Gepantserde giganten
Al sinds Johnny Jensen ongeveer 20 jaar geleden in een hengelsportmagazine een foto van een alligator gar voor het eerst zag, wilde hij er een vangen. Maar omdat deze vis door de Amerikanen eerder als vuilnis wordt gezien, was het vinden van een gids een probleem. Maar toch slaagde hij uiteindelijk.
De enige serieuze gids die ik in Texas heb kunnen vinden, is Kirk Kirkland. Door de aderen van Kirk stroomt -Comanche-bloed en hij vist vanaf zijn jeugd op alligator gar. En gelukkig gidst hij ook sinds acht jaar, en wel met een score van 100%. En dan hebben we het over vissen met een gemideld gewicht tussen 40 en 150 pond. De meeste van zijn klanten hebben vissen van meer dan 100 pond gevangen. Een betere reden om naar Texas af te reizen, kon ik dan ook niet bedenken.
Er heerst een verwachtingsvolle sfeer in de klamheid van de ochtend
Het is nog steeds donker. Het enige licht komt van de indrukwekkend grote truck van Kirk. Hij is bezig het materiaal uit de bak van de auto in de boot te laden, terwijl ik met flitslicht foto’s -probeer te maken. Er heerst een verwachtingsvolle sfeer in de klamheid van de ochtend. De temperatuur ligt nu al ruim boven 20 graden.
Tien minuten later blazen we over de smalle rivier, waarbij Kirk met behulp van het weinige licht navigeert. Dan komt de zon op en lijkt het alsof we door een tunnel varen. Van mist en overhangende takken. Voor ons vliegen een paar reigers loom op en rennen enkele wilde zwijnen opgeschrikt langs de oever, als we op de chocoladekleurige -Trinity River voorbijrazen. Uiteindelijk stoppen we, nadat we minstens 25 minuten volgas over der rivier hebben gevaren. De zon komt nu boven de boomtoppen uit en de temperatuur stijgt dramatisch. Zo ook ons enthousiasme. We zijn gestopt bij een grote, veelbelovende pool, waar veel riviermonsters jagen en in de oppervlakte rollen. Met enige regelmaat horen we de karakteristieke ‘wet clap’, het dichtklappen van de ontzagwekkende kaken van de alligator gars.
Met trillende handen tuigen we op en Kirk opent zijn koelbox met lekkers en kiest een buffalokarper van ongeveer 7 pond uit. Hij snijdt de vis in drie stukken en prikt de kop op een grote dreg, het middelste gedeelte op een tweede en het staartstuk op een derde. We werpen het aas zover mogelijk uit en gaan in de comfortabele stoelen zitten. Ons brein in beslag genomen door gedachten aan gepantserde rovers. Acht maanden hebben we op dit moment gewacht!
Het eerste monster dat interesse in ons aas toont, is een gemeen kijkende alligator, de reptiele vorm welteverstaan. Hij heeft onze dobbers vanaf de oevers zien staan en zwemt nu op ramkoers naar een van de dobbers. Mijn idee om pootjebadend verkoeling te zoeken, laat ik meteen varen. Toch loopt alles met een sisser af, als de alligator inziet dat een dobber geen snoepje is en hij daarom langzaam en als een duikboot verdwijnt. We zien hem niet meer terug. Een uur later is de volgende partij die interesse toont weer een alligator, maar nu gelukkig niet de reptiele vorm. Een dobber begint plotseling langzaam stroomafwaarts te schuiven. Zonder waarschuwing vooraf en zonder enige beroering in het oppervlak achter te laten. Kirk geeft opdracht de andere twee hengels binnen te draaien, terwijl hij de boot van de modderige oever schuift. Langzaam gaan we achter de dobber aan, terwijl mijn vismaat Florian met al zijn kracht probeert te verhinderen dat hij nu al aanslaat. Het duurt namelijk een poosje voordat de -alligator gar het aas vanaf de met tanden gevulde bekpunt meer naar achteren heeft gewerkt.
Ook de alligatorsnoek springt aardig!
