Tonijnvissen Kroatië  Eerste dag brengt geen tonijn

Tonijnvissen Kroatië 

Eerste dag brengt geen tonijn 

Door Marc Borst

De eerste dag van de in maart uitgestelde driedaagse tonijnvistrip vanuit Jezera in Kroatië met schipper Lex Snoeys begint veelbelovend. Op weg naar de beoogde stek even buiten de laatste eilanden voor de kust zie we meeuwen duiken. Dat betekent dus dat we ietsje eerder beginnen met vissen.

De Sardamatic gaat in bedrijf zodat een chum-spoor van stukjes sardine kan worden opgebouwd. Aan de andere kant van de boot komt een netje sardines te hangen.


Sardamatic, made in Italy. Iedere 10 seconden een stukje sardine voor het chumspoor.


Schipper Lex zet alvast twee 50 pondshengels uit en Eelco en ik houden ons bezig met het vangen van aasvis. Dat lukt moeizaam. Er komen een sardientje, een horsmakreeltje, een bokvisje en wat kleine zaagbaarsjes naar boven aan de haringlijntjes. Maar goed, er is in ieder geval iets beters om aan de haken te doen dan ingevroren sardines.

Een electromotor houdt de boot via gps op z'n plek, wat natuurlijk veel makkelijker is dan meer dan 100 meter diep te ankeren op de rotsachtige bodem.

Deze vrijdagochtend is de wind nog zwak en het zonnetje schijnt. De temperatuur ligt even boven de 20 graden. Dat is voor hier in deze tijd nog aan de frisse kant.


Omdat we na een voorspoedige reis een dag eerder zijn aangekomen is de donderdag 'over'. De wind dan is nog te sterk om de zee op te gaan en we gaan met Lex een middagje op diverse stekken in de buurt vanaf de kant vissen met pluggen en poppers. Eelco vangt een zeebaarsje aan een popper en ik mag een tandbrasempje aan een plug noteren. Een nieuwe soort voor m'n lijstje.


We hebben dan al enige uren hoopvol naar het wateroppervlak, de fishfinder en de andere visboten in de buurt gekeken. Een paternoster met grotere haken, beaasd met inktvis levert veel aanbeetjes op, maar geen vangst.


Lex en Eelco staan ook op scherp.


In de middag begint de westelijke wind aan te trekken en loopt de golfhoogte op tot ruim een meter. De electromotor kan de plek niet meer houden en Lex besluit de boot te laten driften. Een derde 50 pondshengel gaat meedoen, zodat we nu op 50 meter, 30 meter en een paar meter onder het oppervlak vissen.


De driftzak is nodig om de snelheid van de boot af te remmen.


Een paar grote rode vlekken op het scherm van de dieptemeter op ongeveer 80 meter diepte laten ons grijpen naar jighengels. Misschien zijn het amberjacks, zegt Lex. Maar ook die pogingen blijven visloos.


De jighengels staan klaar.


We hebben er alles aan gedaan om vandaag iets moois te vangen, en hebben dus lekker gevist maar we zijn niet beloond voor de inspanningen. Er zijn zelfs geen haaien op het chumspoor afgekomen. De andere boten die achter de blauwvintonijn aan zaten hebben niet gevangen.

Ook in Kroatië vang je dus niet zomaar een tonijn. We hebben nog twee dagen…