Aangename temperaturen, vis die steeds actiever wordt, de mogelijkheid tot het spotten van vis, hierop in kunnen spelen en sessies vol actie, kortom: leven in de brouwerij. Precies, het voorjaar! De periode waar we steeds meer naar uitkijken, nu we nog steeds in die winter zitten, hoewel de vooruitzichten wel steeds beter worden en er zeker al een aantal prachtige vissen gevangen zijn dit jaar. Desondanks genoeg reden om eens terug te blikken naar vorig jaar, in die periode waar ik zo ontzettend veel van hou: het voorjaar!
Voorjaarsnachtje
De visserij in maart is altijd zoeken. Het ene moment verwacht je ze nog op ‘winter- hotspots’ terwijl je op hetzelfde moment ook al hoopvol begint te zoeken naar tekenen van aanwezige vis op de voorjaars gronden. Zeker in de overgang naar april, met een aantal warme dagen, is het altijd spannend op dit vlak en zaak om ietwat alert te blijven. Niet zelden komt het voor dat er anderhalve week later ineens al gepaaid wordt!
Terugblikkend op het eerste vroege-voorjaarsnachtje, die in principe midden in die overgangsperiode viel. Lekker instant aan de slag, klein aas en pop-ups als haakaas, is in mijn ogen toch wel de troef om mee te beginnen in ieder geval. Het nachtje was daar wederom een bewijs van. Dezelfde week was ik al eerder in die omgeving geweest om een avondje te stalken met de boot(beschreven in ‘Passieschrijfsels’ deel 2) en was het me, zachtjes uitgedrukt, wel duidelijk geworden dat de karper aanwezig was. Ondiepe stukken, waarin het bulkte van de muggenlarven, dus ook werkelijk bulkte van de karper die hier uiteraard van profiteerde. Met dit in het achterhoofd, was een nachtje pakken op deze plek geen verkeerd plan, zou je zeggen. Was het ook niet. Wat later in de avond arriveren, hengeltjes snel erin, spot-on én strategisch gepositioneerd voor een snelle aanbeet. Die moet er wel inzitten als je continu karper ziet draaien, springen en hun aanwezigheid ziet verraden op de stek. Iets wat van zichzelf al zo gaaf is aan het voorjaar!
Duurde tóch nog een paar uurtjes voordat de eerste zich melde in de vorm van slechts een paar piepen en een strak gespannen hengeltop veroorzaakt door een klein uitzet-spiegeltje voor m’n vismaat. Het startschot van een sessie met lekker wat actie en mooie variatie! Twee factoren die in eigenlijk alle gevallen zorgen voor puur genot! Iedere hengel liep wel af, teken dat de vis overal zit, met de ene keer weer een ‘voetbal’ van een spiegel, erna weer een lijpsterke schub, een slanke, grotere spiegel, het kwam allemaal wel voorbij. Lekker dat het in de ochtend dan ook mooi doorloopt, sterker nog, één stek begon vaker runs te produceren en door frequent bij te voeren met een handje van zo’n kant en klare partikelmix(echt mega-handig) en een pop-up erbovenop te werpen bleven we de vis aan de gang houden. Koffietje, eitje bakken en genieten van de opkomende zon tussen die actie door is wat mij betreft het ultieme van die voorjaarsochtenden. Anyway, 5 prachtige vissen en een paar runs rijker. Je kan slechter een instant nachtje afsluiten.
Lekker runs krijgen, hoe mooi wil je het hebben!
Aanpassen
Het is misschien een week later en dát gebeurd waar ik het al over had. Dát wat er voor zorgt dat zo’n ‘overgangsperiode’ maar van korte duur is. Een weekje warm weer en de eerste karpers beginnen er al aan, de paai. Vissen in die sector waar je eerst nog productieve nachtjes kan draaien is dan beter een plek die je een momentje met rust kan laten en andere plekken op kan zoeken waar vissen met andere zaken bezig zijn. Zeker op groter water verschilt het nogal in de zin van dat er beweerd kan worden dat de paai begonnen is, maar dan spreek je over misschien net 10% van het bestand. Op totaal andere stekken is het op dat moment prima vissen!
Ik herinner me een korte ochtendsessie een kleine week later op zo’n totaal andere plek. Wat ook totaal anders was, was het weer. Opeens een koude oostenwind die ging waaien en de regen die na lange tijd uitblijven, weer naar beneden kwam. De avond van tevoren twijfelde ik zelfs nog even of ik wel zou gaan. Het slechtste wat je kan bedenken uiteraard. Natuurlijk moest ik gaan! Na het standaard ‘voerrondje’ naar de stek die avond, gaf me het allemaal toch wel een goed gevoel. Gewoon zo’n gevoel dat er toch wel eentje uit kan komen.
Eenvoudig, maar zéér doeltreffend in het voorjaar!
