Snoekbaarsjager (deel 15)
Snoekbaarskalender met mijn ‘vangende‘ systemen en mijn materiaalkeuze
Goede hengels en molens gaan vele jaren mee als je ze goed verzorgd. Mijn materiaal is al oud en heeft ondertussen heel wat vernieuwingen gekend. Je moet nu de nieuwste modellen van hengels en molens aanschaffen maar let wel op de eigenschappen van dat nieuwe materiaal.
Die moeten dezelfde blijven in vergelijking met mijn spullen en dan heb je zeker goed aangepast materiaal voor de verschillende vistechnieken welke ik met u wil bespreken. In onze vier jaargetijden ga ik verticaalvissen van januari tot maart bij koud en guur weer, liften doe ik in maart als het voorjaarsweer goed is en die techniek gebruik ik ook soms nog later.
Ik vis verticaal met de speld, ik ga hangend en liggend vissen, trollen met pluggen, combi-vissen, vissen met de Drachkovitch-takel, schuin verticalen of driften, vissen met het balletje en wippen met het bolletje in de periode juni tot augustus. Vanaf september vis ik met de fireball en sleep ik met vers dood aas, en wordt het koud, dan ga ik heffend vissen om uiteindelijk weer supertraag verticaal te vissen naar het jaareinde toe.
Ik geef jullie nu enkele voorbeelden over mijn snoekbaarskalender door mijn natuurobservatie. Voorjaar 2008: de rododendron in mijn tuin bloeit normaal eind maart, nu bloeit hij reeds en we zijn maar begin maart. De Japanse kerselaar bij de buren bloeit normaal begin maart en nu bloeide hij al midden februari!
Dat leert mij dat ik paaistekken ga bevissen eind maart omdat zeker de vrouwtjes dan al samen komen in dit gebied. Eind mei, begin juni zal het overgrote deel van de snoekbaarzen al verspreid zijn en dus weg van de paaistekken en dikwijls op veel diepere stekken (10 tot 12 meter).
Om toch eens de snoekbaarskalender te vertalen naar onze Romeinse kalender kan je algemeen stellen dat januari een maand is om zeer traag te vissen met de shad. Snoekbaarzen zitten in diepe gaten en overwinteren in een soort rustfase. Vanaf februari, als het weer zachter wordt, dan worden de glasogen actiever. Vissen met de aasvis wint dan, liftend en traag.
Mannelijke nestbewaker.
In maart wordt snoekbaars bij een zachte winter en dito voorjaar zeer actief in voorbereiding op de paai. Shads doen het nu zeker, met wat wind, driftend en heffend. Na de gesloten tijd wordt het eind mei en kunnen we terug aan de slag. De maand die nu volgt is dikwijls de beste vang maand.
Soms zitten de mannetjes nog op de nesten als het een wat kouder voorjaar was en ze zijn zeer agressief. Bij een warm voorjaar zijn de snoekbaarzen eind mei al van de nesten weg en soms ook al diep te vangen maar zeker ook steeds op het appèl aan de sluizen naar zout of brak water. In juli en augustus gaat de snoekbaars zich verspreiden en verplaatsen in scholen.
Bij echt warm en drukkend weer zijn de morgen en de avond de beste vangtijden. Maar ook overdag bij sluizen, waar het water wordt opgewoeld door de vele voorbij varende schepen, is het water zuurstof- en voedselrijk en vang je goed snoekbaars.
Vanaf augustus doen de glasogen zich tegoed aan de jaarlingen en vreten hun buikje rond tot in september en oktober, uiteraard azen ze dan ook op grotere aasvis met het oog op de komende winterperiode. Ze leggen hun vetreserve aan voor de koude echt invalt. Indien koud en guur, dan zijn november, december slechte vangmaanden.
Beheers alle systemen om maximale vangstkansen te hebben. Geen enkel systeem alleen zal altijd de beste resultaten geven!
**************************************************************
Een woord van Jackie:
Er bestaan weinig mensen die hun leven toewijden aan hun passie, nog veel minder aan het bevissen van één vissoort. Nochtans ken ik zo iemand. Hij is echt en heet Jan van de Linde.
