Rust, najaar en dikke vis…

een fragment uit…Rust, najaar en dikke vis…

Een fragment uit het boek ‘Strategisch op Karper’

De zomer is voorbij en een nieuwe uitdaging wordt gezocht. Ik ben momenteel wel even klaar met de drukbeviste wateren en ga opzoek naar nieuwe gronden. Gronden die nog niet of nauwelijks bewandeld zijn door vissers. Waar rust en genieten centraal staan, waar de vissen geen naam- of kilobordjes dragen.

Normaal kies ik een water om een bepaalde targetvis te vangen. Nu ga ik 100% het roer omgooien en ga opzoek na het onbekende. Na een aantal bezoeken aan een water waar rust overheerst besluit ik de benodigde papieren te halen. Het is een pure gok.

Een gevoel dat ik al tijden niet meer heb gehad bekruipt me weer; het karperbloed kolkt! De targetvisserij heeft me altijd veel plezier gegeven maar uiteindelijk weet je wat je najaagt en een echte verrassing komt nog zelden voor.


De nieuwe uitdaging.

Het is als een soort van trofeeën vangen, van het ene target naar het andere en dan het liefst nog meerdere in een seizoen. Je wordt er hebberig van en het plezier in deze visserij ebde bij mij langzaam maar zeker weg. Een nieuwe uitdaging gaat nu beginnen en ik heb er zin in.

Het water dat mijn gedachten op hol laat slaan is een grote plas, met zoals het er nu bij ligt, extreem veel wiergroei. Het is halverwege augustus en het eerste plan is om het water duidelijk in kaart te brengen. Met boot, visvinder, pen en papier kom ik op een zonnige dag aan het water.

Slechts een enkele zonaanbidster begeeft zich aan de waterkant, verder overheerst de rust. De boot wordt met de voetpomp opgepompt en turend over het water kijk ik of er vis waarneembaar is. Inmiddels is de boot klaar voor gebruik en gaat te water, visvinder erin en het werk kan beginnen.

Wat direct opvalt is het kraakheldere water en de extreem grote wiervelden. Ik besluit naar de kant te roeien waarop de zuidwester normaal zou staan te blazen. Deze windkant, ongeacht welk watertype, wordt door mij altijd als eerst bezocht. Uitleg hierover lijkt me overbodig.

Vanaf deze hoek ga ik zigzaggend het hele water rustig rondvaren. Het roeien naar de hoek is zo’n 400 meter en bijna aangekomen zie ik tot mijn allergrootste verbazing duidelijk een groep karpers tussen het wier zonnen. Blij als een klein kind geniet ik van deze ‘vondst’ en voorzichtig probeer ik zo dichtbij mogelijk te komen.

Ik zie mooie schimmen die moeilijk op grootte te schatten zijn. Maar knollen zijn het zeker niet, de vissen laten zich rustig zakken en ik roei er nu heel voorzichtig overheen om nog een glimp op te kunnen vangen. Ik ben misschien wel te gretig geweest en ik kan de vis niet meer terugvinden. Na een halve dag roeien en alles genoteerd te hebben wat van belang lijkt kom ik terug aan de kant.

Precies waar ik het water uit ga ligt een mooie jongedame te zonnen, pech hè! Ze had me al opgemerkt en vraagt nieuwsgierig naar wat ik precies aan het doen ben. Na volle tevredenheid beantwoord ik al haar vragen (ze is slechts gehuld in bikini en ziet er erg goed uit) en ze doet echt haar best om het te begrijpen. Dit water gaat me geluk brengen, klinkt er tijdens het inpakken van de boot constant door mijn hoofd.

Thuisgekomen verwerk ik dezelfde avond nog alle gegevens in de computer. De plateaus, banken, dieptes en wiervelden worden zo gedetailleerd mogelijk verwerkt. De nieuwe uitdaging is nu echt begonnen en de eerste belangrijke stap is gezet. Een weekend later kom ik met spodhengel en zo’n 2 kilo boilie’s terug.

Het doel is om schone, harde plekken te vinden en deze dan te gaan bevoeren. Aan de hand van het voorwerk zoek ik de wiervelden op. Aangekomen bij de ZW-hoek, waar de vissen ook aan de oppervlakte lagen, wordt de eerste worp gedaan. Ik gooi en wacht totdat het lood de bodem raakt. Na een slordige 100 worpen later heb ik nog steeds geen schone bodem gevonden.


