Rivier in het vizier 89
Door Yvo Bindels
21 april 2008
Wederom een dag met een prachtige start. De nog laag staande zon geeft de rimpeltjes op het water een zilveren glans. Wind is er weer nauwelijks, dus we kunnen straks weer de zee op. Nu eerst ontbijt. De voorgebakken broodjes kunnen zo uit de oven. Spek met ei voor een goede start van de dag.
Ontspannen wordt de boot gereed gemaakt. Op het water is nog even fris, zeker tijdens het snelle ritje richting open zee. We zoeken de goede stek van gisteravond opnieuw op. Het klein beetje wind staat perfect. Parallel aan het talud dat we willen bevissen. Na een uurtje wordt duidelijk dat de vis, voornamelijk koolvis en pollak hoger in het water zit. Zelfs op 70 meter waterdiepte zitten de rovers slechts vijftien meter diep. Tijdens het omhoog draaien van de pilkers worden we tot vlak onder de boot verrast met kegelharde aanbeten!
Rustige zee en kromme hengels
Zilver met blauw blijkt een topkleur. Het begint steeds meer op roofbleivissen te lijken! De pilkergewichten variëren nu tussen 50 en 85 gram, afhankelijk van de werprichting en stroming. Inwerpen even laten zakken en op tempo binnenvissen. Het talud loopt geleidelijk naar 20 meter en vervolgens een heel steil stukje naar 50. Daar tussen in is het duidelijk het ‘drukst’. Net voor de steile rand op half water wordt de prooivis opgewacht. Ikzelf geniet het meest van de pollakken. Een veel snellere zwemmer dan kabeljauw en ook een echte visjager. Keer op keer sta ik versteld van de kracht van deze vissen.
Zilverblauw, een echte topkleur
‘Het zijn er twee!’ roept Hans enthousiast en wijst met zijn linker hand richting water. Plons! Binnen een seconde ligt mijn pilker ernaast. Hans heeft een fraaie vis eraan, maar de volger is nog groter. Mijn pilker is gezien, sprintje, en bam! Zonder aarzeling vol eroverheen. Geweldig! We stuiteren zowat door de boot van enthousiasme. De slip giert het uit. Een dikke tachtiger wil maar één ding; de diepte in! Even later mag ik een 11 pond zware pollak even voor de lens houden. Hoogtepunt van een mooie morgen en een perfect moment om te stoppen!
Na een middagpauze van enkele uurtjes zoeken we in de avond het water weer op. Paars geel blijkt die avond de vangende kleur. Het 85 grams haringmodel pilkertje van Spro blijkt een regelrechte topper. Terwijl Hans en Wiel hun uiterste best moeten doen voor een enkele aanbeet trek ik de spinlat herhaaldelijk krom! M’n armen worden steeds zwaarder. De vissen geven alles wat ze hebben. Plots is het over. Wat we ook doen, we krijg simpelweg geen aanbeet meer.
De volgende morgen slapen we wat langer. De zware Noorse zeelucht zorgt voor een zeer goede nachtrust. We zijn wat later op het water. De visserij is wederom geweldig. Door het aanhoudende mooie weer lijkt de vis steeds ondieper te zitten. Zelf op dieptes van minder dan tien meter krijgen we aanbeten. Bij ondiepe visserij en veel zon zijn donkere en zilveren pilkers beter dan de felle kleuren. Bij deze lichte visserij monteren we (op advies van Raffie) geen bijvanger, die hinderen de actie van de pilker alleen maar. Onze hengels zijn eigenlijk net iets te hard. In combinatie met de gevlochten lijn, heeft dit nogal wat lossers tot gevolg. Vooral ondiep, wanneer de vis de kleine bocht in de lijn vanwege de stroming er niet hoeft uit te zwemmen. Wat grotere en dikkere dreggen lossen het probleem op.
Op vijftien meter water
De dagen gaan snel voorbij. We hebben het goed naar onze zin. De accommodatie is op en top verzorgd en de begeleiding laat niks te wensen over. Raffie en Linda komen geregeld buurten en zijn continue bereikbaar. Het weer zal de hele week goed blijven. Een bezoekje aan Bergen hadden we gepland voor als er een mindere dag zou zijn. Die komt er niet eens. Hoewel de grote vismarkt die hier ’s zomers staat er nog niet is, willen we er toch een kijkje gaan nemen. Ik sta versteld van de orde in deze stad en ook van het vrouwelijk schoon. Iedereen lijkt van het mooie weer te genieten. Volle terrassen en drukte op het grasveld van de park.
’s Avonds speel ik wat vanaf het balkon. Kleine visjes zijn direct geïnteresseerd in de stukjes makreel. Mijn haken zijn veel te groot. Van een klein dregje knip ik twee haken weg. Dat blijkt de oplossing. In no-time kan ik enkele verschillende soorten even boven water bewonderen. Lipvisjes zitten erbij, de andere namen ken ik echt niet. Ik laat de beestjes maar verder met rust en voer ze het restant van het stuk makreel.
Spelen vanaf het balkon
De laatste twee dagen proberen we van alles uit. Vissen ook weer eens diep met zwaarder materiaal. De lommen die we vangen komen van 150 meter diep water en dienen als avondmaal. De meeuwen zijn blij met de restanten. Werken met gemak grote stukken weg. Plotseling een grote plons midden tussen de meeuwedrukte! Een grote witte vogel duikt twee meter diep en vist er een stuk vis op. Het blijkt een Jan-van-Gent. Zie de soort nu voor het eerst.
Blij met de restanten
We proberen ook eens met loodkoppen, shads en twisters te vissen. Japans rood blijkt daarbij een goed vangende kleur. Een fraaie kabeljauw, koolvissen en ook enkele polakken grijpen het rubber tijdens onze laatste visuren. Ik maak het wat spannender: “Wie nu de eerste vis vangt, mag de anderen in de drijfpakken afspuiten”. Zijn die tenminste weer schoon als we naar huis varen. Wiel vangt een koolvisje en is dus die winnaar. ’s Avonds schrobben we de boot en geven het hengelmateriaal een zeer uitgebreide douche. Zo kunnen de hengels en molens de volgende keer ook weer ertegen aan, want terugkomen gaan we hier zeker!
Jan-van-Gent