Tijdens mijn sportvissersleven heb ik het geluk gehad echt gedreven vissers te leren kennen en dit tijdens mijn vele visuitstappen doorheen Europa. Ik kan mij echter niet herinneren een zo gepassioneerd en bezeten iemand te hebben ontmoet als Jan. Het was in de jaren ’90 dat ik hoorde van schitterende snoekbaarsvangsten in het zuiden van Nederland. Andere vissers zoals Albert Drachkovitch en Michel Naudeau waren mij voor geweest, en ik hoorde tijdens een snoekbaarswedstrijd op het Gooimeer dat een belgische visser een video had gemaakt met beide franse vissers.
Deze man wou ik ontmoeten en na enkele telefoontjes maakten wij een afspraak. Vele weken later gingen mijn vismaat en ikzelf Jan opzoeken in Mechelen. Deze eerste ontmoeting heeft op ons voor altijd een diepe indruk nagelaten. We werden gastvrij ontvangen bij de vader van Jan en de planning voor de volgende dagen was reeds helemaal klaar.We bespraken op basis van een perfecte topografische kaart, te verwachten windrichting en windsterkte, watertemperatuur, de beste te bevissen plekken en de waterdieptes op basis van een notaboek met alle vangsten van de voorbije jaren. Dit moest wel succesvol worden.
En dat werd het ook. Het verticaalvissen waarin wij onze eerste stappen hadden gezet in Noord Holland, bleek slechts het aperitief geweest te zijn! Op de stekken van Jan waren de snoekbaarzen present volgens het besproken plan van de vorige avond. De sterk vechtende snoekbaarzen van Volkerak en Haringvliet gevangen in de volgende dagen lieten ons niet meer los! De goedkeurende glimlach van Jan, zijn observatievermogen en zijn latere analyse maakten van ons gelukkige vissers. We waren geslaagd in ons ingangsexamen!
De echte openbaringen kwamen pas veel later. Na veelvuldige weekends samen vissen werd onze vriendschap hecht en we wonnen meer en meer het vertrouwen van Jan. Al zijn systemen, al zijn analyses, al zijn gedachtegoed over de snoekbaars zijn er voor hem gekomen na veel nadenken over het ‘waarom’ en ‘hoe’ hij zijn geliefde glasogen kon vangen. Zijn leven zou zonder zijn passie in de visvangst maar eentonig en saai zijn geweest. Wij hadden het geluk door te dringen tot in het diepste binnenste van deze man, daar waar slechts weinig mensen er in slagen om hem te doorgronden en vooral om zijn vertrouwen te winnen.
Het was mondjesmaat, tijdens onze verschillende visuitstappen op snoekbaars, dat we al de vangende systemen die Jan gebruikte leerden kennen. Het Drachkovitch-takelvissen, het slepend vissen, het verticaalvissen met shads, het vissen met de speld, het vissen met de fire ball, het vissen met het bolletje, het zijn allemaal ontwikkelde vangsystemen waarmee de meester ons bewees dat hij alle listen kende van de beste snoekbaarsvissers samen.
Waar we ook visten later in Nederland, in Spanje, in Roemenie of in Zwitserland, overal vingen we snoekbaarzen met de kennis die we kregen van Jan. Weinig vissers bij mijn weten kennen zoveel succesvolle vismethodes als Jan. Natuurlijk doe je die kennis maar op door vele uren te vissen en dit met een enorme gedrevenheid welke mij tot op de dag van vandaag verbluft.
Ik denk, ja ik ben er nu echt van overtuigd dat als reincarnatie ooit bestaat, Jan herboren zal worden uit een dik snoekbaarswijfje wat alle valstrikken en gevaren overleefde en wie weet zal ik hem dan terug tegenkomen op zijn waters wanneer hijzelf groot en sterk geworden is. Dit is mijn innigste wens.
Aan mijn vriend Jan,
Jackie
**************************************************************
Volgende week deel 16!
Mocht u vragen hebben aan de auteur, dan kunt u die mailen via info@totalfishing.nl