Verticalen op snoekbaars deel 9

DE NIEUWE UITDAGING DEEL 9 – SNOEKBAARS

Door Dennis van der Noot & Pieter Kofman

Terwijl de zon hoog aan de hemel staat en de dagjesmensen in hun zeiljachten en aanverwante sloepen om ons heen dobberen, staat voor de zoveelste keer vandaag de hengel weer helemaal in een ronde bocht. die de dansende verleiding van het shadje niet kon weerstaan. Het houdt maar niet op. Wat een geweldige dag op dit prachtige water.

                       


U bent vanmorgen opgestapt in de boot bij de auteurs van “De nieuwe uitdaging” en daar hoeft u geen spijt van te krijgen. Volgens Dennis worden deze zomer de snoekbaarzen niet op de gekende en al jaren goed producerende A stekken maar op de minder mooie en vaak vergeten B en C stekken gevangen. Zij vangen redelijk tot goed, dit terwijl half Nederland steen en been klaagt over de slechte vangsten.

Men zegt wel dat vissen op snoekbaars redelijk gemakkelijk is. Dat is het in zekere zin ook. Vooral wanneer je, als het ware, boven op de vis zit. Maar is het allemaal wel zo gemakkelijk? Nou, Dennis en Pieter kunnen u uit die droom helpen. U zult hard moeten werken voor elke vis. Zij houden de spreuk in ere, “Vis vangen is niet moeilijk, vis vinden wel”. Zoeken waar de snoekbaars zich ophoudt. Hebt u ze eenmaal gevonden dan kunnen er dagen komen, met supervangsten, die u zult koesteren voor de rest van u vissersleven.
Natuurlijk heeft ieder zo zijn eigen aanpak maar vandaag gaat u als lezer met Dennis en Pieter mee het grote water op en zij nodigen u uit om over hun schouders mee te kijken.

Een dag op het water

We rijden nu al een klein kwartiertje richting het viswater van vandaag. Onder het genot van een bakkie koffie, komt het gesprek al gauw over de toe te passen technieken. En natuurlijk de te verwachten vangst-voorspelling voor deze dag. Gaat het weer net zo goed als verleden week? Gisteravond hebben ze alles al doorgenomen, van het te bevissen water en vooral de stekken die ze gaan aandoen tot aan de toe te passen technieken. Maar ja, over vissen raak je nooit uitgepraat, zullen we maar zeggen en dus zitten ze zich in de auto weer lekker te maken met allerlei theorieën die veel en vooral grote vissen moeten opleveren. Ze moeten er wel bij zeggen dat het meestal bij theorieën blijft, op enkele dagen per jaar na. Dan lijkt alles wel te kloppen. Stek goed, shad goed, theorie goed, alles goed. Eén ding kunnen ze helaas niet voorspellen. En dat is het weer. En in het voorspellen van het weer daar zijn andere mensen, die er zogenaamd voor geleerd hebben, goed in.

Zij kijken ‘s avonds voor de visdag altijd naar Erwin Krol en/of Piet Paulusma en/of Helga van Leur. Maar meer omdat ze van sprookjes houden. Allemachtig, wat hebben die gasten het vaak fout zeg, en wat hebben ze een mooi beroep. Heel Nederland voor de gek houden en er nog dik voor betaald krijgen ook. “Of is dat alleen maar onze frustatie”, vraagt Dennis?

Maar goed, we dwalen even af.
Na een stevige rit komen we aan bij de trailerhelling. Voordat we de boot te water laten zorgen zij er voor dat de accessoires in en op de boot geïnstalleerd zijn. Hengelsteunen plaatsen, de boeien op hun plek , zelfs de shads waar ze mee beginnen liggen onder handbereik , nu nog de hand-GPS aanzetten en ze zijn klaar. Nu kan de boot, verwachtingsvol, te water.
...??

                       


Verleden week hadden ze met redelijk succes hun shads op ca. 6 meter water zwemles gegeven. De eerste stekken zullen dus rondom die diepte uitgeplozen gaan worden. Met hun polyester visboot van bijna 4,5 mtr. waar een elektrische gestarte buitenboordmotor van 25 pk achter zit komt de eerste stek al snel in zicht. Als de boot nog wat nadrift van het abrupte stoppen, nabij de stek die ze overigens via de GPS hebben teruggevonden en waar meteen door hun een boeitje bovenop gegooid wordt, is de eerste vraag van Dennis. “Zie je al signalen op je dieptemeter, Pieter?” Na een ontkennend schuddende hoofdbeweging van Pieter worden de hengels gepakt en gaan de shads toch te water. Deze shads zijn voorzien van een loodkop van 10 tot maximaal 14 gram.

