Een onderlijn voor stromend water
Door Andy Murray
Dé rig voor de Spaanse Ebro
Het afgelopen jaar hebben we het een en ander bijgeleerd op het gebied van het vissen op grote rivieren en ik wil deze ervaringen en gedachten graag met jullie delen. Het werd ons al snel duidelijk dat de karpers van de Ebro veelal ’s nachts aasden, maar helaas is nachtvissen er ten strengste verboden. En geloof me: het woord gedogen komt niet voor in het woordenboek van de uiterst strenge lokale politie…
Ik viste in Spanje met mijn maat Jason Latham. Hij is werkzaam als visgids en runt een eigen bedrijfje ‘Fat Catz and Fine Carp’. Jason woont en vist in de omgeving van het oude stadje Mequinenza, op een uurtje rijden van de luchthaven Reus en op twee uur afstand van Barcelona. Het is absoluut een van de mooiste plekken waar ik ooit ben geweest. Het is er rustig en er zijn genoeg stekken voorhanden op de rivier. In de regio van Mequinenza komen de Segre en de Ebro samen en juist op die samensmelting worden de grootste karpers gevangen.
‘Jason met een schub veertiger. “
Zoals ik al eerder al vermeldde, is nachtvissen aan de Ebro ten strengste verboden en ben je als visser dus constant bezig met het observeren van de karper en veelvuldig verkassen van de ene naar de andere stek. Het probleem is dat de karpers blijven rondtrekken en je ze dus de hele tijd moet volgen. Soms wel twee-drie keer om ze te vinden en als je ze hebt gevonden, dan krijg je vaak maar een paar kansen en moet je weer opzoek naar de karpers. In dit soort situaties vind ik de onderlijn die je gebruikt erg belangrijk en ik ben in de regel helemaal niet zo’n ‘rigmannetje’.
Normaliter word je geconfronteerd met karpers die met vertrouwen azen op onze voerstekken en die zijn nu eenmaal makkelijker te vangen en zijn veelal goed gehaakt ook. Voorzichtige schuwe karpers die niet met vertrouwen azen, zijn echter van een geheel andere categorie en je zult hier dan ook bij voorzichtig azende karpers veel vaker kans hebben op een verkeerde inhaking en een karper die tijdens de dril losschiet. En dit was ook wat ons vaak gebeurde. We verkasten vrij regelmatig en als we op een gegeven moment de karpers vonden, kregen twee-drie runs en wisten er vaak maar eentje, veelal een kleintje, te vangen. Dit was iets waarmee we dus aan de slag moesten, wilden we een beter resultaat halen.
Aangezien Jasons hier zowat aan het water leefde, deden we volop ervaring op en kwamen we al snel tot verbeteringen in ons onderlijnsysteem. En tijdens een memorabele najaarstrip wisten we bijna alle karpers te landen, of beter gezegd: kregen we bijna geen losschieters meer. Door de aanwezigheid van verzonken hekwerken of zelfs gebouwen (!) onder water verspeelden we helaas nog wel enkele karpers. Maar onze rig bleek te werken!
‘Het door ons uitgeknobbelde onderlijnsysteem dat in deze omstandigheden het beste bleek te werken. “
We kwamen op deze onderlijn nadat ik dacht te kunnen constateren dat de karpers op de rivier van nature wat angstig zijn. Ze worden namelijk voortdurend in hun voortbestaan bedreigd door vogels, meerval, andere rovers en natuurlijk ook vissers. De karpers aasden in ieder geval zeer voorzichtig, wat wel duidelijk werd toen we meer vissen begonnen te vangen. Een aantal was namelijk in de bovenlip gehaakt. In Engeland zien we dit verschijnsel ook wel, als karpers zeer voorzichtig azen en zelfs helemaal verticaal gaan ‘staan’ om te azen. Zo kunnen ze het aas precies zoals het op de plek ligt binnen zuigen.
Het bleek dus uiterst belangrijk dat ons aas voldoende ruimte kreeg om op deze wijze opgezogen te worden. We gingen derhalve een onderlijn van rond de 45 centimeter lang gebruiken, veel langer dan ik normaliter monteer. Bovendien moet de hair een goede twee-drie centimeter onder de haak hangen, dit alles in combinatie met een line-aligner.