We moeten wachten totdat de vis stopt, hetgeen meestal het teken is dat hij de klus heeft geklaard. En meteen als de vis hierna weer begint te zwemmen, slaat Florian met al zijn kracht aan. De vis schijnt zich er weinig tot niets van aan te trekken en Florian begint steeds wanhopiger te kijken als de vis op enkele afgezonken bomen afstevent. Gelukkig is Kirk de vis een stap voor en plaatst hij de boot tussen de vis en de bomen in. -Florian kan hierna de vis keren en zich opmaken voor een stevige dril. Dan verschijnt plotseling een met zijn bek -klapperende alligator gar van ongeveer zes voet langs de boot. Kirk manoeuvreert vlak achter de borstvinnen een touw om de vis en pas dan durft Florian een zucht van opluchting te slaken. Het doel van onze trip is duidelijk gehaald: een alligator gar -vangen van meer dan 100 pond! De vis weegt zelfs meer, namelijk 134 pond!
Kirk hijst de grote vis in de boot, Florian en ik duiken in de punt en we zoeken een droog stuk oever op om de vis te fotograferen.
De alligator gar (Atractosteus spatula) is een zeer robuuste vis. Net als de steur en andere ‘prehistorische’ vissen kan de -alligator gar langere tijd buiten het -water overleven. Een van de verbazingwekkende voordelen van de alligator gar is namelijk dat hij in staat is om extra zuurstof uit de lucht op te nemen door middel van zijn reptielachtige neusgaten. Bovendien is de vis bedekt met schubben in de vorm van tanden, die scherp en ruw zijn, en heeft hij een bek vol angstaanjagende tanden, waarvan de vier tot zes voorste tanden ook zichtbaar zijn bij een gesloten bek. Als gevolg daarvan is het vasthouden van deze vis om hem te fotograferen voor ons een -oefening in het verdragen van pijn en snijwonden.Toch zijn wij er nog relatief goed van -afgekomen. We hadden een paar blauwe plekken, schaafwonden, kleinere snijwonden in armen en benen, in het voorhoofd, plus een blauw oog. Dus al met al, we hadden het prima naar onze zin. Anderen voor ons hadden minder geluk. Zij liepen gebroken armen op, gingen knockout, kregen vingers met piercings en diepe snijwonden.
Stevig materiaal & groot aas
Grote, sterke vissen vragen om stevig -materiaal. Wij gebruikten 9 voet lange Ugly Sticks van Shakespeare met een werpgewicht van 100 tot 300 gram, -zeemolens van hetzelfde merk, Power Pro gevlochten lijn van 150 lb, een stalen onderlijn met een trekkracht van 210 lb, dreggen in de maat 3/0 tot 5/0 en grote meerval-dobbers.
Ook het aas is in verhouding, namelijk groot, zoals eerder vermeld. Kirk vangt zijn aasvissen met een werpnet bij de -Livingstone Dam. In het begin dachten we dat het vangen van aasvissen een groot deel van de tijd zou opslokken, waarin we niet op alligator gar konden vissen, maar we maakten ons zorgen om niets. Kirk ving bij elke worp vis: buffalokarper, gewone karper, sucker, shad, crappie, verschillende soorten meerval en een graskarper van 15 pond. En jazeker, ook die laatste hebben we gebruikt als aasvis!
Voorzichtigheid is geboden wanneer met de hand wordt geland.
Zelf proberen?
Kirk vangt vrijwel altijd grote vis met zijn klanten. De week voordat wij -arriveerden, ving een klant een vis van 225 pond. De grootste alligator gar die hijzelf heeft gevangen, woog 365 pond en was 9 voet en 6 inches lang. Kirk denkt dat de alligator gar een maximaal gewicht van 400 pond kan bereiken.
Wilt u het zelf eens proberen? Want hoe vaak krijgt u bijna met garantie de kans om een grote, exotische zoetwatervis van meer dan 100 pond te vangen? Meer info:
www.texasfishingguides.org/kirkland
Johnny Jensen
Bovenstaande artikel van Johnny Jensen, plus nog veel meer ander interessant roofvisnieuws kunt u vinden in nummer 56 van Dé Roofvis, dat vanaf 23 oktober 2006 in de betere hengelsportzaak en/of boekhandel- kiosk is te verkrijgen. U kunt natuurlijk ook gewoon abonnee worden dan krijgt u ieder nummer automatisch in de bus.
Klik hier voor meer informatie.