Silverdropshotten voor beginners (deel 1)
Door Bart Debaes
Niettegenstaande het artikel in Het Visblad van december 2012 en het TV-filmpje die deze hengelwijze behandelde blijkt deze lucratieve visserij toch nog behoorlijk onbekend en dus ongebruikt.
Ik hoop met deze artikelenreeks daar wat verandering in te brengen, zodat er meer mensen hiervan kunnen gaan genieten. Het is een visserij die zeer weinig voorbereiding vraagt, en dus zeker geschikt is voor ‘het uurtje na het werk’.
Nu net bij de gesloten tijd van de roofvisserij kan het een prima vervanger zijn voor de 'aan-de-tik-in-de-onderarm-verslaafden' van het normale dropshotten en het verticalen. Ik hoop een paar vissers onder u te besmetten met het silverdropshot-virus.
Lucratieve visserij.
Toen ik een dikke dertig jaar terug mijn eerste stappen zette in het kunstaasvissen was dat vooral met jiggen en twisters in de vaarten op baarzen en snoekbaarzen.
Toen al hoopte ik om ooit een manier te vinden waarmee ik kon actief vissen met kunstaas op witvis. Die waren namelijk veel meer aanwezig. België was op roofvisgebied toen al rampzalig, en dus moesten de vangstkansen veel groter zijn als ik dat kon doen op witvis.
Vervanger voor het gewone dropshotten.
Als ik die een paar jaar later met de vlieg aan de schubben kon komen, was dit al een mooie stap vooruit, maar die zo verslavende tik op de hengeltop was er nooit bij. Een herhaling van die gedachte kwam er met de opkomst van het dropshotten.
Kleine baarzen waren hier en daar wel wat voor handen en die pakten gretig de kleine aangeboden shadjes. De hengels werden ook hierop gebouwd, zodat ze zelfs de kleinste tikjes vanuit de diepte doorgaven aan de bedienende hand via de ook nieuwe, dunne rekloze dyneema lijnen.
Hiermee moest het toch kunnen om met nimfen aan de onderlijn ook witvis te vangen. Mijn eerste probeersels gebeurden in een winterse jachthaven waar ik met de vliegenhengel en nimf ruime vangsten kon boeken. Het lukte, maar ik kreeg veel minder beet dan met de vliegenhengel.
Met de vlieg op witvis.
Maden op de nimf zouden het zoek– en leerproces wat moeten versnellen. De kleine haak werd gemonteerd zoals ik het deed bij het normale dropshotten. Helaas, net zoals bij het vliegvissen de vis zich zelden laat verleiden door een vlieg waar de leader in een lus rond ligt, ook zo moeilijk wilde de witvis een haak pakken waar aan twee zijden een nylon lijn vertrok.
Slechts twee kleine voorntjes en wat mini baarsjes waren dom genoeg om als vangst te dienen, echter onvoldoende om mijn vangdrang te bevredigen. Zeker al niet omdat ik wist wat voor mooie voorns hier te plukken waren. Andere manieren van onderlijnopbouw moesten dus gezocht worden.
Mini voorntjes.
Van zowel de zeevisserij, vliegvisserij en alle ledgervisserijen (wat is dat?) testte ik onderlijnmontages uit en probeerde nieuwe uit te vinden.
Het bleek ook hier dat wisselen van onderlijnsysteem per dag of per dagdeel de vangsten omhoog kon krikken. Hiermee was in te spelen op de stroming, waterkleur en bijtgedrag van de vissen.
Met de haak nu verder weg van de hoofdlijn bleven de vangsten niet uit, en ik doopte deze visserij algauw 'silverdropshotten', naar de glans op de flanken van die prachtige winterse voorns.
De glans op de flanken.
Door mijn gevangen aantallen te vergelijken met de vliegvissers in de haven kon ik mijn vooruitgang meten. Al gauw bleek dat dit systeem veruit superieur werd. Enkel als de vis zich hoog boven de bodem bevond moest ik onderdoen.
Ook als het water na hevige regenval begon te stromen bleek het een prima systeem. Dan moesten zelfs de vaste stokvissers onderdoen in mijn vangsten. Het viel me op dat ik ook makkelijker aan de grotere voorns kon geraken.
Deze grotere, oudere en dus slimmere vissen schuimen minder graag voerplekken af. Ze hielden daar allen slechte herinneringen aan over, dus zijn ze vooral daar op hun hoede. Niet voor niets worden die slimmeriken door ervaren vissers vaak een paar meter naast de voerplek opgezocht.
Grotere voorns.
Grotere vissen verlaten bovendien sneller een gevaarlijke buurt, waar soortgenoten plots naar boven worden getrokken. En dit is nu een groot voordeel van het silverdropshotten: het is een struinende visserij. We lokken de vis niet naar een stek, maar zoeken de stekken op waar de vissen zouden kunnen liggen.
Vinden we zo een stek, dan zal je ondervinden dat na een aantal snelle vissen het al weer uit kan zijn met de vangstpret. Gewoon verderop een nieuwe stek aanboren en we kunnen weer van vooraf aan starten met het vangen.
Blinkend zilver.
Het kan hiermee een ideale manier zijn om op een nieuw water in een korte tijdspanne uit te zoeken waar de betere plaatsen liggen. Later kan je die dan eventueel op een meer klassieke manier bevissen, als je een ruimere vistijd ter beschikking hebt.
Echter, als je van het silverdropshotten hebt geproefd, is de kans groot dat je de volgende vissessies opnieuw met een gevoelig hengeltje in de hand deze stek zal belagen op zoek naar blinkend zilver.