Noors Momentje… (slot)
door Jelle Westerhuis
Zoals in eerder deel beschreven hadden we enorm van de natuur genoten en gingen nu eindelijk vissen! Heerlijk vooruitzicht, kon niet wachten. Ondanks dat het niet de ideale moment was om de vlagzalm en forel naar de oppervlakte te krijgen, toch lekker met verse waadpakjes in het prachtig stromende water gestaan onder begeleiding van gids Paul.
Samen rustig naar één van de vele mooie stukjes water waden. Een stuk van zo’n honderd meter is nog niet eens kniediep en dan opeens komen de vele depressies waar de vlagzalmen huizen.
Kijken of we in staat zouden zijn om een paar van die prachtige vissen te laten stijgen naar onze vliegen.
Bij de rivier aangekomen zette Paul ons gelijk in ‘de vliegviskleuterklas’ en of je nu beginner bent of gevorderde, dat maakt Paul niet uit. We kregen gedetailleerde instructies over het hoe, wat, waarom en wanneer met de droge vlieg. Wij kunnen dat heel goed hebben, zeker van iemand die vele tientallen jaren ervaring heeft op dit type water. Per slot van rekening zou je jezelf ook tekort doen als je deze kennis in de wind zou slaan.
We kregen een korte masterclass over ‘anders werpen’ en het ‘anders presenteren van de vlieg’. Paul gaf de voorbeelden door onze hengels ter hand te nemen en de bewuste worpen te maken. Gaaf om te zien hoe hij zo z’n kunstje flikt, het aanpakt en overduidelijk doordacht bezig is met zijn visserij. We zagen zelf ook snel het resultaat; we konden al een beetje beter ‘spelen’ met de presentatie van de vlieg en de driften langer maken. Moet wel zeggen dat het me veel moeite en concentratie kostte, en lang niet alle worpen gaven hetzelfde gewenste resultaat.
Naast de nieuwe materie was het voor ons alweer enkele jaren geleden dat we met een droge vlieg op stromend water hadden gevist en dat was dus weer even wennen. Opnieuw weer even die ‘feeling’ krijgen met visserij van veel te lang geleden. Uiteraard probeerde we tegelijkertijd het nieuw geleerde in praktijk te brengen. Best wel lastig allemaal, maar na een paar uurtjes vissen kreeg je het wel weer in de vingers. ’t Is wat dat betreft net als fietsen: je verleert het niet zomaar, het is hooguit onwennig zijn als je op een nieuwe zit.
Aanpassingen maken zeer zeker het verschil.
Een paar uurtjes hebben we kunnen vissen en konden een aantal vissen overhalen om naar het oppervlak af te reizen om onze vliegen weg te snoepen met een prachtig zichtbare plons. Gemakkelijk ging het zeker niet, maar toen ik m’n eerste vlagzalmpje in handen had, stond ik te dansen als een klein kind. Vind dat ‘droge-vliegen-gepruts’ toch wel helemaal geweldig! Tuurlijk even een fotootje maken en dan weer terugzetten in het veel te koude water. Was ondanks m’n koude kantoorhandjes, helemaal in m’n sas!
Met koude kantoorhandjes helemaal in m’n element…
We visten nog een stel meters af en besloten op een gegeven moment te stoppen. “Het is over voor vandaag, er zal weinig tot niets meer gebeuren”, liet Paul ons weten. We reden nog wat rond, genoten van nog wat meer natuur en gingen ons klaarmaken voor de dag van morgen. Het weer zou er beter uitzien dan vandaag, er was een behoorlijke aanwezigheid van zon voorspeld.
’s Ochtends wederom de ogen en gordijnen geopend met de verwachting van dikke zonnestralen. Niet dus… Weliswaar was de bewolking stukken dunner dan gisteren, echter had ik er niet ontzettend veel vertrouwen in dat ie snel zou wegtrekken, zeker gezien de wind die nauwelijks aanwezig leek te zijn.
In de ochtend nog wat bewolking die niet veel later plaats zou maken voor een heldere hemel.
Mysterieus ogende bossen voorzien van dauw.
Naast de Glomma ook andere, prachtige rivieren gezien.
