Door Berthil Bos.
Als roofvisser die graag al werpend de snoek achter de vodden aanzit, is dit meestal de eerste techniek die ik hanteer. Het is natuurlijk ook dat de rovers vroeg op de dag graag het ondiepe mogen bezoeken in deze tijd.
Wat later op de dag zullen zij vaak het wat dieper water opzoeken, al wil dat niet zeggen dat ze dan richting bodem gaan. Eigenlijk volgen ze vaak de witvis, die al grazend op het ondiepe talud of plaat het buikje vol hebben gegeten en hierna een etage lager gaan. Het wordt dikwijls wat te druk op het ondiepe door de watersport en andere omstandigheden, die hier de boel verstoren. Zodra je denkt dat het stil valt met de aanbeten, is het tijd om de techniek aan te passen.
Je kan nu van het ondiepe naar het diepe gaan werpen, maar ook het trollen moet je als werpfanaat niet vergeten. Vaak wordt het trollen op snoek geassocieerd met achterover in de boot leunen en het kunstaas het werk laten doen. Degene die dit beweren, hebben waarschijnlijk nog nooit de kunst van het trollen goed uitgevoerd. Als je deze techniek goed uitvoert, zal je op het einde van de visdag bekaf zijn. Je moet de structuren en taluds onder water goed volgen en de veranderingen hierin goed tackelen. Als je dan ook nog eens hulpmiddelen gaat gebruiken zoals het Planerboard, dan is het lui achterover leunen absoluut niet aan de orde.
Werpend vissen heeft mijn voorkeur, maar…
Je vist natuurlijk veel meer water af, waardoor de kans groot is dat je Esox tegenkomt. Ik mag graag, als ik verander naar de troltechniek, gebruik maken van het Planerboard. Hiermee kan je een aasje wat verder van de boot vissen (goed voor schuwe snoek) en deze dichtbij de oever of eerste talud presenteren. Op deze manier vis ik met de handhengel op de diepere kant, met vaak wat dieper lopend kunstaas en een ondieper lopend aasje aan het Planerboard. Je zult nu snel merken waar de vis zich op houdt, diep of wat ondieper. Het is in het begin wat wennen, maar oefening baat kunst. Bijna elke visdag ga ik een eindje trollen en deze combinatie levert altijd wel weer een verassing op. Werpend vissen is niet altijd zaligmakend en soms heeft Esox juist een voorkeur voor getrold kunstaas.
Snel van naar de volgende stek, maar kunstaas dat niet zwemt vangt niet.
Wat je ook niet moet vergeten is het trollen op de terugweg van een afgeworpen stek. Stel je hebt een mooie plaat afgeworpen en je wilt weer bij het beginpunt beginnen, maar een aantal meters opschuiven. Waarom zou je dan niet op de terugweg even een aasje buitenboord zetten. Ook bij het veranderen van stek, als die niet op meer dan een kwartiertje ligt, kan je vaak succesvol al trollend doen. Het is al door veel goede roofvissers gezegd, je vangt alleen vis als het kunstaas zwemt.
ADVERTENTIE
ANDEREN LAZEN OOK
