Succesvol Reservoirvissen - deel 2

Succesvol reservoirvissen (deel 2)

Door Arjan Maat

Vorige week hebben we een start gemaakt en het gehad over het materiaal. “Goed gereedschap is het halve werk,” maar ook het gebruik van dat goede gereedschap is zeer belangrijk. De opgesomde vliegen voor het reservoir waren: droog, verzopen, nimf, streamer, flash, buzzer, cruncher en de blob. Voor velen van jullie zijn de droge vlieg, de verzopen vlieg, de nimf en de streamer heel bekende vliegen en waarschijnlijk puilen jullie dozen ervan uit.

 
Hier kun je met alle opgesomde vliegen succesvol zijn!

De flash, buzzer, cruncher en blob zijn voor een aantal onder jullie iets nieuws. Dit zijn alle vliegen die men onder water vist. De buzzer en cruncher aan een drijvende lijn, de flash vaak ook, maar kan ook aan een intermediate. De blob wordt hoofdzakelijk aan een zinkende lijn gevist, een Di3, Di5 of Di7.

Het vissen met een flash

Een flash is een streamerachtige vlieg die men hoofdzakelijk ‘rolly polly’ door het water trekt en daarmee puur probeert de forel op zijn agressie te triggeren en te laten bijten. Dit is in de wedstrijdvisserij een heel vaak toegepaste methode. Bij het ‘rolly polly’ binnenstrippen van de vlieg is het belangrijk dat je de handgreep van je hengel onder je oksel klemt, de hengeltop in het water hangt en strip je met twee handen de vlieg zo snel mogelijk door het water binnen. Ook hier heeft een langere hengel dus iets meer voordeel in verband met het krom staan en je rug enorm belasten. Varieer hier een beetje met de diepte en de snelheid… aanbeten zullen knalhard zijn en spectaculair.

Vissen met een buzzer of cruncher


Crunchers en buzzers in haakmaat #10 en #12 zijn de voornaamste.

Vist men met een buzzer of cruncher, of zelfs met een meervoud hiervan, dan start men met een leader van een meter of 5. Al naar gelang je de diepte wilt bepalen, vis je met een ‘bung’ of ‘washing line’. Bij een bung hebben we een eindvlieg die drijft en zowel dienst doet als vlieg maar ook als beetverklikker en zorgt dat de leader in het bovenste deel van het wateroppervlak blijft hangen.

Tussen de bung/ eindvlieg en de vliegenlijn zitten om de 1,2 tot 1,5 meter 2, soms zelfs wel 3 droppers. Dit zijn zijlijntjes van maximaal 15 cm met daaraan een buzzer of cruncher. Vis deze bung dwars op de wind en laat de wind de lijn in een boog een beetje meenemen dwars over het water. Houdt constant contact met de leader door héél zachtjes kleine achtjes te draaien. LET OP: men moet alleen de lijn strak houden, niet zozeer binnenvissen.

Men vist nu dus over een afstand van 5 meter en een variërende diepte tot een cm of 25 af met 3 of 4 vliegen. Men kan deze opbouw ook omdraaien en met 3 of 4 vliegen naar beneden vissen. Meestal wordt dan met een goudkopje gevist als onderste vlieg en de buzzers of crunchers aan de dropper. Ook hier weer contact houden en niet te snel binnenvissen.

Deze manier van vissen is vanaf het midden van het voorjaar tot eind september een heel mooie en relaxte manier van vissen, zeker als er een klein kabbeltje op het water staat. Staat er iets meer wind, kort dan de leader in tot een meter of 3,5. Dat scheelt veel tijd om de leader uit de knoop te halen!


Hier het goudkopje als eindvlieg, dat een mooi getekende regenboog opleverde.

Vissen met een blob

Al vaak heb ik me verwonderd over de te behalen resultaten met een blob. Ik heb nog steeds geen verklaring voor wat forellen er in zien, zeker gezien de verschillende kleuren als geel, oranje, rood, fluo groen en zwart, maar bijten doen ze er vaak wel op. En blob vis ik persoonlijk single of met z’n tweeën. Vaak gebruik ik dan een oranje of gele als dropper en de andere in het zwart onderop. Laat de zinkende lijn naar de bodem zakken en vis diep door middel van zachtjes en afwisselend achtjes te draaien, de vliegen geheel binnen.

Door het zachte binnenvissen zijn de aanbeten vaak heel subtiel en voel je soms dat de forel wel vier of vijf keer aanbijt, de zesde keer hangt hij. Dat komt omdat u een ijskonijn bent, zich niet heeft laten verleiden om snel binnen te strippen en opnieuw begint met de bodem af te vissen, maar omdat u ijzig de achtjes-beweging heeft voortgezet en de forel ditmaal met iets meer agressie en overtuiging de blob heeft genomen!

Volgende week ga ik het hebben over leaders, opbouw van leaders en de diverse materialen die het meest populair zijn voor het reservoirvissen.

Tot volgende week, Arjan Maat - www.pro-flyshop.com

Klik hier voor deel 1 van Succesvol Reservoirvissen

 

ANDEREN LAZEN OOK