Rivier in het vizier 316
Door Yvo Bindels
Drie-en-dertig graden is het als Sando en ik ’s middags naar de rivier koersen. Hittegolf in Nederland. De grote koelbox is dan ook tot aan de nok toe gevuld met koele frisdrank en lekkere dingen. De avond op het water zal wel wat verkoeling brengen.
Er is enorm veel pleziervaart aanwezig. Jachtjes, jetski’s, roeiers en zwemmers. Hoewel het uitzicht op goed gebruinde dames in bikini natuurlijk verleidelijk is, zoeken we een rustig stuk water op. We gaan vanavond gericht op grote roofblei vissen. Die lijken het nu wel even best te vinden met het gejaag op het drukke jonge visbroed. We kiezen ons kunstaas daarom bewust wat groter.
We hebben niet veel materiaal bij ons, omdat we het heel gericht willen aanpakken vanavond. De hengels zijn voorzien van lange fluorocarbon onderlijnen met 10 kilo trekkracht. Die grote zilveren sprinters willen we natuurlijk wel probleemloos zien binnen te krijgen.
We leggen alvast wat goede pluggen klaar tussen de 10 en 15 centimeter om ze min mogelijk herrie op de stekken te hoeven maken. Onthaakgerei, mat, net en fotoapparaat liggen klaar om een vis zo snel mogelijk retour te kunnen zetten na de vangst. Maar eerst nog iets vangen!
Een snelle aftrap.
Daar hoeven we niet lang op te wachten, want ik krijg enorme dreun op mijn hengel. Kicken, zulke aanbeten! Typisch roofblei. Ze halen het aasje in en knallen dan van voren erop. Bij de poppervisserij is dat overigens vaak duidelijk zichtbaar. Mooie vis om te beginnen en goed voor het vertrouwen in de visserij.
Na die eerste vis, is het even zoeken. Regelmatig pikken we planten op en dat is nu juist niet de bedoeling. Het aas moet iets hoger lopen. Zo komen we al snel uit bij de HS Triple Pikefighter 110, het kleinere broertje van de grote geduchte Pikefighter. De 110 is een perfecte maat voor de grote roofblei en de plug is snel en kaarsrecht te binnen te vissen, ook in stromend water. Sando krijgt vrijwel direct een keiharde aanbeet erop! We zien meteen dat het een grote vis is.
Snel draai ik m’n Pikefightertje binnen. Vlak voor de boot wordt die ook door een grote vis met veel geweld uit de oppervlakte gegrist. Ik schrik me rot! Zo staan we beiden een grote roofblei te drillen. Die van Sando krijgt voorrang want dat is de eerst gehaakte en de grootste van het stel. Met de hengel tussen m’n knieën en de slip helemaal open, schep ik de vis van Sando. Terwijl ik snel een plaatje maakt, houdt mijn vis zich koest. Misschien is ie eraf?
Supervis voor Sando.
Nee, hij zit er nog aan. Sando zet z’n vis terug en pakt het net om de andere vis te gaan scheppen, die heeft nog wel wat power over en slaat het water nog een keer tot schuim voordat hij in het net beland. Ook nu een snel plaatje en terug ermee. Gaat prima zo.
Hartverzakkende aanbeet van deze zilveren sprinter.
Na de hectiek pakken we een koel pintje uit de koelbox. Missie nu al geslaagd. Met de voeten over de rand van de boot nemen we even een pauze. De stek kan zo ook even tot rust komen.
We delen de belevenissen van onze gezinsvakanties. Beiden zijn we met vrouw en kids met de caravan op pad geweest en tijdens die kampeervakanties valt er altijd wel van alles te beleven. Voor we het weten zijn we een poosje verder en wordt het tijd om nog maar eens de hengels op te pakken.
De zwaan lust wel even wat anders dan al dat groenvoer.
We zijn amper twee minuten aan het vissen of ik haak opnieuw een grote vis, die schiet helaas meteen ook los. Geregeld gaat de koelbox open, want veel drinken is wel belangrijk bij dit warme weer. De tijd vliegt wel voorbij tijdens zo’n avond zeg.
De Triple Pikefighter 110, plug van de dag!
Wederom is het de Triple Pikefighter 110, waar ik een harde dreun op krijg. Een geblokte en best dikke roofblei heeft de plug tijdens de dril boven op z’n neus hangen. Met z’n tweeën gaat het landen en een foto maken razend snel, maar toch gaat het mis. Net als ik de vis ga onthaken geeft die nog een roffel en slaat daarbij een dreg vol in m’n pink, auw #@# !
Een paar seconde later volgde ‘the revanche’ van deze sterke vis.
Nu moet ie niet nog eens klapperen zeg. “Snel de knipex in het voorvak van m’n tas!” Sando handelt gelukkig vliegensvlug en knipt de dreg los zodat ik niet meer aan de vis vastzit en deze eerst teruggezet kan worden. Ik zie dat het er niet zo best uit ziet. De haak is er aardig ingedraaid en om hem door te duwen lijkt te weinig ruimte over.
Dus moet-ie terug. Ik probeer het even, maar m’n geklooi is pijnlijk en schiet niet op. Ik vraag Sando om hem in één stevige ruk eruit te trekken met de tang. Hij heeft wel moeilijkere haken onthaakt dan deze. “Doe het maar gelijk”, voeg ik er aan toe. Met een stevige ruk gaat de haak er verrassend eenvoudig uit. Even bloed opruimen, pleister erop en we kunnen door.
Het laatste uurtje breekt aan, gelukkig wordt het al wat koeler. Nu het roofbleienavontuur geslaagd is, proberen we het nog even op de meerval. We nemen iets dieper lopend kunstaas en zoeken ook wat dieper water op. Sando krijgt een aanbeet op zijn Screaming Asp, maar al snel is duidelijk dat het geen meerval is, maar een snoek.
Snoek in aantocht…
Keurig gehaakt en mag er buiten boord van af.
Een mooi formaat, maar vanwege de hoge watertemperatuur willen we geen enkel risico lopen en tikken hem naast de boot los, zodat deze gelijk weer terug het diepe koelere water in kan. De meervallen laten het helaas afweten, maar met enkele flinke roofbleien tijdens een avondje hoor je ons niet klaar. Voor het donker is zitten we alweer op de snelweg naar huis. Nagenietend van een heerlijke nazomeravond!