn voorgaande publicatie, is opnieuw duidelijk geworden hoe belangrijk en urgent dit onderwerp is voor de hengelsport. Diverse websites hebben er veel aandacht aan besteed. Er gebeurde van alles via de sociale media en de telefoon stond niet stil. Hengelsportverenigingen en winkeliers zetten zich in.
Actieve sportvissers hebben contact gezocht met o.a. Sportvisserij Nederland (SN), de politiek, ministeries, diverse media, waterschappen en hengelsportverenigingen. De reacties van de sportvissers zijn uiteenlopend, van teleurstelling tot kwaadheid, maar unaniem is de mening dat er concreet en op korte termijn actie moet worden ondernomen. Ook is de algemene gedachten, dat Sportvisserij Nederland (SN) hierin een belangrijke rol in moet spelen, maar dat het inzet en resultaat vanuit deze organisatie tot op heden tegenvalt.
Reactie Sportvisserij Nederland
SN heeft kort gereageerd op het vorige artikel. Ik zal een samenvatting geven. SN schrijft dat de gesloten tijd voor vissoorten voor zowel beroep als de sport geldt. De eerder beschreven situatie speelde in maart, en toen was volgens SN de gesloten tijd voor roofvis nog niet ingegaan. Wat hierbij echter vergeten wordt, is dat er in maart een gesloten tijd voor snoek geldt.
De Visserijwet staat toe dat de beroepsvisserij, indien in het bezit van visrecht, ongelimiteerd mag vissen met alle toegestane middelen. Dit leidt, zeker met meerder beroepsvissers op het zelfde water, tot overbevissing. Met het IJsselmeer en Markermeer als trieste voorbeelden. SN zet zich voortdurend in tegen deze praktijken d.m.v. overleg met de overheid, beroepsvissers en gerechtelijke procedures.
Een belangrijk middel hierin zijn de visstandbeheercommissies (vbc’s). SN geeft zelf echter al aan dat dit overleg moeizaam verloopt door uiteenlopende visies van sport en beroep. Tevens heeft SN achthonderd controleurs en ruim honderd buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) rondlopen. Al deze inzet heeft helaas nog geen concreet resultaat opgeleverd voor de sportvissers.
Beroepsvisser
De beroepsvisser in kwestie is ook benaderd, maar hij heeft tot nu toe nog niet gereageerd, helaas. Wel was er welgeteld één (wat onsamenhangende) reactie van een “Beroepsvisser” via internet. Hierin werd geschreven dat er geen sprake is van overbevissing en illegale praktijken vanuit de beroepsvisserij, en dat de teruggang van de visstand te wijten is aan de sportvissers die gevangen vis niet terugzetten.
Er staan nog steeds veel illegale fuiken.
Uit onderzoek blijkt dat de beroepsvissers vaak de aalscholver noemen als voornaamste reden van de afname van de visstand. Dit is echter in strijd met de resultaten van het onderzoek van IMARES (zie verder), waaruit wordt geconcludeerd dat verreweg de meest vissen ondermaats zijn.
Aalscholvers eten voornamelijk vissen kleiner dan 30 centimeter. Indien de aalscholver de schuldige is, zouden er veel meer bovenmaatse vissen aanwezig zijn.
Natura 2000
De Natura 2000 kaderrichtlijnen zijn in het leven geroepen om de biodiversiteit binnen Europa te beschermen. Uit recent onderzoek van Regiebureau Natura 2000 blijkt dat de beroepsvisserij op het IJsselmeer, Markermeer en de randmeren geen nadelig effect heeft op deze doelstellingen.
Maar ook geeft het bureau toe dat goede monitoring ontbreekt van de werkzaamheden van de beroepsvisserij. Tevens verdrinken jaarlijks tienduizenden vogels in netten van beroepsvissers, alleen al op het IJselmeer en Markermeer. Natura 2000 heeft het belang van vogels hoog op de ranglijst staan. Wat wordt hier aan gedaan?
IMARES
Uit recent onderzoek van IMARES –een instituut dat onderzoek doet naar mariene ecosystemen- omtrent de visstand in het IJsselmeer en Markermeer blijkt dat het droevig gesteld is met de visstand. Een korte opsomming:
• De intrek van glasaal is de laagste ooit geregistreerd
• Het bestand aan volwassen aal neemt zienderogen af
• De snoekbaarsstand is al jaren op een constant laag niveau
• De blankvoornstand is al jaren op een constant laag niveau
• De brasemstand is al jaren op een constant laag niveau, mede door het ontbreken van goede jaarklassen
• De botstand is al jaren op een constant laag niveau
• De spieringstand: sterk afnemend
Qua leeftijdsopbouw zijn de verhoudingen totaal zoek. Het grootste gedeelte van de visstand bestaat uit nul-jarige vissen. Als belangrijkste reden van deze bedroevende visstand geeft IMARES al veertig jaar lang de ernstige overbevissing aan.
Snel afnemende visstand
Tevens sterft de paling langzaam uit en zijn er bijna geen inkomsten meer te behalen uit de beroepsmatige aalvisserij. Meer dan ooit tevoren worden vergunningen uitgegeven aan beroepsvissers om bijvoorbeeld snoekbaars, die als bijvangst wordt gevangen, te mogen verkopen, of er zelfs gericht op te vissen. Dit in combinatie met de ruime toegestane vismethoden en te weinig controle op de werkzaamheden van de beroepsvisserij is een recept voor een (snel) afnemende visstand.
Roofbouw
Er is nog een lange weg te gaan om tot een gezonde en duurzame visstand in Nederland te komen. Er zijn nog legio voorbeelden te noemen waar het fout gaat. Zo worden oeverzones van wateren elektrisch afgevist voor grote exemplaren, waarbij de kleine vis het loodje legt. Op rivieren worden fuiken en netten geplaatst bij vispassages om zo de vissen die de waterkrachtcentrales overleven weg te vangen. Jachthavens worden ’s winters afgezet met netten om zo alle witvis aan het water te ontrekken.
Alternatieven
Ideaal gezien wordt de beroepsvisserij in Nederland afgeschaft, zodat de visstand zich weer kan herstellen. De 250 beroepsvissers zijn slechts een hele kleine groep vergeleken met de twee miljoen sportvissers die Nederland telt. Ook qua economische waarde brengt de sportvisserij bijna honderd keer meer inkomsten op dan de beroepsvisserij.
Daarnaast wordt de beroepsvisserij kunstmatig in stand gehouden door overheidssubsidies. Alternatieven voor beroepsvissers zijn er genoeg, zoals vissen op rivierkreeften of wolhandkrabben. Beroepsvissers kunnen begeleid en bijgeschoold worden in bijvoorbeeld vis kweken of natuurbeheer. De consumentenkant van de vishandel mag niet vergeten worden.
Door meer voorlichting te geven omtrent duurzaam gevangen vis, kunnen consumenten verantwoorde keuzes maken bij het kopen van vis. Ook kunnen handelsketens transparanter gemaakt worden, zodat vangstmethoden en de invloed hiervan op het ecosysteem beter zichtbaar worden.
Houd als sportvisser ogen en oren open aan en op het water.
Tenslotte
Houd als sportvisser ogen en oren open aan en op het water. Maak melding van opvallende zaken, en breng deze in de media! Zo is er meer bereik en openheid, en kan er beter concreet actie worden ondernomen. De Nederlandse wateren hebben de potentie om een prachtige visstand te hebben, laten we ons als sportvissers hiervoor inzetten!
Maarten Wels