Het is van belang dat de hair van de haakbocht wegbuigt, zodat ook het haakaas van de haakpunt wordt weggebogen. Het lood moet verder minimaal 5oz (een goede 140 gram) zwaar zijn voor een goed inhakend effect in het stromende rivierwater. Het moet er natuurlijk wél voor zorgen dat het haakaas blijft liggen. Een handige tip is de volgende: je dient bijvoorkeur stroomopwaarts (uptide) in te werpen en vervolgens ruim lijn te geven. Het lood zal zich dan makkelijker op de bodem nestelen en beter houvast vinden, dan wanneer je stroomafwaarts ingooit en de lijn meteen al onder spanning komt.
Omdat we erg mobiel vissen, gebruiken we geen boot om ons aas op de plek te krijgen. We werpen dus altijd en soms moeten we een flink eind gooien, tot meer dan 100 meter. We hebben dus bovendien systemen nodig die niet makkelijk in de war te gooien zijn. Daartoe knopen we onder meer een anti tangle rubber op de onderlijn. Op bijgaande foto kun je zien dat deze op de wartel wordt gemonteerd; dit rubbertje duwt als het ware ons haakaas en haak van het lood weg en dit werkt bijzonder goed.
Als haak kiezen we voor de Kensaki, supersterke haken en lekker scherp. Kies dan wel voor de grotere maatjes, de 2 en 4, want de kleinere haken zijn niet geschikt voor de zware Ebrovissen. Misschien vissen jullie wel vaker met dit soort haakmaatjes, maar voor ons is dit toch echt een hele grote haak! Het favoriete type lood bij deze visserij zijn de tri-lobes of andersoortige specifieke loodmodellen om afstanden meet te kunnen werpen. Het voordeel van deze tri-lobes is bovendien dat ze snel naar de oppervlakte komen bij het binnendraaien en daarmee dus ook de karpers sneller wegleiden van de bodem bij het drillen. Weg van de bodem met haar obstakels!
Verder monteren we altijd deeg rondom ons haakaas. Dit heeft twee voordelen: ten eerste maakt het ons aas attractiever. Ten tweede zorgt het ervoor dat ons systeem niet in de war raakt bij het ingooien. Veelal monteren we, zeker bij het tri-lobe lood ook vaak wat deeg rondom het lood. Eenmaal in het water lost dat deeg langzaam op en ligt onze rig zoals we het willen. Twee vliegen in een klap!
Verder is het van groot belang goed te letten op je hengeltoppen. Je ziet aan die toppen zoveel meer van wat zich er onderwater afspeelt… Allerlei zaken waar je afgaande op alleen je piepers geen weet van hebt. Goed observeren is altijd een absolute must; het helpt je vaak een heleboel met het bepalen van de juiste technieken. Zo zagen we afgelopen zomer, met een goede veertig graden op onze knar, dat de karpers actief aan het jagen waren op de kreeftjes die zich massaal op het ondiepe water ophielden. Het ondiepe water was hier erg helder en door met onopvallende montages te gebruiken, haal je in die moeilijke omstandigheden toch je voordeel.
‘Camouflagelood uit de collectie van Ultimate. “
Bij Ultimate hebben we voor deze omstandigheden zelfs speciale loodvormen laten ontwerpen, die de vorm hebben van takjes en zelfs mosselen. Dit om alles maar zo natuurgetrouw te laten lijken in het (heldere) water. Dit alles geeft je een geweldige camouflage en een perfecte presentatie van je laatste eindje. Zeker wanneer je naast dit speciale lood en andere camouflagespul ook nog eens onderlijnen uit fluorocarbon gebruikt (Glasslink), zal dit je vangsten zeker ten goede komen en dan natuurlijk niet alleen op deze rivier, maar net zo goed op de wateren bij jullie in de buurt.
Het volledige artikel van Andy Murray is slechts één van de opnieuw weer uiterst lezenswaardige en praktische bijdragen in de nieuwe uitgave van het specialistische magazine Dé Karperwereld, dat rond 18 juli 2006 voor € 8,75 te koop is bij uw hengelsportwinkelier en in de kiosk. Klik hier voor meer informatie.