De ochtend erop was ik lekker vroeg op de stek aanwezig en dezelfde koude wind was nog niet gaan liggen. Gelukkig had ik m’n brolly meegenomen en deed ik niet veel anders dan dat ik op andere voorjaarsochtenden doe. De compacte voerplek bevissen met een subtiele presentatie van een gekleurd tijgernootje en een opvallend stukje pop-up en de andere hengel werd van de ouderwetse ‘choddy’ voorzien. Dat was ook de eerste die leven gaf. Een paar piepen, meer niet. De boosdoener was een piepklein schubje, maar desalniettemin was ik hier ontzettend blij mee! Prachtig, puntgaaf én bewijs van een succesvolle paai! De toekomst van het water! Heerlijk toen de andere hengel alsnog afliep en mijn tweede tegenstander die ochtend een pittig gevecht leverde. Wederom een fantastische schubkarper, ook al zo puntje gaaf en super gekleurd! Hartstikke blij mee en achteraf was ik net zo blij dat ik gewoon gegaan was. Weer het bewijs dat gewoon gaan, er zijn en vissen het belangrijkst is. En vis vangen! Het was weer gelukt en een klein voorteken wat nog komen ging in het prachtige voorjaar!
Hoe mooi kunnen schubs ook zijn!
Driedaagse ‘bivak’
Een klein greepje uit dat voorjaar een kleine twee weken later. De smaak was in ieder geval weer goed te pakken en er was eindelijk tijd om een wat langere nachtsessie te vissen. Samen met een goede vismaat had ik die gepland staan en was het zaak om wat dagen van tevoren te voeren in het kader van onze theorie die zei dat de eerste lichting vissen klaar moest zijn met paaien en wel wat voer lustte. In combinatie met hele hordes grote brasems die in ‘vreetmodus’ stonden, daar was ik wel achter gekomen, zou dat voer binnen no-time weg moeten zijn. Er werd warm weer afgegeven, dus we verwachtten dat de actie zich vooral zou gaan afspelen in de avonduurtjes of de gouden ochtenduren. Het draait uiteraard om het hele plaatje, maar dat plaatje was wel in orde. Een heerlijke paar dagen bivakkeren in de natuur, goed eten en genieten. En die vissen, die kwamen ook wel. Qua actie, dat wat we hadden verwacht gebeurde ook exact in die volgorde. Rond middernacht kregen we een aantal aanbeten die afgetrapt werden door een grote zeelt. Een bijvangst waar ik zeker geen “nee” tegen zeg! Wat volgde, een paar lekkere runs en de eerste schubs van de sessie. Een tijdje bleef het stil en na een paar uur goed geslapen te hebben, was er een klein spiegeltje die ons in een actieve modus dwong en de ochtend inluidde. Een ochtend die aangaf dat het weer warm ging worden! Voor het vissen zelf niet echt positief maar voor ons als vissers uiteraard niet een heel erg groot probleem! Die actie kwam later weer wel, want we hadden nog een nacht te gaan!
Dikke ‘tinca’s’ zijn altijd gaaf om te vangen!
Net een iets andere insteek van het benaderen van een stek vergeleken met de vorige nacht was wel nodig. Want die vis, die zat er wel. Dat was duidelijk! Dus om te proberen om ze wat gretiger te maken dat moest ook wel te doen zijn. Een combinatie van klein, gebroken aas in kleine hoeveelheden te voeren, dus een voertje van kleine en verschillende bestanddelen moest gaan helpen om wat vaker aanbeten uit te lokken. Toen het eindelijk avond was begonnen we hier dan ook direct mee. Toch duurde het lang voordat er ‘respons’ op kwam. Wellicht te maken met het feit dat er een verandering in het weer aankwam. Want ook al kregen we in de avond weinig aanbeten, in tegenstelling tot de vorige ochtend, begonnen we juist vroeg in de ochtend vis te vangen en bleef dit ook heerlijk doorlopen. Precies dat wat we in gedachten hadden konden we op die manier uitvoeren! Een run krijgen, de vis afdrillen, de montage met klein aas direct terugleggen met hooguit twee handjes net zulk klein voer erbij leggen. Denk aan wat tijgernoten, wat gebroken boilies, mais en hennep wat wat dagen had liggen soaken. Anyway, door dit steeds toe te passen was het dus de bedoeling om voedselnijd te creëren en snel weer een run te krijgen. Het mooie was, het lukte! Zo konden we in relatief korte tijd nog mooie schubkarpers in het net toveren op een ochtend die ook beter ‘visweer’ in petto had. Geen hele grote vissen, maar daar hadden we bewust voor gekozen. Lekker aanbeten krijgen, lekker genieten en een mooie tijd beleven: dat is toch wel het meest belangrijke!
Laat dat voorjaar maar weer gauw komen!
Zomaar een paar ‘anekdotes’ uit het begin van het voorjaar van vorig jaar alweer! Stof die de bulk aan motivatie én zin om in het voorjaar 2021 weer te knallen, nog meer laat bulken! Als het mij aangaat althans. Hopelijk geldt dat voor jou net zo en ik kan eerlijk gezegd niet wachten tot eindelijk de lente weer aanbreekt en we het mooiste wat er is kunnen doen in de mooiste periode van het jaar: (karper)vissen!
Merijn Verhelst
Merijn is op Instagram te volgen via ‘Allroundanglers’.