Rivier in het vizier 125

Rivier in het vizier 125

Door Yvo Bindels

1 februari 2008
Vandaag moet het lukken. Elke keer als ik naar het viswater rij, kom ik een buizerd tegen. Het stoere beest moet niks van me hebben. Zodra ik ook maar afrem vliegt hij onmiddellijk weg. Deze keer verzin ik wat anders. Een fotoverrassingsaanval.

Een stuk voordat zijn geliefde hoogstamboomgaard begint, maak ik het fotoapparaat gereed en leg dat op de bijzit naast me. Maak het raampje van de auto alvast open en rij langzaam richting de oude perenbomen. Ja, in de verte zie ik zijn silhouet donker afsteken tegen de lichtgrijze lucht. Zit zoals altijd met z’n blikveld richting de weg. Waakt er over de ochtend. Nu moet ik opletten. Heb de camera in m’n rechterhand en rem op het laatste moment hard af. Surprise! Richt het apparaat en kan twee plaatjes schieten, voordat de buizerd het luchtruim kiest.


De buizerd waakt over de ochtend

Vijf minuten later sta ik bij Egon voor de deur. Denise zwaait ons vriendelijk uit. Onderweg richting water komen we nog een witte buizerd tegen. Helaas te ver weg om een mooi plaatje te kunnen maken. Als we aan de trailerhelling uitstappen, wordt snel duidelijk dat het vandaag koud zal zijn. De stevige wind voelt ijskoud aan. IJzig is het perfecte woord daarvoor. We zijn de enige visboot op het water. Niet zo gek eigenlijk.

Onze bedoeling is om een grote snoekbaars in de stroming te overlisten. We vissen met twintig centimeter lange shads met flinke schoepstaarten op zware loodkoppen. We zullen vast wat kleinere snoekbaarzen laten liggen door deze gerichte visserij. Af en toe niks vangen hoort daar dan gewoon bij. Maar met één zo’n kast van een vis zullen we al heel tevreden zijn. De eerste uren vliegen voorbij. We bevissen onze favoriete stekken secuur af. Op twee stootjes na, die ook van een geraakte witvis afkomstig kunnen zijn, hebben we nog niks gevoeld.


Koud!

Doordat we met handschoenen aan moeten vissen, is het benodigde gevoel voor deze visserij een stukje minder. Om de haverklap zit het kunstaas vast op de bodem. De harde windstoten maken het allemaal nog lastiger. Met ijskoude vingers wordt de kunstaasredder weer eens naar beneden gestuurd. We kijken elkaar even aan. Dit is eigenlijk gekkenwerk. Mijn rotsvaste geloof in een stevige vis is langzaam vervaagd naar knabbelende twijfel. Zullen ze bij deze watertemperaturen wel in de volle stroming zitten?

We zoeken een aangrenzende plas op. Wel een stukje varen. Onderweg genieten we van de vele water- en roofvogels. Twee thermiek makende buizerds, een biddend torenvalkje, zaagbekken, een reiger, duikende futen, ruziënde meerkoeten en een dodaarsje. Allemaal in een kwartier tijd. We zoeken een stek in de luwte. Even uit die gure wind en slepen op snoek. Beide hangen we een bulldawg in de speld. Dan begint Egon te lachen. Het water is gewoon dichtgevroren.


Nieuw plan

We verticalen wat op een stek in de luwte,maar ook dit levert niks op. De warme soep komt als geroepen en geeft ons wat energie voor het laatste uurtje. Een zwanenpaar bedelt voor ons brood. Natuurlijk kunnen we de charmes van deze sierlijke vogels niet weerstaan. Egon houdt het brood in een gesloten hand. Dwingt het mannetje hiermee tot contact. Die heeft daar geen moeite mee en weet hardhandig het brood te veroveren. Het vrouwtje is wat schuwer. Ze krijgen de rest van onze lunch voordat we verder gaan.


Samen lunchen

We bikkelen verder op de rivier. Hebben het beiden behoorlijk koud, maar willen het nog even volhouden. Eindelijk! Een knalharde ram op mijn HS Titan, zorgt voor een adrenalinegolf door m’n lichaam. De grote wit/roze shad is door een snoekbaars gegrepen. Wordt dit dan onze beloning? De snoekbaars geeft aardig van katoen onder de boot. Zit loepzuiver vast op de hoofdhaak.

De grote dikke zander is puntgaaf. Dat willen we ook graag zo houden. Ik geef Egon even de hengel over, zodat ik de vis middels mijn favoriete staartwortel/buiklanding comfortabel binnen boord kan tillen. Snel wat plaatjes en terug ermee. Mijn natte handen zijn ondertussen stijf van de kou. Als de wind vervolgens in kracht toeneemt, wordt het vissen moeilijker.


De beloning

Ik stel voor de elektromotor even aan de voorzijde van de boot te monteren. Ik probeer om tegen de wind in te varen. We drijven nu langzaam met de stroming mee. Ik kies het materiaal wat lichter. Terwijl Egon nog in z’n dozen zoekt, wordt een 5¾ inch fin-s op een 25 grams loodkop naar de bodem gestuurd. Als de shad de bodem raakt tik ik deze op en laat hem daar even hangen. Bam, rrrrrr,rrrrrrrrrrrr, de slipt giert het meteen uit. Wat een aanbeet! Egon kijkt verbaasd op. “Soow, da’s snel!”

Een beduidend kleinere snoekbaars, maar nog steeds een fraaie zestiger, is kortstondig de pineut. Nee, ik steek m’n handen niet nog eens in dat koude water! Met de onthaaktang kan ik het dregje gemakkelijk los tikken. Niet veel later parkeer ik de shad moervast en trek de lijn stuk. Het sneeuwt ondertussen. M’n vingers zijn veel te stijf voor het aanknopen van een nieuwe onderlijn. Ga wel even met de zwaardere hengel verder. Als ook Egons lijntje in de wind wappert, zijn we het snel eens. Traileren en die warme auto opzoeken!   

 

 


ANDEREN LAZEN OOK