Rivier in het vizier 150
Door Yvo Bindels
26 juli 2009
Het is warm in de auto. De airco ruikt een beetje muffig. Tijd voor een opfrisbeurt. Bij Han op de oprit kijk ik met veel belangstelling naar de Princecraft. Sando en ik hebben deze van Han overgenomen. Onze polyesterboot is vorige week reeds verkocht. Soms gaan dingen snel.
We vertrekken morgenvroeg en vissen dan twee dagen. Overnachten op het ruime werpdek van de boot. We gaan op een groot water op zoek naar een enkele monsterbaars. De bezetting is er dun, maar het gemiddelde formaat maakt dat ruimschoots goed. Zelf heb ik er al eens een heuse vijftiger mogen vangen. Ook Han´s grootste baars komt er vandaan.
Gericht op baars
Na het laden van de boot drinken we een pilsje in de gezellige tuin van Han. Op tijd zoeken we de bedden op want de wekker gaat erg vroeg. Dan begint de ellende. Ik kan maar geen slaap vatten. Elk half uur kijk ik op de wekker die steeds dichter bij het moment van opstaan komt. Twee en een half uur slaap is voor mij echt te weinig. Kun je me met een schepnet vangen morgen. We besluiten een uur later op te staan dan gepland.
Na ruim twee uur rijden is het zoeken naar de trailerhelling. We zitten op de goede dijk, maar de helling is spoorloos. Een rattenvanger legt ons uit dat we aan de verkeerde kant van het water zitten en de dijk hier hetzelfde heet. Een half uur later glijdt de Princecraft soepel van de trailer. Vreemd dat er verder geen trailers aan deze helling staan. Het is zonnig en warm. We moeten eerst een groot bekend snoekbaarswater oversteken om op de plek van bestemming te komen.
Met kleine plugjes slepen we in het talud tussen de drie en vier meter diepte. Salmo Boxer en Butcher, Rapala Jointed shaprap en kleine diepduikende Bombertjes zijn hier uitermate geschikt voor. Met de tweedelige Godfather parbolic 2 voel ik alles wat het plugje onderweg tegenkomt. Ieder steentje op de bodem of ieder sliertje rommel. Het stroomt er als een tierelier. Het is wachten op die droge of juist vlammende aanbeet.
Omdat er nauwelijks snoek zwemt, heb ik de kleinste fastlock snap van Spro rechtstreeks op de 8 ponds dyneema geknoopt. Uren gaan voorbij zonder een aanbeet. We melden ons alvast bij de havenmeester voor een overnachtingsplaats. Rekenen reeds de zeven euro met hem af omdat we laat arriveren en vroeg zullen vertrekken. Hij wijst ons de box waar we vannacht kunnen verblijven. Na een korte middagpauze vervolgen we onze zoektocht naar een grote baars.
Het weer is compleet omgeslagen. De harde wind voert akelig donkere wolken aan. Daar komen de eerste druppels al. Snel de regenkleding aan. Het ergste waait gelukkig over. “Hangen!” , roept Han. Zijn hengel vangt de eerste stompen van een baars op. De mooie hoge dertiger geeft vertrouwen voor de visserij. Toch gaan er weer aanbeetloze uren voorbij.
We hadden graag de ondiepe kanten uitgeworpen. Maar de planten staan dicht opeen en tot in het oppervlak. Het visbroed zit er natuurlijk massaal tussen. Het twaalf meter diepe gat vlak onder de onder vraagt natuurlijk om shadjes. Een tikje op m’n Fin-s shad? Eerst slaan dan twijfelen. Weet niet zeker of het een aanbeet was. De wind zet nog een tandje bij en maakt het vissen lastig. Donkere luchten en heldere hemels wisselen elkaar in rap tempo af. Jas aan en weer jas uit.
Wisselvallig weer
Tijd voor het avondeten. We zoeken de jachthaven op voor een plek uit de wind. De wegwerpbarbecue wordt aangestoken. Het platte stalen anker eronder zodat er geen schroeiplek in het gras komt. Spareribs, groentespiesen, kippenvleugels en een koud pilsje vullen onze magen. Dat is genieten. Een regenboog siert de lucht tijdens de zoveelste opklaring.
Smullen
Nog even het water op. De stevige wind en harde stroming zijn iets afgezwakt. Dat maakt het makkelijker het steile talud te volgen. Han vangt twee baarsjes achter elkaar op zijn Boxertje. De monsters moeten morgen dan maar komen. Vlak voor de schemering zoeken we onze ligplaats op. De douches en toiletruimte zijn er uitstekend verzorgd.
Voor in de punt van de boot komt een schuine paraplu te staan en een grote paraplu recht erboven. Uit de wind en uit de regen. Het is een beetje krap, maar de buitenlucht zorgt voor een relatief goede nachtrust. ’s Ochtends op tijd aan het spek met ei. We zullen tot vroeg in de middag vissen. Met de elektromotor verlaten we de haven. We willen immers niemand wakker maken.
Stevig ontbijt
De harde wind is opnieuw spelbreker. Met beiden alleen een handhengel zoeken we de harde taluds op. Die vinden we ook en regelmatig plukken we een groepje driehoeksmosseltjes van de bodem. Daar moeten ze toch zitten? Na een uur is het raak. “Dit is een zware”, meldt Han al direct na de aanslag. En hij heeft gelijk. Een grote baars meldt zich in het oppervlak. Dit is het formaat waar we op uit zijn. Het Boxertje zit maar net met 1 haakpunt vast. Snel schep ik de vis bij de eerste mogelijkheid.
Han toont de prachtbaars voor de lens. Het mooie zachte ochtendlicht geeft de vis de glans die hij verdient. Even het meetlint erlangs. Net geen volle 48 cm. Vol vertrouwen gaan we verder. Zelf heb ik nog geen echte aanbeet gehad, maar heb nog steeds het volle vertrouwen in een bonusvis. In een scherpe buitenbocht stroomt het gigantisch hard. Han’s roofbleibloed kruipt het waar het niet gaan kan.
Dik verdiende superbaars
Met een Bombertje wil hij graag hard door deze stroming slepen. In het verleden ving hij zo reeds twee grote zilveren pijlen. Mijn vertrouwen hierin is maar heel laag. Geef dat eerlijk aan, maar vis wel serieus mee. Sleep het Bombertje aan de buitenkant wat dieper. Misschien is er wel een kamikazesnoekbaars in de buurt? Na enkele pogingen besluiten we ons toch nog even op de grote baarzen te richten.
De tijd gaat rap voorbij. Het ongeduld heeft het in m’n hoofd inmiddels gewonnen van de gebruikelijke rust. Zou ik dan 250 kilometer van huis echt geen enkele aanbeet krijgen in anderhalve visdag? “Wat doen we?”, vraagt Han met het oog op de vertrektijd. “Nog een half uurtje”, stel ik voor. Nog steeds verwacht ik die dreun op de hengel. Maar helaas gaat ook de laatste kilometer viswater onder de boot door zonder dat we hoeven te stoppen.
Op de terugweg kan ik het nog niet geloven, maar heb er inmiddels wel vrede mee. Maakt die dagen dat het wel lukt alleen maar specialer. We zijn twee dagen lekker buiten geweest en hebben vele uren gevist. Ook heeft Han me alles van de boot kunnen laten zien. Voordat ik van Han uit naar huis rij, poetsen we nog even de boot en registreren deze op het postkantoor op mijn naam. De volgende keer dat we er samen in vissen zal ik de gastheer zijn en Han de instapper. Een laatste toeter en ik ben onderweg naar huis.