Geen vissers, alle rust, hopelijk bijzondere mogelijkheden… 

Slechts erg kleine stukjes glijdt het lood wiervrij over de bodem om vervolgens nog geen halve meter verder weer volledig in het oerwoud van wier vast te slaan. Dit geeft me even een ander gevoel, ik twijfel en bezoek een dieper gedeelte van het meer waar volgens mijn kaartje ruim 5 meter water staat. Deze stek ligt ruim 300 meter van de eerst plek. De eerste worp… bonk… bikkelharde bodem!

Talloze worpen later is de schone bodem nu ook op papier gezet. Ideaal, de bodem loopt gelijk af tot zo’n 5 meter diepte, dan is er een strook van een dertig meter breed wiervrij en vervolgens begint hierachter het wierwoud weer. Zo precies mogelijk wordt de rand tegen het wierveld aan gezocht om er vervolgens de eerste boilie’s te voeren. Over een breedte van ruim vijftig meter worden de boilie’s verspreid, zowel voor als tussen het wier komen de boilie’s terecht.

Het gevoel is erg goed en ik heb geen flauw idee wat het allemaal zal gaan brengen. Maar het verlangen om hier de lijnen te water te laten is enorm. Ik heb het plezier in mijn hobby volledig teruggevonden ondanks dat ik er nog geen uur heb gevist. Het plan wordt uitgevoerd en ik voorzie de stek 3 keer per week van zo’n 2 tot 3 kilo boilies. Het is inmiddels eind september en het weekend komt eraan.

Als ik vrijdag na het werk vol bepakt aan het water kom zie ik een ovaaltje staan. Nog niet eerder had ik hier een karpervisser gezien. De beste man zit zo’n ruime 200 meter rechts van de door mij bevoerde stek te vissen… Aangekomen op de stek komt hij al snel naar me toe. Op zijn gezicht valt duidelijk de verbazing te zien van mijn bezoek. Na kennis te hebben gemaakt smelt mijn gevoel van balen als sneeuw voor de zon.

De jongeman heet Tom en hij blijkt een super fanatieke karpervisser te zijn. Na een tiental minuten praten weten we beiden met wie te maken hebben, en hij vertrekt weer naar zijn ovaaltje. Nu kan ik rustig mijn spullen opbouwen en de hengels erin leggen.

Vanuit de boot worden de hengels op een metertje voor de wierrand neergelegd. Het bijvoeren doe ik op dezelfde manier als tijdens de voerbeurten. Een ruime 3 kilo boilies wordt verspreid gevoerd. Na het inleggen begint nu eindelijk het vissen. Met een tevreden spanning wacht ik af…

Zoals altijd vat ik de slaap erg moeilijk tijdens de eerste nacht op een nieuw water, de opgebouwde spanning moet nu langzaam uit het lichaam vloeien. Het is ruim middernacht geweest en alle piepers zwijgen nog steeds. Iets dat me niet ongewoon is aangezien ik graag dressuurwater beviste waarbij één vis echt de kroon spande.

Hier werd het hele voorjaar geblankt en pas in oktober kwam de eerste run, wel gelijk de gehoopte vis maar goed dat is weer een heel verhaal. Het blanken doet me vreemd genoeg weinig. Het lijkt wel of je er aan gewend raakt. De slaap wordt gevat en ik vertrek richting droomland. Om 5.35uur klinkt het aangename geluid van de linker pieper. Als een raket vlieg ik van de stretcher en pak de hengel op.

De slip stopt en ik spring direct de boot in om zo snel mogelijk boven de vis te komen. Boven de vis wordt het een touwtrekken tussen vis, visser en vele kilo’s wier en na een vijftal minuten is het gevecht beëindigd. De eerste vis, een mooie 27 ponds spiegel, ligt in het net! Super, de eerste vis van een nieuw water is binnen.

Een nieuwe combi-rig van het stijve Rigid materiaal wordt wederom te water gelaten in de hoop nog een aanbeet te krijgen. De volgende aanbeet dient zich in het ochtendgloren aan en ik vang wederom een mooie spiegel. Mijn vertrouwen is nu ‘sky-high’ en dit smaakt naar meer… Het eerste weekend wordt afgesloten met maar liefst vier mooie spiegels!


