Rivier in het vizier 239
Door Yvo Bindels
16 Oktober 2011 - Brrr, het voelt koud aan buiten. Het gras is voorzien van een wit laagje rijp. De eerste nachtvorst is een feit. Het wordt zonnig en windstil. Heerlijk weer om te varen en te vissen, maar in combinatie met de glasheldere, stilstaande rivier bij voorbaat al een taaie onderneming.
Ons thuiswater is sowieso een lastig water. Wie er de weg niet kent heeft bij deze omstandigheden harde papieren. De uren dat de zon nog niet al te hoog staat geeft op deze dagen doorgaans de meeste kans op succes. In de ochtendschemering maken we de boot op ons gemak gereed. De Kalf Hawk 5313-trailer is een genot om mee te traileren. De Pikefighter-boot glijdt geruisloos het water in.
De boot glijdt rustig het water in.
Terwijl Sando de auto en trailer parkeert, stap ik in en wil de motor alvast even warm laten lopen. Terwijl ik me omdraai richting motor zie ik de stop van de boot in een hoekje liggen. Shit, vergeten! Ik kijk snel onder het deksel. Ja, de boot loopt al vol water en dat gaat aardig rap. Het gebeurt iedereen een keer, vandaag is het onze beurt. Ik roep Sando die gelijk de trailer weer het water in rijdt.
Ondertussen heb ik de bilgepomp aangezet, en een straal water spuit eruit. Zo snel mogelijk draaien we de boot terug op de trailer. Dat gaat gelukkig rap. Op de schuine trailerhelling lopen heel wat liters water terug door het gat. Je kan er maar beter gelijk bij de trailerhelling achter komen, dan een eindje op het water.
Na de valse start drinken we voordat we richting rivier varen, een kop koffie op de plaats waar we dat vaker doen. De rustige uithoek van de rivierplas is prachtig belicht door de opkomende zon. De ochtendmist zweeft als een gouden sluier boven het water. Plop, een meerkoet komt boven van een korte duik. Sando attendeert me op een ijsvogeltje dat voorbij scheert. Het zonnetje voelt heerlijk.
Sprookjesachtig begin van de dag.
We koersen rechtstreeks naar een plek waar we regelmatig dikke baars kunnen vangen. We werpen met kleine shadjes op lichte loodkopjes. Het duurt even, maar dan krijg ik een duidelijk tikje op de shad, maar weet de haak niet te zetten. Sando hangt een dauwpier aan de dropshotmontage en dat resulteert gelijk in een kromme hengel. Het blijkt een grote baars te zijn die de worm niet kon weerstaan. Prachtige vis om te beginnen.
De grote baars kon de dauwpier niet weerstaan.
Waar er één zit, zitten er meestal meer. Dat blijkt maar weer, want op amper twee meter diepte krijg ik opnieuw een aanbeet. Na de aanslag die mis is, zie ik in het heldere water het aas omhoog schieten met een handvol megabaarzen erachteraan. De grootste slaat vlak onder de boot toe. Sando die ook meteen tussen het groepje inwerpt, heeft ook meteen succes. In het heldere water zien we de grote baarzen onder de boot mokken. Geweldig gezicht.
Sando onthaakt zijn vis meteen in het water, want hij heeft gezien hoe groot de mijne is. Een oude, grauwe vis met een kop die wel wat van een karper weg heeft, komt in het oppervlak. De haak zit goed en ik land de vis zelf met de hand. Wat een bak! De grootste die ik tot nu toe op dit water ving. Sando schiet enkele plaatjes. Vooral de kop is indrukwekkend!
Een kop als een karper!
We werpen nog kort met shadjes, maar eigenlijk wordt het niet meer mooier qua baarzen. Omdat er nog maar weinig schepen gevaren hebben en de oever er rustig bij ligt, gaan we werpend op snoek aan de slag. We koersen met de Jarvis Marine fronttroller dicht langs de oever en maken korte worpjes richting de keien. We vissen zo in redelijk tempo de oeverzone af.
Het kunstaas is goed te volgen en dat is spannend. Anderhalf uur gaat er voorbij zonder dat we een snoek gezien hebben. Zouden ze dan toch dieper zitten? We besluiten een stukje te gaan slepen met vier hengels om zo een groot stuk van het talud af te dekken. Net op tijd zien we een goed verscholen kantvisser. We kunnen net voorkomen dat hij de aanbeet van z’n leven krijgt.
Terug in de oeverzone knalt er een snoek op de in het oppervlak gesleepte Buldawg. Sando slaat aan, maar de snoek schudt de brok rubber uit zijn bek. Het kan dus toch. We slepen verder. Enkele kilometers water gaan er onder de boot door zonder teken van leven. Ik weet wel dat we hier niet op de randmeren zitten, maar er moet toch wel ergens een snoek op scherp staan? Niet dus.
Genieten van het mooie weer.
Kleiner aas dan? Met jointed shadraps vangen we al snel een paar knappe baarzen, maar snoek laat zich wederom niet zien. De zon staat ondertussen al hoog aan de hemel en het wordt drukker op het water. Velen trekken er nog even op uit met dit mooie weer. We pauzeren op een aangrenzende plas. Een Belgische visser is nieuwsgierig naar de inrichting van de Tomasco boot. Hij stapt even in en ik vaar een stukje met hem, hij is erg enthousiast.
De pauze is een mooi moment om een plan voor de laatste uurtjes te bedenken. Ik weet het even niet meer, de vis ligt gewoon muurvast als je het mij vraagt. Baarzen hebben we genoeg gevangen en voor snoekbaars is er hier gewoon stroming nodig. We gaan gewoon vissen zoals we dat leuk vinden. Het wordt werpen op snoek. Op een plas gaan we met jerkbaits en shads aan de slag.
Het is best fris, maar de zon voelt weldadig aan. Er komt een lang gerekt lint vogels aan. Het zijn aalscholvers, een groep van zeker driehonderd individuen. Op de plek waar ik vorige week vanaf de kant twee shads parkeerde in een obstakel, probeer ik nu opnieuw te blijven hangen. Waarschijnlijk is het een afgezonken tak die ik dan met de kunstaasredder omhoog kan trekken.
Een klein stukje van een langgerekt lint aalscholvers.
Een zware jigkop en dreg in de buik van een oude shad, trek ik over de bodem. Bleef ik vorige week gelijk hangen, nu lukt dat met de beste wil van de wereld niet. Dan niet. Met de zon in het gezicht werpen we het laatste uurtje vol.