Er wordt begonnen met een Culprit en een FinnS. Binnen een minuut haakt Pieter een snoekbaars van een centimeter of 40. Zo de eerste is snel binnen. De vis wordt onthaakt en snel terug gezet in haar element. Het blijft echter bij deze vis. Snel wisselen….. een andere shad erop, andere actie, andere kleur. Weer gaan de shads snel te water. Dit ritueel herhaalt zich nog 2 maal voordat ze besluiten om naar de volgende stek te verkassen. “Hier komen we vandaag nog wel een keer terug”, zegt Pieter. Na nog 2 stekken zonder succes te hebben afgevist komen ze aan op de 4e stek van de dag. Nog voordat de shads te water gaan verschijnen er een aantal mooie bodemsignalen op de dieptemeter. “Dat ziet er veelbelovend uit”, zegt Pieter, “zakken met die hap”.

U moet weten dat de man achter het stuur degene is die bepaald hoe een stek benaderd wordt. Hij zet meestal de boot hoog op het talud op om dan langzaam backtrollend langs de rand naar dieper water te vissen. Ze hebben besloten dit keer nog geen boeitje uit te gooien en laten zich eerst even afzakken tot de mogelijke eerste aanbeten. Pieter probeert te visualiseren hoe het talud loopt. Als je daar wat ervaring in krijgt vind je al heel snel de zogenaamde hotspots, b.v. een uitloper, een opstaand randje, of gewoon de windkant van het talud.

Dan gaat het plotseling snel. Terwijl hij goed de dieptemeter in de gaten houdt krijgt hij een keiharde aanbeet die hij van schrik mist. “Op zo’n +/- 7,5 mtr.” , mompelt hij nog als ook Dennis een harde aanbeet krijgt die wel blijft hangen. Bingo. Meerdere aanbeten dus boeitje overboord. En terwijl Dennis de vis uit drilt probeert Pieter de boot in positie te houden. Niets is zo vervelend als het opnieuw moeten opzetten op de stek als je de vis net gevonden hebt.

                       


“En terwijl Dennis de vis uit drilt probeert Pieter de boot in positie te houden…”

“Da’s een mooie vis”, zegt Dennis terwijl hij de snoekbaars met één hand uit het water tilt om tijdelijk te mogen poseren voor een digitale fotoshoot. Pieter heeft ondertussen zijn fotocamera gepakt en schiet snel een foto of 5 van de mooie 70er. En terwijl de snoekbaars weer wordt teruggezet, laat Pieter zijn shad alweer zakken. Dit alles heeft nog geen drie minuten geduurd. Binnen een kwartier vangen ze nog zo’n 4 snoekbaarzen erbij. Allemaal zo rond de 7 a 8 mtr. diepte. Dan houdt het op. Er zijn nog wel wat signalen te zien op de bodem maar als dat snoekbaars is, reageert die niet meer op de shads die ze er nu aan hebben zitten.

Wisselen dus die shads. Wie weet reageren de minder actieve vissen wel op een andere shad. Er laat zich na een aantal minuten nog één snoekbaarsje zijn grauwgrijs getekende flanken boven water zien voordat het helemaal over is op deze stek. “We gaan nu even op snelheid vissen”, zegt Pieter, “want dat wil nog wel eens voor verassingen zorgen”. “We doen nu shads aan de wartel met een loodkop van 17 tot 21 gram, want om een shad met snelheid in de buurt van de bodem te houden moet je flink wat meer gewicht gaan gebruiken”. Het wordt voor de stuurman nu nog moeilijker om varend de juiste diepte aan te houden. De diepte op de dieptemeter is nu niet meer dan een indicatie voor de shad die er misschien wel 15 meter achteraan komt. De hoek die de lijn maakt vanuit de top van de hengel naar de shad toe bepaald visueel de zwemrichting van de shad op het talud.

