Door: Berthil bos
Trollen: Omdat je met het trollen veel water kan afvissen, kom je op een visdag vanzelf wel een snoek of snoekbaars tegen, die in het kunstaas een lekker hapje ziet.
Bij een aanbeet op een shad sluiten de kaken dan om het zachte rubber, waardoor de handhengel of de eventuele afgesteunde (dode) hengel behoorlijk doorbuigt. Toch zullen er verschillende rovers gemist worden ook al hangt de shads vol met haken.
De tanden van een snoek kunnen de shad helemaal vastzetten.
Hoe krijgen die dekselse snoeken het nu toch voor elkaar om een dergelijk shad zomaar uit te spugen. Shads of andere rubberen creaties worden tijdens een aanbeet meestal doorboord door de vele tanden die onze rovers hebben. Het rubber zit als het ware op slot tussen de kaken en kan geen kant meer op. Ander kunstaas glijdt altijd nog wel even door en pakt dan met de dreggen meestal wel vlees.
Bij een shad voelt het allemaal wat natuurlijker aan en hierdoor houd de snoek de bek eerst stijf op elkaar. Mij is wel eens overkomen dat ik een snoek had ‘’gehaakt’’, die toen hij bij de boot kwam, geen enkele dreg in de bek had. De shad hield hij klem in de bek en pas toen hij dat rare gezicht aan de andere kant van de hengel zag, gingen de kaken open en weg was hij.
En of deze klem zit.
Bij een wat grotere shad is het gebruik van één of twee stingers een noodzakelijk kwaad. Een stinger is niets anders dan een stukje stalen onderlijn met een lusje, die over het oogje van de loodkop geplaatst wordt en een dreg. Hiermee verleng je de haken, zodat deze over de gehele shad verdeelt kunnen worden. Ik had het over een noodzakelijk kwaad, omdat vooral bij het shadvissen je het aantal stingers niet moet overdrijven. Les is More geldt hier zeker.
Bij shads over de 20 cm. zijn twee ‘’stingers’’ geen overbodige luxe op de afgesteunde hengel.
Zit de shad klem in de harde bek en dat is het grootste gedeelte van een snoekenbek, dan zitten de dreggen dat meestal ook. Meer dan twee dreggen moet je zeker niet gebruiken en laat dit afhangen van de bijtlust van de vis, de grote van de shad en aan welke hengel je de shad voert. Bij het trollen zal de shad aan de dode hengel, waarbij de vis zichzelf moet haken, met twee stingers voorzien worden.
Bij de hand hengel is een loodkophaak en één ‘’stinger’’ meestal voldoende.
Op deze hengel monteer ik altijd een behoorlijk afmeting rubber van ongeveer 20 á 23 cm, omdat de shad alles zelf moet doen om op te vallen. Bij de handhengel kan ik gaan spelen met het plastic en zo de aandacht trekken. De afmeting van deze shad zal dan ook iets kleiner zijn (hoeft natuurlijk niet) en voorzien worden met één stinger. Met de hengel in de hand kan je beter anticiperen op een aanbeet, waardoor één loodkophaak en een dreg ruim voldoende zijn.