Roofvissen van A tot Z:
Werpen met Grote shads op het ondiepe (deel 15)
Door Berthil Bos
Nu kunnen we het nog uitgebreid over de manier van vissen hebben en moeilijk gaan doen over de techniek, maar dat is eigenlijk niet nodig, want de eenvoud bij deze visserij druipt eraf. De shad met zijn grote schoepstaart maakt zoveel lawaai (lees waterverplaatsing) onder water dat elke rover dit al van verre voelt aankomen.
Mocht er dan toch nog iets mankeren aan zijn gevoeligheid voor trillingen, dan hebben deze 20+ shads genoeg profiel om waargenomen te worden. Waar je wel rekening mee moet houden is het moment van starten van binnendraaien na de worp; dit bepaalt mede de diepte waarop je vist.
Wil je dus erg ondiep vissen, dan moet je op het eind van de worp de shad, met de duim op de lijnspoel of de vinger tegen de molenspoel, afremmen waardoor deze mooi met de kop naar de hengel toe in het water land. Eigenlijk moet je al bij de landing gaan draaien en je zult zien, dat je zelfs met een zwaardere loodkop en hengel hooghoudend, het rubber goed zichtbaar net onder de oppervlakte loopt.
Twitchen, jerken of om de paar meter versnellen of juist stoppen is een truc die altijd werkt en zal je inspireren om te gaan experimenteren met je vistechniek. Toch zijn de sterke signalen die de shad met zijn staart en lichaam afgeeft meestal voldoende om de vis een loer te draaien. Begin daardoor altijd met het gewoon binnenspinnen, want dit vist zo relaxed waardoor je je volledig kan concentreren op het sturen en de aanbeet.
Eigenlijk geldt dit voor iedere vistechniek; als je meer bezig bent met het goed uitvoeren van een vistechniek, dan gaat dit ten koste van het werkelijk vissen. Natuurlijk moet je eerst een bepaalde techniek eigen maken, maar op den duur moet dit vanzelf gaan.
Wat de kleuren betreft, dit is en blijft persoonlijk, maar overdrijf het niet. Wil je een aantal kleuren aanschaffen, zorg er dan voor dat er onderling grote verschillen zijn. Detailverschillen maken niet het onderscheid, maar contrasten aangebracht op een kleur wel degelijk.
Contrasten onderling en op de shad zijn aan te raden.
Zulke vage detailverschillen maken niet het verschil.
Persoonlijk zie ik voor de snoek graag zwarte baarsstrepen of een zwarte rug of stip op het kunstaas. Ook een felrode vlek of staart geeft mij het vertrouwen dat de vangsten kan bevorderen. Contrasten zijn zeker te zien onder water en dat zien is voor een zichtrover als de snoek belangrijk.
Met een watervaste stift is een zwarte stip als richtpunt voor de snoek snel gemaakt.
Een groot plakoog valt ook goed op.