Waar ze eerst verticalend met zekerheid konden zeggen dat ze op 7 meter diepte aan het vissen waren wordt het nu diagonalend toch meer een gok. “Maar de ervaring als stuurman leert je al snel om goed te kijken naar je dieptemeter”, zegt Pieter, “en als er een aanbeet komt je te realiseren dat wanneer dit gebeurt bij het naar beneden gaan van het talud, de shad dus nog niet op de diepte is beland als die je afleest op de dieptemeter”. Weer worden er 2 mooie snoekbaarzen tijdelijk aan het water ontrokken. “Nu wordt het tijd om naar de volgende stek te gaan”, zegt Dennis, terwijl de elektromotor omhoog wordt gehaald. “Maar”, zegt hij, “voordat we naar de volgende stek varen maken we eerst even tijd om een broodje te eten, daar moeten we ons echt aan houden”. “Het komt namelijk vaak voor dat we ons zelf de tijd er niet voor gunnen en rammelend van de honger zitten te verticalen”.

                       


Volgens Pieter is dit dan ook het moment om alles de revu te laten passeren. “De vissen die we vandaag hebben gevangen kwamen van rond de acht meter”, zegt hij, “en zijn allen gevangen op een shad met een fel bewegend staartje”. “De shadkeuze en visdiepte is dus ongeveer wel duidelijk al zal er gedurende de dag toch nog wel worden gewisseld, niets zo veranderlijk als de snoekbaars, nietwaar?” Onder het genot van een kop koffie bepalen ze welke stek hierna uitgevist gaat worden. Hierbij word eerst de stek bepaald die qua structuur en diepte lijkt op de stek waar al enige vissen zijn gevangen.

Even later stuiven ze al over het water richting nieuwe stek. Eenmaal aangekomen ziet Pieter prachtige signalen op de dieptemeter vol verwachting gaan de shads dan ook weer richting bodem en… niets. Kijk en dat is dus ook vissen, diepte goed, talud goed, volgens de dieptemeter vol met vis en toch lekker niks. “Vaak snappen wij het zelf ook niet” zegt Dennis, “maar dat maakt het ook weer zo mooi, die onvoorspelbaarheid”. Ondanks dat de stek goed wordt uitgevist komt er geen vissie vanaf, reden voor Pieter om nog maar eens te zeggen dat een dieptemeter ook niet zaligmakend is, daarvoor komt het nog te vaak voor, dat als je op een stek geen vis ziet je ze toch weet te vangen en andersom, dat het vol lijkt te liggen en dat je geen knabbel krijgt. “Misschien hebben we wel boven op een schooltje met brasem zitten te verticalen”, zegt hij erachteraan.

Op naar de volgende stek. Nou ja stek, meer een bultje van nog geen 5 vierkante meter zomaar midden op de plas, die twee meter hoger ligt dan de omringende bodem. “Deze stek hebben we ooit bij toeval gevonden en gelijk in de GPS gezet”, zegt Dennis. “Die vind je van je leven nooit meer terug zonder GPS”. En dan gebeurt het, shads te water en boem boem de ene vis na de ander, lachende gezichten aan boord. “Hier dromen wij de hele week nou van, zo’n stek vol met agressieve snoekbaars”, zegt Dennis. Lachend vraagt hij zich af of dit bultje soms een bronnetje snoekbaars is, er komt geen einde aan. Van dit kleine stekkie peuteren de jongens maar liefst 15 vissen af, allen aan de maat, werkelijk een pracht visserij.

                       


Wat opvalt, is dat de shad na een ferme tik omhoog doodstil vlak boven de bodem moet worden aangeboden. Dat blijkt de meest succesvolste methode van deze dag te zijn want ook de rest van de dag wordt op die manier de meeste vissen gevangen. Wat volgens deze jongens een groot voordeel is, dat als je een goede kennis van het water hebt, je al vissend ook meerdere stekken gaat herkennen op je dieptemeter. Dit krijg je alleen maar door veel naar dezelfde wateren terug te keren, en in alle jaargetijden, om zo de nukken en wegen van vriend snoekbaars te volgen en zodoende beter in te schatten waar ze zich ophouden. Intussen is de dag omgevlogen en gaan we terug naar de stek waar we de dag ook zijn begonnen. Ondanks dat alle truckjes nog een keer uitgeprobeerd worden komen er van deze stek geen snoekbaarzen meer.