Eén van de vier prachtige spiegels.

Tom, die alle vis netjes op de foto heeft gezet, snapt het niet helemaal. Hij vertelt me dat hij over het hele seizoen tot nu toe drie vissen heeft gevangen. Met enige twijfel hoor ik zijn verhaal aan, het aantal uren dat hij hier vist liegt er zeker niet om.

Nadat hij wat losser wordt, vertelt hij dat het water maximaal zo’n 25 verschillende vissen bevat, waaronder een mooie spiegel van net over de 20 kilo. Ik twijfel echter aan zijn genoemde aantal vissen want na de eerste voerbeurten kwamen er al gelijk vier vissen op de kant.

De planning voor volgend weekend is snel gemaakt, aangezien de weersomstandigheden hetzelfde blijven. Er wordt driemaal in de week gevoerd, ik verhoog de hoeveelheid voer tot zo’n 5 kilo per beurt. De vertrouwde MSB lipped mussel boilie´s worden weer lekker ruim verspreid over de stek. Tom houdt zijn eigen stek aan en is ook komend weekend weer van de partij.

Hetzelfde ritueel als vorig weekend wordt herhaald en nu zelfs met de vangst van 5 vissen! Zie je wel! Er moet veel meer vis op dit water zitten. Bijna de helft van het bestand vangen in twee weken op dit grote water, dat bestaat niet. Hier moet meer vis zitten en misschien heeft Tom het lage aantal genoemd om zijn eigen rust te beschermen, iets dat ik volledig kan begrijpen, want drukte van vissers zou dit prachtige water in mum van tijd kunnen vernietigen.

Hij is totaal verbaasd dat er zoveel vis op de kant komt. Ik heb geen geheim want ik vis met normale rigs. Een combi-rig van Rigid op zo’n 22cm lengte voorzien van een super camou haak en de andere met een Intense combi-rig voorzien van een nieuw type specialist, nu hetende Specialist X. Niks extreems. De stekkeuze en het regelmatig voeren is waarschijnlijk mijn grootste voordeel.

Vol enthousiasme vertel ik mijn vrienden over het ongelooflijke water en laat de foto’s zien. Allemaal mooie, onbeschadigde spiegels en een perfecte schub. De derde week treedt aan en door mijn werk ben ik niet in staat om de stek naar wens te onderhouden. Het water ligt langs een voor mij bijna dagelijkse route en nu, door mijn werk, blijf ik met enige regelmaat een nacht over. Hierdoor valt de regelmaat van voeren helaas weg…

Het is nu de tweede week van oktober en ik hoop dat het overige deel van het bestand al gewend is geraakt aan mijn aas en stek. Bikkelhard ga ik de volgende anderhalve maand onderuit, elk weekend wordt er twee nachten gevist en geblankt. Ik ben de draad volledig kwijt en heb geen flauw idee waar de vis uithangt, geen springende of draaiende vis, helemaal niks.

Na twee weekenden blanken op de eerste stek ben ik gaan zoeken op een ander gedeelte van het water. Te lang op gedane vangsten blijven teren is niet mijn stijl, er moet iets veranderd worden. Er wordt alles aan gedaan om de vis weer te vinden. Ondanks dat het nu vroeg donker is probeer ik zoveel mogelijk tijd aan het water door te brengen.

’s Avonds laat nog voeren en ’s morgens vroeg weer volop in de file richting werk. Het leven bestaat nu uit werken, voeren, slapen en wachten op het weekend! Erg slopend allemaal…


De aanbeten bleven tot zelfs ver in de ochtend komen.

Zo is het inmiddels het laatste weekend van november en een storm is voorspeld dit weekend. Harde zuidwesten wind met bewolking komt over het land dit weekend. Zoals gewoonlijk wordt vrijdagavond alles in het donker opgebouwd. Routinematig gaan de hengels te water. De watertemperatuur is inmiddels nog slechts 7ºC. De hoeveelheid voer is inmiddels teruggebracht naar maximaal 1 kilo per voerbeurt.

