Rivier in het vizier 136
Door Yvo Bindels
11 april 2009
Tegen de middag kijken we vanaf een hoge berm over de slingerende rivier. De stek die we in gedachten hadden, is bezet. Een visser drift er met de dobber langs de stroomnaad onder de oever. Wij zullen ons aas wat verder uit de kant aanbieden. In de stroomversnellingen huizen namelijk de echte torpedo’s.
We hebben zo’n vier visuurtjes voor de boeg. Na de vele brasems van vorige week gaan we vandaag dus een stukje selectiever aan de slag. Gegarandeerd minder aanbeten, maar meer kans op een barbeel of dikke winde. Misschien is de watertemperatuur nog ietwat laag en de waterstand nog net te hoog, maar we willen een serieuze poging wagen. Onze beginstek ligt achter een kleine knik in de oever. De stroming gaat hard om de hoek heen. In het verlengde ervan zullen onze 100 grams voerkorven straks neerploffen.
De haken moeten sterk en superscherp zijn!
Zover is het nog niet. Eerst worden de 3,60 mtr lange 2 ponds hengels in elkaar gezet en de lange hengelsteunen in de grindbodem worden gedrukt. Het voer, dat net als vorige week met een papje van ttx-maïs is aangemaakt, wordt nog wat verzwaard met twee handen leem. Wat fijn gesneden stukje lunchworst erbij om de interesse van de barbelen te wekken. Op de 60 centimeter lange 22/00mm nylon onderlijn zit een stevige en scherpe haak in de maat 6. Ik prik een stukje lunchworst erop en schuif dit iets omhoog. Twee maden in de haakbocht moeten verhinderen dat de lunchworst van de haak vliegt. Niet alleen tijdens de worp, maar vooral ook bij de inslag op het wateroppervlak.
Ik schiet met de katapult regelmatig wat maden over de stek. Kan het niet laten en knal ook een portie richting Sando. Als we uiteindelijk achterover leunen en staren naar de hengeltoppen die de lucht in wijzen, fladdert een dagpauwoog voor ons langs. De fraai gekleurde vlinder landt op het door de zon verwarmde zand en spreidt z’n vleugels. Net als ik de lens in van dichtbij erop richt, vliegt hij een klein stukje verder. Een nog eens. Op m’n knieën kruip ik erachteraan. Het lukt uiteindelijk toch de kwetsbare pracht op de gevoelige plaat vast te leggen.
Kwetsbare pracht
Ik merk als snel dat de volop schijnende zon m’n waadpak rap opwarmt. Broeikaseffect! Zal wel zweten worden. Toch laat ik het aan. Een gehaakte vis zou zich aan het eind van de dril nog kunnen vast zwemmen in de planten die onder water staan. Het waadpak biedt in die gevallen wellicht uitkomst. Na een half uurtje trilt de top van Sando. Gevolgd door aanhoudende tikken. Een brasem heeft zich in de haak geprikt en gehaakt op het gewicht van de korf. In de harde stroming valt zo’n dril nog niet mee. De vissen maken handig gebruik van de kracht van het water. Zodra de brasem in de rustige oeverzone is, is de strijd gestreden.
Na deze aanbeet blijft het rustig. De dobbervisser is ondertussen verdwenen. Ook wij verkassen een stukje en proberen een andere stek. Als we net onze hengels opnieuw inwerpen, komt een visser onze kant op. Vraagt of hij een uurtje direct naast ons met de dobber en centrepin mag vissen. Het is Bert, dezelfde visser die ons enkele weken geleden de slagboom van de trailerhelling had opengemaakt toen we de sleutel vergeten waren. Natuurlijk mag hij z’n gang gaan.
Wij zitten onderuit gezakt te wachten totdat onze hengeltoppen doorbuigen. Een karekiet geeft ondertussen een alleraardigst concert. Na een uurtje een stuiterende top. Ondanks dat de vis waarschijnlijk al gehaakt is, sla ik aan. Een brasem mag even aan land. Knap hoe deze vissen zich in de stroming staande houden en ook nog foerageren. Bert vangt een ondertussen een aardige winde. Dan wordt het weer een poosje stil.
Bert houdt het voor gezien en op het moment dat hij wil vertrekken, knalt m’n hengel dubbel, gevolgd door een gierende slip. Barbeel! Kan haast niet anders. Als ik de hengel in m’n handen heb weet ik dit zeker. De vis duwt zich regelmatig tegen de bodem, waardoor het lijkt alsof ik vastzit. Ik weet echter wel beter. De kracht van deze oervissen is niet te onderschatten. De drilt verloopt pittig. De vis is halverwege rivier en ondertussen zo’n vijftig meter stroomafwaarts. Zelfs na een dikke vijf minuten heb ik nog steeds niks in te brengen. Dit moet een grote zijn!
Langzaam kan ik wat lijn terugwinnen. Geconcentreerd geniet met volle teugen van de krachtige runs. De 22/00 mm nylon onderlijn is voor mijn gevoel nu helemaal zo dik niet meer. Mijn grootste vrees is dat de voerkorf zich ergens achter zal haken. Bert, die de dril natuurlijk heeft gevolgd, heeft zijn waadpak nog aan en staat naast me in het water. Hij houdt het schepnet voor me gereed. Op het land heeft hij zijn onthaakmat alvast klaargelegd.
Dan zien we de barbeel voor het eerst, wat een vis! Bij het zien van het schepnet boort de vis zijn laatste reserves aan. Daarna is de strijd gestreden en past de grote barbeel maar net in het ronde pannet. Een typische vis van dit water. Mooi donker brons en één bonk spieren. De vis lijkt aan één oog blind te zijn. De haak zit in mondhoek van de grote onderstandige bek. Ik sta versteld van de enorme mondopening. Er past wel een kippenei in.
Bronzen torpedo!
Net zoals Bert en Sando kijk ik mijn ogen uit. Wat een beauty! Zo groot hebben we ze nog niet gezien. We hebben allen geen meetlint bij ons. Op de schepnetsteel maken we een krasje, zodat thuis de lengte vastgesteld kan worden. Na enkele snelle plaatjes wordt de vis even ondersteund in het heldere water. De barbeel vind als snel z’n balans en verdwijnt met enkele staartslagen.
Mijn vangdrang is even helemaal over. Natuurlijk hoop ik nu op een aanbeet voor Sando. En die komt sneller dan verwacht! Een kromme hengel en ratelende slip bij m’n maatje! Al snel valt de spanning weg. Teleurgesteld draait Sando de lege voerkorf binnen. De onderlijn is gebroken. Misschien een scherpe steen geraakt of even ergens achter blijven hengen? We zullen er nooit achterkomen.
Terwijl we de spullen opruimen, brainstormen we alweer voor de volgende keer. Misschien eens gevlochten onderlijnen proberen? In het donker doorvissen? Vastlood in combinatie met een hair-rig? Oude kaas of karperpellets? Miniboilies of gewoon lunchworst? Met ideeën kunnen we wel even vooruit. Wat is eigenlijk de incubatietijd van een barbeel-virus?