Voor vandaag is het gebeurd, de spullen worden opgeruimd en er wordt koers gezet richting trailerhelling. Nu wij zo een dag met deze snoekbaarsgekken zijn meegevaren is het duidelijk geworden dat er door af te wijken van de platgetreden paden toch in een moeilijke periode goed vis is te vangen. Alle snoekbaarzen die gevangen zijn vandaag, groot en klein, worden met respect onthaakt en teruggezet. Een heel belangrijk onderdeel om het bestand snoekbaars op peil te houden volgens Dennis en Pieter, zeker nu de druk op het viswater en dus op de vis toeneemt. De boot is uit het water en het wordt tijd om huiswaarts te keren. Met een tevreden gevoel nemen we afscheid.

Heeft u een mooie dag gehad?

Lezersvragen

De volgende vragen kwamen van de heer P. Scheys

Ik had een vraag i.v.m. het loodgewicht. Ik ben nog niet zo lang geleden begonnen met het verticalen en doe dit meestal op enkele waters bij mij in de buurt. Deze waters zijn echter maar drie tot vijf meter diep (kanalen en vaarten). Ik vis niet vanuit een boot maar met een bellybaot. Nu lees ik in talrijke artikellen dat je het loodgewicht zo licht mogelijk dient te houden. Het probleem is nu dat ik rustig met jighaken van slechts enkele grammen aan het werk kan (althans om goed bodemcontact te verkrijgen), ook omdat ik echt wel traag kan ‘varen’ met de Belly. Het probleem is dat ik de indruk heb dat sommige shads zoals de FT’s en de Salty Shaker shads maar weinig actie vertonen tijdens het vissen met deze lichte kopjes. Zou u mij kunnen vertellen welk loodgewicht ik in dergelijke situaties (rond de drie meter diepte, weinig stroming en traag geviste shads van bovenstaande merken) ik best gebruik. Ook zou ik willen weten of het mogelijk is dat ik TE traag vis?

Geachte heer Scheys,

De loodkoppen (gewicht) op bepaalde shads kan volgens ons inderdaad bepalen of je een shad zijn volledige actie kan geven of niet. De keuze om lichte loodkoppen te gebruiken kan voor u als verticaler wel in het voordeel uitpakken, de snoekbaars kan de shad met loodkop beter naar binnen zuigen. Maar een lichte loodkop geeft een andere actie aan een shad bij het dalen dan een zware loodkop, het loodgewicht zorgt er immers voor dat de shad sneller richting bodem gaat.

Feit is dat b.v. een FT shad en een grote Salty Shaker shad een betere (lees felle) actie krijgen met een loodkop van 14 of 17 gram dan met een loodkopje van 7 of 10 gram. Zo hebben wij verleden jaar op het Noordzeekanaal een periode gekend waarbij de vis uitstekend te vangen was met de FT shad op een loodkop van 14 gram terwijl met dezelfde shad op een 10 grammertje nagenoeg geen aanbeet kwam. En de bodem was ook met dat 10 grams loodkop gemakkelijk te bereiken. Dit kan hem dus zitten in het feit dat de snoekbaars een felle actie verkoos.

Maar de afgelopen periode hebben wij zeer veel met dezelfde FT shad gevist met een loodkopje van 10 gram, die minstens net zoveel aanbeten opleverde als met een loodkopje van 14 gram. In dit geval omdat de snoekbaars een meer rustige actie verkoos boven een felle. U ziet er is geen peil op te trekken. Toch luid ons advies om met deze wat grotere zwemmende shads eerst met een 14 grams loodkop te gaan vissen zodat u weet dat de actie goed is om daarna pas te gaan experimenteren met een 10 grams loodkop.

U vraagt tevens of het mogelijk is om ‘te traag’ te vissen ?
Nee dat is niet mogelijk en ook is het niet mogelijk om ‘te snel’ te vissen. De situatie van de dag, het jaargetijde, de activiteit van de snoekbaars (zie boven), wel of geen stroming, etc etc bepaald met wat voor een snelheid u het beste verticaalt of voortbeweegt in uw bellyboot. Ook voor dit punt hebben wij anekdotes die voor beide systemen pleiten. Dit zal u echt proefondervindelijk moeten uitzoeken. En let wel de snoekbaars bepaalt…

Tot zover dit artikel. Tot de volgende maar weer en veel succes!

En u weet het: Heeft u tussentijdse vragen, stel ze gerust via de redactie (info@totalfishing.nl) en we zullen ze persoonlijk of in een van de volgende artikelen behandelen.