Omdat er gedurende anderhalve maand nog geen enkel teken van leven is geweest hoop ik er het beste maar van dit weekend. De eerste nacht gaat nu ook weer voorbij zonder enig teken van leven. Overdag pas ik mijn systeem aan en ga met kunstmaïs vissen. Een hengel wordt op een plateau gelegd op zo’n 3,5 meter diepte. De andere hengel wordt gevist op zo’n 7 meter diepte, onderin de rand van hetzelfde plateau.

De tweede en laatste avond van het weekend valt in en de zuidwesterstorm knalt nog steeds over het water. Rond 19:00uur gaat de 3 meter hengel af en een brasem heeft het maïs gevonden en is goed gehaakt. Deze vangst geeft me enigszins vertrouwen omdat de diepte en de stek me eindelijk weer eens een teken van leven geven. De maïs wordt vervangen door een 25mm enkele boilie en een rigid combi-rig.

Het voer bestaande uit gebroken lipped mussel boilie’s, hennep, zoete maïs en methodmix wordt goed gemixed. Op het moment dat ik in mijn rubberbootje stap met mijn hengel besef ik pas echt goed hoeveel wind er staat. Het oriëntatielampje die aan de bankstick is bevestigd wordt aangezet. Deze moet de terugweg zo recht en zo kort mogelijk maken, zodat de bocht in de lijn beperkt blijft.

Ik probeer met alle macht richting de stek te peddelen, de wind heeft teveel kracht en ik kan de boot met moeite in de richting houden waar mijn marker ongeveer moet staan. Balen, ik kan de marker, voorzien van reflector, niet terugvinden. De wind blaast maar door en de plateaustek terugvinden is onmogelijk. Ik besluit om richting eigen oever terug te peddelen, kijkend op de visvinder zoek ik eigenlijk naar geluk. Het gevoel dat je in een lege put zit te vissen bekruipt me…

Ik weet dat er in de luwte een uitloper ligt op zo’n 4,5 meter diepte. Ik peddel waarschijnlijk al zo’n half uur als ik eindelijk de punt van de uitloper weet te vinden. Snel gooi ik een H-marker in het water. Even proberen om met het lood de bodem te voelen of hij schoon en hard is. Ondanks de luwte wordt de boot toch snel van de stek afgeblazen en slechts een tweetal “voelbeurten” per drift kunnen worden gedaan.

Redelijk schoon en iets verder terug staat nog volop wier, prent ik me in het hoofd. Hier kan de rig te water worden gelaten. Eerst voer ik mix van kleinvoer rond om de marker, vervolgens benader ik de marker van de achterkant. Zo kan ik na het inleggen direct de marker op de drift richting steunen oppikken. Karpervissen een luie bezigheid?!


Wederom een levenloze periode, je moet er tegen kunnen…

Helaas gebeurt er deze nacht niks meer, de storm is in de loop van de nacht gaan liggen. Het water ligt er nu rustig bij. Bij het eerste ochtendlicht zie ik waarom ik de plateaustek niet terug kon vinden. De marker is door de golfslag losgeslagen en ligt zo’n 150 meter verder tegen de andere oever aan.

Het is zondagochtend en na het ontbijt en een stevige bak koffie wordt het weer tijd om langzaam in te pakken en huiswaarts richting vrouw te keren. De boot wordt uit het water gehaald om te drogen en de tent wordt ontdaan van de winterskin. Alles even laten drogen, dat scheelt weer werk bij thuiskomst.

Tijdens het oppakken van de eerste spullen op de kar gaat mijn linker hengel ervandoor. De “nieuw” ingelegde hengel staat krom in de steunen. Karper! Meteen pak ik de hengel op en deze slaat gelijk dubbel. Snel de boot te water gooien en de peddels los erbij en richting vis. Binnen een tweetal minuten zit ik boven de vis en weet dat de dril nu echt gaat beginnen.

De vis zit zoals bij alle vorige aanbeten ook vrijwel direct vast in het wier. De druk wordt extreem opgevoerd omdat er gewoonweg geen beweging in het geheel zit. Ik twijfel geen moment en benut de kracht van de hengel volledig. Ronder dan een hoepel komt er langzaam beweging in het geheel.

