Skarn-Super-Sundet 2012 (deel 2)
Door Geert Luinge
Alleen doemde er aan de horizon een héle dikke bui op en de loodgrijze stortbuien die we in de verte zagen neervallen kwamen donder en bliksem snel onze kant op, zodat we besloten om rechtsomkeert te maken en veilig in het appartement achter een bakkie leut het passeren van dit onweersfront af te wachten.
Tijd voor een bakkie leut.
De rest van de week werden we gesponsord door onze lieve Heer, want na die onheilspellende donderbui verscheen er een kleurrijke regenboog, en daarna is het dagenlang schitterend, windstil weer geweest. Er waren heel wat momenten dat we puffend onze jas uittrokken omdat het veel te warm was. Vandaar dat je Peet op onderstaande foto met een afgezakte broek ziet staan… terwijl Rein een leng aan het drillen is. Jazeker, een leng, en niet zo’n ukkie ook! Sakkerloot!
Prachtig gekleurde lucht!
Superlekker weer en dikke vis aan de lijn!
Geen ukkie…
Wij wisten niet dat er hier zulke monsters onder de brug door zwemmen. Deze leng van 146 cm werd nota bene gevangen op nog geen 5 minuten varen vanaf het appartement op een diepte van 150 meter. Daar heb je natuurlijk wel een stevige hengel voor nodig en een reel waarmee je een pond lood gemakkelijk omhoog kunt draaien, plus een millimeterdikke onderlijn die niet in de war draait als je je aas (een halve makreelfilet) laat zakken.
Op 5 minuten varen vanaf het appartementje!
Op de foto zie je een stuk groen fluorescerend siliconenslang dat uit de bek van de leng steekt en dat trekt niet alleen de aandacht van de vis, maar beschermt je onderlijn ook tegen zijn vlijmscherpe tanden. Ik heb het even opgezocht, maar een leng kan een lengte bereiken van ruim 2 meter bij een gewicht van meer dan 50 kilo, dus het baby-lengetje dat ik hier ving heeft nog een hele lange weg te gaan…
Nog een ‘lenge’ weg te gaan…
Nou gaat het bij deze visserij niet alleen om de stek, de hengel, de onderlijn en het aas, maar ook om het tijdstip, want de getijdenstroom in deze relatief smalle doorgang is bepalend voor al het leven onder water en er zijn momenten waarop je hier absoluut geen leng zou kunnen vangen omdat het te hard of juist te zacht stroomt. Door de kentering van het getij ontstaat er middenin de sundet vaak een enorme draaikolk, waar scholen haring en zandspiering de weg kwijt raken en worden meegezogen in de kolkende massa.
Op zulke momenten zie je op de fishfinder op half water een grote wolk ruis verschijnen met daaronder dikke bananen. Dat zijn grote koolvissen (wij vingen ze tot 93 cm) die je het beste kunt vangen door je kunstaas (bijvoorbeeld een 100-grams pilker) snel naar de bodem te laten zakken en daarna langzaam omhoog te draaien. Die zwarte torpedo’s knallen op het aas zodra het langs zwemt en maak dan je borst maar nat, want koolvis is een van de sterkste en snelste vissen die je op licht materiaal kunt vangen. Kicken!
Toen we ‘s avonds er weer opuit trokken (het wordt hier ‘s zomers niet donker, deze foto’s nam ik om 2 uur in de nacht) werden we getrakteerd op het volgende spektakel, want toen we een stek vonden waar op 20 meter diepte een schooltje haring op de fishfinder verscheen… haakte Peet ineens iets héél zwaars… Halleluja! Dat zou wel eens een heilbot kunnen zijn… In eerste instantie zagen we slechts een paar bescheiden tikjes op de hengeltop en heel langzaam begon het gevaarte weg te zwemmen.
2 uur ’s nachts…
Peet’s slip begon te gieren en het leek alsof er geen eind aan kwam, maar met 270 meter lijn op je spoel kun je wel tegen een stootje en langzaam begonnen we terrein te winnen. Maar vergis je niet, zodra een heilbot aan de oppervlakte komt volgt er een explosie van water en schuim… en dan gaat je slip nog véél harder gieren!
Dat ging zo een keer of vijf door en toen kwam de loodzware platterik eindelijk boven water en kon Peet met een big smile zijn eerste Skarnsundet-heilbot op de scorelijst laten bijschrijven. Goed bezig! De volgende ochtend begonnen Chiel en Geert met een stevige warming-up aan de overkant van de sundet (je ziet de huisjes midden op foto) want daar ligt een onderwaterberg waar zich meestal pollakken schuilhouden en met een sandeel-imitatie aan een tienhonderdste gevlochten lijntje werd op half water weer een vracht vis gevangen.
Loodzware platterik voor Peet!
Binnenkort het derde, tevens laatste deel!