Rivier in het Vizier 158

Rivier in het vizier 158

Door Yvo Bindels

18 oktober 2009

Sando en ik hijsen ons in de warmtepakken en laten de boot het water in glijden. Het heeft gevroren vannacht. Ik hoor een groepje sijzen voorbij kwetteren, maar zie ze niet. Het is erg mistig. Eerst maar eens een lekkere kop koffie en ons strijdplan bedenken.

Er is nauwelijks te zien waar we ons bevinden. Twintig meter uit de oever zien we nog net de donkere contouren van de wilgen. We besluiten van de nood een deugd te maken en varen een haven in waar we als vissers absoluut niet welkom zijn. De elektromotor fluistert ons richting boten en steigers.

Als we stil zijn, merkt niemand ons op. Sommige jaren trekt hier enorm veel vis naar binnen, andere jaren is er geen schub te vangen. Werpend met kleine shadjes mikken we op dikke baars. Sando vangt een minibaarsje, maar verder blijft het rustig.

Misschien zitten ze nog buiten de haven? Met kleine plugjes speuren we enkele taluds af tussen de drie en vier meter diepte. Aan de steunhengels groot rubber voor een snoek die hier misschien in de buurt staat. De gevoelige HS Signature troller verraadt dat er iets niet klopt. Waarschijnlijk wat vuil opgepikt. Met enkele felle slagen probeer ik de plug schoon te krijgen. Een flinke zwieper wordt beantwoord met een aardige ruk aan de andere kant. Hangen! 


Hangen…

Een snoekje heeft het Butchertje inclusief het blaadje dat eraan hing gegrepen. Zit boven op z’n bek gehaakt en kan in het water eenvoudig worden losgetikt. Tot over een jaar of vijf! Even later mag ik wederom een snoekje met het kleine plugje arresteren. Waar zulke kleine snoekjes staan, vangen we doorgaans nooit echt grote soortgenoten. We verkassen. Het zicht wordt langzaam beter, maar wat verder uit de oever is het oriënteren toch wel lastig. Kennis van het diepteverloop van dit water helpt.


Het zicht wordt langzaam beter

De volgende stek is een eigenlijk een zeer grillig oevertalud. Vaak bewoond door grote baarzen en met regelmaat komen we er ook snoek tegen. Ik vis er wel op baars, maar met net iets groter kunstaas. Met de Jointed Shadrap van 7 cm  kun je eigenlijk alles vangen. Sando sluit geen compromis en krijgt op zijn Boxertje al snel de logge aanbeet van waarschijnlijk een grote baars, maar lost de vis na enkele seconden. Dan een harde aanbeet op de jsr!

Meteen vliegen er meters lijn van m’n spoel. Woow, dit is een zware! Plotseling valt de spanning weg en voel ik nog slechts het lege gevoel van de actie van de plug. Baal er toch wel even van. ‘Bakkie troost’ is nu wel toepasselijk. Op naar de rivier. Ik vis met alleen een handhengel boven het afstervend groen. Sando speurt de diepere kant van het talud af met een driedelige Pikefighter en natuurlijk zijn totaal lek gebeten Screaming Devil.

Ik stuur de Bulldawg in het oppervlak tussen de afstervende planten door. Het rivierwater is glashelder. Een zilveren flits richting kunstaas, hangen! Een mooie snoek schudt woest met z’n kop en weet de Bulldawg daarbij te lossen. Binnen twee uur vissen al vier aanvaringen met vriend snoekmans. Dat geeft goede hoop voor vandaag.

Na twee uren slepen opnieuw een aanbeet op het roodgele rubber. Een zeventiger springt enkele keren de lucht in. De Bulldawg zit diep, maar gelukkig heeft de haak geen kieuwboog geraakt. Het onthaken gaat vrij eenvoudig. Dan is het toch weer tijd voor een wat actievere visserij. Op wat dieper water laten we de elektromotor nog eens zakken. De herfst is toch echt de tijd voor mooie baarzen en we proberen het nogmaals met witte shadjes van 6 cm op 7 grams loodkopjes.


Aanbeet in het oppervlak

We werpen zo’n twintig meter in en vissen de shadjes dan met sprongen van zo’n halve meter over de harde bodem naar binnen. Door het lichte loodkopje duurt het zweefmoment zo’n twee to drie seconden. Dat is vaak het moment waarop een baars de aanval inzet en het zaakje naar binnen zuigt. Ik zie Sando in m’n ooghoek aanslaan en zie de stompen op zijn top.

Een joekel van een baars mokt in het heldere water. Als de vis in het oppervlak komt, land ik deze snel voor m’n maatje met de duimgreep. “Mooi man, wat een prachtvis”. Ook een mooie zuivere manier van vangen zo. Sando glundert van trots als hij de baars in z’n grote grove handen voor de lens toont. Dit formaat baars zwemt vaak in kleine groepjes van twee tot vijf vissen. We hebben dikwijls een groepje zien volgen bij een dril. Daarom vissen we snel verder. We kunnen echter geen grote baarzen meer vinden.


Mooie gerichte visserij


Grote baars in grove handen

Wel vangt Sando nog een klein baarsje dat amper groter is dan zijn shad. Op zich al een kunst dit visje überhaupt te haken. De middagpauze houden we tezamen met Lambert en Egon die in de buurt met getakelde sardines gesleept hebben. Bij hun viel een fraaie negentiger voor de zeevis die wel erg sterk ruikt! Egon bijt voor de grap in een sardine, maar heeft daar direct spijt van! Zijn lunch is in elk geval ten einde.

Na de pauze bekijken we enkele stekken die afgelopen zomer bomvol planten stonden. We willen er graag jerkend aan de slag gaan. De planten staan helaas nog tot boven in het oppervlak en vissen en varen is er onmogelijk. De vriendin van Sando belt dat ze met pech langs de weg staat. De koppelingskabel is stuk.

We breien een eind aan onze visdag, zodat Sando in daglicht naar de auto kijken kan. ’s Avonds verneem ik van Lambert dat Egon de sardiensmaak de hele dag niet meer is kwijtgeraakt. Volgende keer toch maar een ‘Hollandse Nieuwe’  proberen…

 

ANDEREN LAZEN OOK