Rivier in het vizier 277
Door: Yvo Bindels
2 april 2013 - Tegelijk arriveren Henk en ik op de afgesproken plek op Schiphol. Het inchecken gaat gelukkig vrij soepel. We hebben de bagegelimieten aardig dicht benaderd. Na twee uren vliegen zetten we voet op Spaanse bodem. Het visavontuur kan beginnen!
Heerlijk om nu het koude Nederland te verruilen voor het aangename Spaanse klimaat. Met de huurauto rijden we in een kleine drie uurtjes van Barcelona naar Caspe. Ik heb het gevoel dat we de winter meteen voor de zomer verruilen. Het is zonnig en de bomen zijn al groen. In Mequinenza rijden de we de Ebro over en hebben een mooi uitzicht op de stuw.
De brug bij Mequinenza.
Het laatste half uurtje van onze reis genieten we van de prachtige vergezichten en kijken we regelmatig uit over de Ebro. Het bordje ‘Sierra Ebro’ wijst ons de weg richting de woning van Hans en Margaret en zoon Mike. Daar worden we hartelijk ontvangen. Na de plezierige kennismaking, brengen we gezamenlijk een bezoekje aan de haven waar een mooie vloot visboten klaar ligt. Het water staat hoog en is zeer troebel.
Mooie vergezichten het laatste stukje van de reis.
We vervolgen onze weg naar het ruime appartement dat op slechts enkele minuten rijden van de haven ligt. De rest van de dag bekijken we Caspe, halen boodschappen en maken op ons gemak het materiaal piekfijn in orde. Het vakantiegevoel zit er al aardig in!
In de haven ligt een vloot visboten klaar.
De eerste visdagen gebruiken we vooral om het water te verkennen en potentiële hotspots te ontdekken. Door de stevige regenval in het stroomgebeid van de Ebro is het water opnieuw gestegen. De snoekbaarzen, waarvoor we wel aardig ons best moeten doen, vangen we erg ondiep. Vooral tegen de takken van de onder water staande struiken aan.
De eerste dagen bij hoog water springen ze niet vanzelf de boot in.
Na de eerste dagen hebben we een aardig beeld van het water. Er zijn eigenlijk opvallend veel overeenkomsten met de riviervisserij in Nederland. Wel ligt de natuur hier heel wat weken voor. Ook kijken we onze ogen uit naar de vele vogels. Voor de vogelliefhebber is het hier een paradijs. Kleine zilverreiger, rode wauw, gier, Europese kanarie en de hop zijn enkele soorten die we regelmatig zien.
De rode wouw zien we regelmatig.
Genieten van het prachtige uitzicht.
Onder een brug zit een grote kolonie huiszwaluwen. Er klinkt een gezellig gekwetter en hun vliegkunsten zijn prachtig om te zien. Plotseling komt er een groepje grotere zwaluwen aan. Ze lijken met hun lange, smalle vleugels op gierzwaluwen, maar zijn nog groter en hebben een witte buik.
Enkele nesten van de huiszwaluwen.
Ze hebben zo op het oog ook wel wat weg van boomvalkjes. Het zijn alpengierzwaluwen. Ze voeren prachtige stunts uit. Zijn ook razendsnel, net straaljagers. Nemen allen een slok water en trekken weer verder.
De kleine zilverreigers jagen vooral in de rustige ondiepe baaitjes.
De daarop volgende dagen wordt het steeds warmer. Ik heb het echte zomergevoel te pakken. Terwijl wij ’s ochtends al lekker in de zon zitten te genieten, krijgen we een sms-je dat het in Nederland 10 graden gevroren heeft ’s nachts! Elke dag vangen we nu beter. Het water is in de Ebro is ondertussen aardig gezakt. De snoekbaarzen zijn goed los en we belagen ze nu succesvol met allerlei technieken.
We kregen net een sms-je dat het in Nederland tien graden gevroren had.
De omstandigheden worden stabieler en de snoekbaarzen zijn nu goed los!
Natuurlijk zwemmen er meer interessante vissoorten rond voor de roofvisser. Meerval (dé specialiteit van visgids Jos Kaspers die samenwerkt met Siërra Ebro en Hans) die hier een gigantisch formaat bereikt en de populaire black bass, hoewel voor die laatste soort het water nu met 11 graden nog iets te koud is. Ook de springende karpers spreken tot onze verbeelding. Vooral in de ondiepere baaitjes geven ze regelmatig acte de présence.
De ondiepe paaien warmen sneller op.
Het lijkt ons leuk om die karpers eens gericht te belagen. ’s Avonds slaan we in de supermarkt enkele blikken maïs in. De volgende ochtend maken we in een mooie rustige baai alvast een voerstekje van maïs op een ondiepe stek. Daarna maken we de snoekbaarzen het leven kortstondig zuur.
Harde aanbeten van de agressieve snoekbaarzen.
Die werken goed mee en we vermaken ons kostelijk met de harde aanbeten. Als de zon hoog aan de hemel staat en de temperatuur is opgelopen tot zo’n 25 graden, wordt het tijd voor wat anders. We pakken onze 2.70 mtr spinhengels, knippen de onderlijn eraf, schuiven een dobber erop en voorzien de hoofdlijn van een dropshothaak. Twee loodhagels erop, maïs aan de haak en vissen maar!
De snoekbaarzen vangen we nu met allerlei technieken.
Met twee ankers positioneren we de boot voorzichtig een meter of tien van de voerstek af. Voeren nog enkele maïskorrels en plaatsen onze pennen. Het wachten kan beginnen. Hoewel wachten… Het duurt niet al te lang voor we onze hengels kunnen kromtrekken. De schubkarpers geven goed gas aan de spinhengels.
Prima sport aan de spinhengels.
Deze afwisseling houden we ook de laatste dagen erin. Tussen het snoekbaarzen door ook op karper vissen en op het heetst van de dag is een siësta ook heerlijk. Het blijft immers vakantie! De rust op het water is voor ons ook wel een verademing. Er zijn slechts enkele visboten op het water en houden ruim afstand.
Karpervissen en siësta’s tijdens de heetste uren van de dag.
De meervallen die we tijdens het snoekbaarzen tegen het lijf lopen, weten helaas te ontsnappen. Onze relatief kleine haken hadden kennelijk te weinig grip want de vissen rollen er af zonder lijnbreuk. Aan het einde van de week hebben we ook nog een paar uurtjes gericht gevist op deze vissen.
Helaas gaan de visdagen ook hier te snel voorbij en is het tijd om de spullen weer in te pakken. We nemen afscheid van Hans, Margaret en Mike die alles tot in de puntjes verzorgd hadden. Met gebruinde koppen vliegen we weer terug naar Amsterdam.
Mike, Hans en Margaret van Siërra Ebro
Voor meer informatie zie www.sierraebro.com