De 0,35mm Super G-line houdt zich perfect en een compleet wierveld met daaronder een dikke, lichte vlek komt langzaam maar zeker omhoog. Met in de ene hand de hengel en de andere hand gebruikend om kilo’s wier van de lijn vrij te krijgen, gaat de vis weer de diepte in. Ik heb de schim goed genoeg gezien om te beseffen dat er iets heel bijzonders aan de haak hangt en elke fout die nu gemaakt wordt is fataal.

Weer wordt de vis en ettelijke kilo’s wier onder volle druk richting oppervlakte gedrild. Eenmaal platliggend aan de oppervlakte tussen het vele wier, zie ik hoe de haak goed in de onderlip zit. Met volle druk trek ik me richting de vis. Het gevoel van een losschietende haak spookt door mijn hoofd… niet nu!

Het net wordt onder het wier en de vis geschoven, echter door het vele wier is het zeer moeilijk de vis volledig over het koord te trekken. Met hotten en stoten zakt de vis met al het wier onder in het net. Yahoo, wat een ongelooflijke bak!

Vol adrenaline haal ik de kilo’s wier uit het net totdat ik het machtige vissenlichaam zie. De spiegel wordt met veel moeite over de rand van boot gehesen en op de mat gelegd. Snel peddel ik terug naar de oever waar de vis veilig in het water wordt gehouden met schepnet. Vlug worden weger, weegzak, bewaarzak en de onthaakmat klaargelegd om de vis zo veilig en snel mogelijk te wegen en in de bewaarzak te doen.

Bij het wegen slaat de schaal ver door de 25kg heen, totaal verbaasd want zelf dacht ik aan een dikke veertiger bij het eerste aanzien. Maar in de waas die na het scheppen volgt ben ik de realiteit compleet kwijt, heerlijk gevoel…


Nieuwe wateren brengen nieuwe vissen, soms de meest extreme en onverwachte…

De vis wordt met alle voorzichtigheid in de natgemaakte bewaarzak gedaan, en weggehangen. Let op bij het zakken van een vis dat je de zak niet over de vis heen trekt! Hiermee beschadig je zijn zo belangrijke slijmlaag. Vouw je bewaarzak compleet open zodat je de onderkant vrij hebt, dit is waar de vis met zijn buik tegenaan komt.

Vervolgens leg je de vis op de kletsnatte bodem van de bewaarzak en haal dan beide bovenkanten voorzichtig naar elkaar toe. Let goed op dat de bewaarzak zo min mogelijk langs het vissenlichaam glijdt. Vervolgens leg je de weegzak onder de bewaarzak met vis en breng je deze voorzichtig richting water. Zorg dat de bewaarzak met vis veilig wordt weggehangen!

Enfin, snel bel ik Wendy en Mark om te komen voor het maken van de foto’s. Gelukkig krijg ik beiden bij de eerste poging te pakken, zij komen zo snel mogelijk en arriveren zo’n twee uur later aan het water. De vis heeft voor een minimale tijd in de bewaarzak gezeten. (Als je vis zakt, doe dit altijd zo kort mogelijk! Na een drietal uren of meer schijnt de vis er volgens een professor blijvende stress aan over te kunnen houden.)

Vol vreugde en trots wordt de vis gefotografeerd en weer teruggezet. Ongelooflijk hoe alles kan gaan binnen onze hobby! Dit is het moment waar wij als vissers naar verlangen en dat ons elke keer weer naar de waterkant weet te leiden.

Tot het einde van het jaar beperk ik het aantal nachten vissen en krijg ik geen aanbeet meer. Ik stop in het volgende voorjaar op het betreffende water nadat ik de nummer 2 heb gevangen en ga op zoek naar nieuwe gronden, dus toch weer aan het targetvissen?

Afgelopen voorjaar krijg ik van Tom het zeer trieste bericht dat na een uitzetting van karpers er zeker al zo’n tien vissen dood gevonden zijn, waaronder de gigant… In één klap de helft van het oude bestand weggevaagd. Tijdens de paai worden er nog slechts kleinere vissen gespot en ook Tom besluit na vele jaren zijn hengels hier neer te leggen…

Zo bleef het water in alle rust achter…

Indien je meer informatie over het boek Strategsich op Karper wilt, of je wilt het bestellen, ga dan naar de website van Publishing House.