Rivier in het Vizier 180
Door Yvo Bindels
20 april 2010
Elf dagen na onze vorige avondsessie heb ik vandaag opnieuw na het werk met Rik afgesproken. Rond vijf uur zijn we beiden aan de waterkant. Het weer is net zo zonnig als de laatste keer. Toch is er een wezenlijk verschil; de waterstand is aanzienlijk gezakt.
De vorige keer hadden we loodgewichten van 140 gram nodig. Vandaag is 60 tot 100 gram genoeg en kunnen we zelfs madenkorven inzetten. We vissen beiden met een hengel op barbeel en met een hengel gericht op grote brasems. In de volle stroming vissen staat garant voor de grotere exemplaren. De waterstand is weliswaar lager, maar het verval van dit stuk water zorgt nog steeds voor een hevige stroming.
Gericht op grote brasems in de volle stroming
Het is verder rustig aan het water. De torenvalk jaagt weer boven het braakliggend terrein. De stek die we bevissen is niet veel meer dan een meter diep, dus de lijn raakt hierdoor minder water waardoor we lichter kunnen vissen. Een 70 cm lange onderlijn van 20/00 mm nylon gevolgd door haak nr 10 hangt onder de 60 gram zware madenkorf. Het grondvoer dat bestaat uit een feeder- en brasemmix en koekjesmeel is verzwaard met rivierleem en is inmiddels goed verzadigd.
Plons, het wachten op de eerste aanbeet kan beginnen. Duurt langer dan verwacht. De enige actie in de hengeltoppen is afkomstig van de harde windstoten of van rollende voerkorven. Na een uur begint de twijfel? Zouden ze soms dieper zitten, of uit de stroming? En dan is het toch echt een vis die hengel van Rik krom trekt. En jawel, een eerste brasem maakt een einde aan de twijfels.
Rik drilt voorzichtig, want hij weet dat zelfs de brasems hier gespierd zijn door de stroming. Met een beetje goede wil zwemmen ze zomaar door de 20/00 mm nylon onderlijn heen. Schepnet eronder en op de onthaakmat onthaken. De buik is dik van het kuit. Nog even en hun liefdesfeest zal beginnen. Ik hoor een tjiftjaf in de kruin van een boom, maar zie hem niet. De wind maakt het er niet makkelijker op. Net als ik het vogeltje zie en m’n lens erop richt vliegt hij naar een volgende boom.
Heerlijk ontspannen avond
Rik is ondertussen aan de tweede dril begonnen. Opnieuw een mooie bronzen brasem, deze keer met paaiuitslag. De grove brede kop is prachtig. Waarschijnlijk een oud exemplaar. Ook ik mag een half uurtje later twee van die prachtige brasems vangen. In de volle stroming weten ze met gemak het dotje maden naar binnen te zuigen. De vissen van dit water hebben altijd iets aparts voor m’n gevoel. Ze zijn noest, sterk en stuk voor stuk echte individuen. Iedere vis is weer heel anders, maar allemaal prachtig gekleurd.
Rik weet de brasems wel te vangen!
De barbeelaasjes op de andere hengels zijn nog onaangeroerd. Ik vervang de gevlochten onderlijn met rig ook door 20mm nylon en knoop er een wijde karperhaak nr 6 aan. Daarop komt een flinke brok ontbijtworst met 6 maden eronder op de haakbocht. Een 100 grams voerkorf vul ik met stukjes lunchworst, gezoet maïs en stop het dicht met grondvoer. Kneed vervolgens om de korf een dikke bal grondvoer ter grootte van een sinaasappel. Met een pendelworp werp ik voorzichtig het zaakje, dat nu ruim 200 gram zal wegen, de stroming in.
De zon is ondertussen al een eind richting horizon gezakt. Een paartje zwanen vliegt hoorbaar onder enkele fraaie belichte wolkjes door. De oever waarop we zitten wordt mooi belicht door de zachte avondzon. De aardperen zijn inmiddels al geen knolletjes meer, maar hebben al enkele bladeren. Zullen meerdere centimeters per dag groeien nu. Dan gilt een optonic het uit, ondersteund door een slip die in hoog tempo afratelt. De grote cocktail is gegrepen. De hengel wordt zowat in horizontale stand getrokken. Wat een aanbeet!!
Als ik de hengel beet heb gaat de vis er onverminderd hard vandoor. Zit al halverwege de rivier! Wauw, hier doen we het voor. Deze barbeel test het materiaal tot het uiterste. Zal spannend worden. Een voerkorf kan zomaar tussen een grindbank vastraken of als de relatief dunne onderlijn een mossel raakt is het feest afgelopen. Dat is een reden waarom we tegen het randje aan drillen en daarbij de hengel liefst hoog houden.
Barbelen weten soms van geen ophouden. Zijn opvallend sterk in vergelijking tot hun lichaamsgewicht. Sportvis van de bovenste plank! Na de laatste vluchtpoging verschijnt de vis in het rustige water onder de kant. Een prachtige zeventiger barbeel glijdt het net in. Binnen! De haak zit zoals bijna altijd in de vlezige onderlip geprikt. De vissen zijn zelfs op het droge nog sterk en bij het fotograferen voel je de vis gewoon krom trekken.
Sportvis van de bovenste plank!
Daarom fotograferen we graag boven het water met het schepnet eronder. Kan niks misgaan zo. Het avondlicht geeft de vis de glans die hij verdient! Dan mag de regelrechte torpedo zijn weg vervolgen. De vis is nog niet goed weg of Rik mag zijn hengel weer krom slaan. Opnieuw een brasem met paaiuitslag. Dan is het mijn hengel die doorbuigt, ook een brasem. Net voordat de vis binnen is, rolt hij er van af.
Meteen erna mag Rik weer aan de slag met opnieuw een plaat van een vis. Mijn onderlijn is beschadigd en ik besluit ook met m’n tweede hengel op barbeel te vissen. Rik blijft met maden en pellets aan de gang en vangt de ene na de andere vis. Het is een gekkenhuis geworden. We houden de vissen actief door beiden steeds goed gevulde korven in dezelfde lijn te werpen.
Goed gevulde korven houden de vis actief
Dan krijgt Rik het met een zwaardere tegenstander aan de stok. Ja hoor, ook Rik heeft een barbeel gehaakt. Ik heb het net en fotoapparaat al gereed, maar de vis weet zich van de haak te ontdoen. Rik baalt er wel even van, maar mag een minuut later alweer een brasem vangen. Het zijn prachtige vissen, maar ze zitten er nog groter. Rik past z’n onderlijn aan. Hangt een soort van ronde speld aan een lusje onder z’n haakt, prikt er twaalf dikke maden op en sluit de speld.
Het wachten duurt nu wat langer maar ook met deze montage vangt hij twee knappe brasems en mag de teller op elf zetten. Als de schemering goed doorzet, richt ook Rik zich op barbeel. Voor het eerst krijgt hij rust om op zijn stoeltje stil te zitten. We blijven zitten tot in het donker, maar de barbelen laten zich niet meer zien.