Sportvisjournalist Jan van de Linde uit België behoort met zijn vismaten tot de generatie zeer ervaren snoekbaarsvissers, die vooral de wateren in Zuid Holland en Zeeland kennen als hun broekzak .
Daarbij beheersen zij de juiste techniek, om met name de grote vissen aan de schubben te komen, tot in de perfectie. De methode die hen zoveel succes bracht inclusief de door hen beviste stekken is uitermate boeiend beschreven in het eerste en enige boek van Jan van de Linde, genaamd de Snoekbaarsjager.
Dit boek wordt alleen digitaal uitgebracht en zal in de volledige uitvoering exclusief verschijnen op Total Fishing, vandaag te beginnen met deel 1, waarbij iedere week een volgend deel met foto’s zal worden gepubliceerd.
Namens Total Fishing wensen we u heel veel leesplezier met het nieuwe én zeer bijzondere boek de Snoekbaarsjager!
Jan van de Linde (l) blij met de vis die hij tijdens een visdag met Albert Drachkovitch heeft gevangen. Ook het Drachkovitch-systeem wordt uitgebreid beschreven in een van de 34 (!) hoofdstukken.
Voorwoord
Ik draag dit e-boek op aan mijn lieve echtgenote Denise, aan mijn zoon Ben en aan mijn oogappel, kleinzoon Xander. Verder dank ik Miel, Marc, Bennie, Michel, Albert, Jacky, Jean-Claude, Bertus, Julien, Bart, Willy, Jean, Pol, Harry, Willem, Dick, Dio, Achiel, Robert, Gary, Alan, Chris en Kevin, stuk voor stuk snoekbaars cracks met wie ik de visboot deelde voor de fijne vis ervaringen.
Zijn oogappel, kleinzoon Xander
Een snoekbaarsjager (deel 1)
De laatste 35 jaar vis ik hoofdzakelijk op snoekbaars. Mijn eerste bezorgdheid is altijd het ’vangen’ van snoekbaars geweest. Nooit hield ik me bezig met visbeleidskwesties, vangstbeperkingen of andere zaken. Er zijn vissende schrijvers en schrijvende vissers. Ik hoor bij de laatste categorie.
Vis vangen, daar gaat het om.
Maar je hebt ook nog enkele witte raven, mannen die heel goed vissen en fantastische schrijvers zijn. Jan Schreiner zaliger, behoort zeker tot de categorie der allergrootsten. Hij wakkerde via zijn schitterende boeken in mij het vuur aan om op de roofvis te jagen.
Destijds zijn winkel bezoeken in Amsterdam was een hele ervaring. Het was net een ontdekkingsreis naar het Mekka van het toenmalig ‘modern’ roofvisjagen waar je allerlei schitterende materialen kon kopen om roofvissen te vangen!
Ook Bertus Rozemeijer is zeker een monument voor de moderne roofvisjager. Ik ging slechts enkele malen met hem op snoekbaars ondermeer op het Joppe, het Noordzeekanaal, het Spui, en bij demonstraties met Lowrance visvinders op het Sneekermeer.
Ik leerde hem waarderen als een topvisser uit onze contreien met een enorme technische bagage en verder ook als schrijver van een reeks zeer interessante boeken. Alleen spijtig dat ik niet meer dagen met hem op het water kon doorbrengen.
Met Bertus op het Noordzeekanaal, een thuiswater.
Dat dit e-boek via Total Fishing, het kind van Henk Simonsz, op de vele andere snoekbaarsjagers wordt losgelaten, mag ook geen verrassing zijn. Henk is een man uit één stuk en ook een fervent snoekbaarsvisser met de beste site in de Benelux.
Ikzelf behoor tot de oudere generatie snoekbaarsjagers. Ik begon met een huurboot in de Biesbos of op de Amer vanuit Drimmelen en beleefde er topsport op witvis en later op snoekbaars, meestal liggend of vissend met de dobber. Pas vele jaren later kon ik mijn eigen boot kopen.
Als snelheid belangrijk is dan neem ik niet de moeite om de gevangen vissen lang te bewonderen of te fotograferen. Dan vang ik snel een maximum aantal vissen omdat ik goed weet uit vorige ervaringen in die periode op dat water, dat het vangen snel kan afgelopen zijn. Vangen daar gaat het bij mij om, graag helemaal alleen en één met de natuur.
Eén met de natuur.
In de visserij heb je twee instellingen: de wedstrijdvisser en de dagvisser. Ik was altijd een dagvisser met de instelling om zoveel mogelijk en zo groot mogelijke snoekbaarzen te vangen. Mijn ervaringen wil ik in dit boek met u delen, beste lezer.
Waarom snoekbaars?
In onze omgeving heb je geen zalmvisserij en ik geloof dat de snoekbaars van de andere zoetwater-roofvissen echt wel de taaiste klant is om een heel jaar door te belagen met succes. Snoekbaars vissen is altijd weer anders.
Je leert steeds weer nieuwe dingen en technieken en ook de topstekken op ‘vaste’ viswaters veranderen. Naar mijn mening is de beste manier om succesvol te zijn de glasogen te bevissen in een beperkt aantal wateren .Zo zal je het water en zijn bewoners goed leren volgen.
Liftend gevangen met vers dood aas.
Is snoekbaars onvoorspelbaar?
Helemaal niet! Je moet gewoon 360 graden van het beeld invullen rondom deze intrigerende rover en je vangt ze. Enkel mijn directe ‘vangervaringen’ geef ik mee. Daarom vertel ik bijvoorbeeld niets over nachtvissen op snoekbaars of over de dropshottechniek.
Ik viste op snoekbaars in België, Frankrijk, Spanje, Roemenië, Zweden en Duitsland. Op zijn familielid de ’walleye’ viste ik in de Verenigde Staten, maar mijn uitverkoren visgronden zijn in Nederland. Daar heb ik enkele duizenden visdagen gejaagd op deze zoetwaterrover.
Ik sliep er op de grond tussen twee boten, in de visboot op de stek de dag voor de opening, in een aardappelschuur, in de auto, in een stacaravan, kortom overal legde ik mijn hoofd neer om maar klaar te zijn om ’s morgens op jacht te gaan naar de glasogen.
Beste visbroeder, ik wil je helpen om ook topsport te beleven door succesvol te vissen op snoekbaars. Ik schrijf niets meer over de oorsprong van de snoekbaars, beschrijving van deze vissoort, groei enz. Dit alles kan je lezen en terugvinden in de vroeger geschreven boeken.
Ook over gebruik van visvinder en gps zijn er talloze verhalen en boeken geschreven en ga ik dus niets vertellen of herhalen. Wij gaan samen het water op om ze te ‘vangen’!
En ja, ook dit nog: ik schrijf geen zoetige verhalen, maar beperk me tot het neerpennen van losse belevenissen en mijn deducties uit deze ‘vangervaringen’, opgetekend in al die jaren waarin ik mijn vissershart heb verpand aan de supervis die snoekbaars heet. Dit is mijn eerste en tegelijk ook mijn laatste boek.
Volgende week deel 2!
Mocht u vragen hebben aan de auteur kunt u mailen via jan.van.de.linde@telenet.be