Nog een stelletje rendieren tegen het lijf gelopen … (foto: Paul)
Toch loste het wolkenpak zich binnen het uur op en scheen er een stralend heldere zon tegen de bergen. Prachtig gewoon… Daarmee kwamen die goudstaven weer tot leven, die berken die stand wisten te houden tussen de overvloedig aanwezige en altijd groene naaldbomen. Ongelooflijk hoe hier het weer veranderde, zonder daarvoor echt herkenbare aanwijzingen te geven.
Inmiddels was het voor ons dus feitelijk de laatste dag met nog een half staartje. We troffen elkaar rond de klok van tien en om elf uur zou het losgaan, en zo gebeurde… Diverse prachtige stekken werden bezocht en er kwam vis uit. Paul wist de tijdstippen behoorlijk nauwkeurig te bepalen en dat is dan ook de toegevoegde waarde van een gids denk ik, zeker als je er maar een paar dagen kunt doorbrengen.
Ook het beter leren lezen van water was geweldig. De andere, veel meer ervaren kijk van Paul op dit water, is interessant om te volgen. Tijdens het vissen heb ik dan ook geregeld even omgekeken om te zien waar hij zijn vlieg plaatste en hoe hij deze viste. Kon er lang niet altijd de vinger achter krijgen, maar leerzaam was het. De routine straalt er vanaf. Meerdere vissen konden we zover krijgen om onze vliegen te pakken, echter Paul deed het klaarblijkelijk dus toch echt anders.
Keer op keer wist hij meerdere vissen achtereen te vangen. Door verschillende methodes toe te passen, waarbij de lijn soms met zijn totale lengte op het water lag, kreeg hij voor elkaar wat ons niet lukte. Paul was er denk ik ook best happy mee om het voor elkaar te krijgen en kan me dat ook wel goed voorstellen. Als je een stel van die bijdehante neuzen als ons bij je hebt staan, is het wel zo prettig om te kunnen verklaren dat die doorgegeven kennis niet op onzin is gebaseerd.
Diverse methodes zette hij succesvol in en ze wierpen vruchten af.
Dame in handen met een prachtig kleurenpallet in de vlag.
Stuk voor stuk pretpakketten om te fotograferen…
… om na het allerlaatste plaatje…
… weer terug te keren in die prachtige rivier.
Wimsema stond ook al vrij snel met een gebogen hengel. Een keer of tien had hij misgeslagen, maar uiteindelijk was het dan toch raak. We kregen ze bij lange na niet zo aan de praat als Paul, maar goed, gelukkig kunnen we allebei probleemloos genieten van de gebogen hengels van een ander.
Het is heerlijk om zo wat actie te beleven en als er dan af en toe een vis aan je eigen lijntje verschijnt, dan is dat extra genot, zeker in deze prachtige herfstomgeving. De dag werd afgesloten en we trokken ons na een warme hap weer terug in de hut om enorm rozig en vol indrukken in slaap te vallen.
Hangen…
Genieten…
… in een superomgeving.
De laatste halve dag - ‘het staartje’ - was alweer aangebroken. Het extreem heldere licht in de ochtend prikkelde de nog gesloten ogen om open te gaan. Tijd om de eerste verdieping van het stapelbed, die nog net geen hoogtevrees teweegbracht, te verlaten richting veilige, begane grond, kijken hoe de wereld er vandaag uit zou zien.
“Pfff, dat ziet er koud uit hé…”, en echt, de hele wereld zag er uit als één grote vrieskist. Zelfs de kleuren van de berkenblaadjes waren compleet ontdaan van hun helderheid door de rijp. Snel wat warme kleren aangetrokken en naar buiten gegaan om met de camera even een paar plaatjes schieten van deze, voor mij onbekende wereld.
De natuur in de vrieskist…
… nou ja, natuur.
Het was de dag van vertrek, dus tijd om de boel aan kant te maken. De hut was al vroeg opgeruimd, ontdaan van de talloze naalden en geelgekleurde blaadjes. Alle bagage werd achterin de auto geduwd en er werd afgerekend bij de vriendelijke campingeigenares… we konden gaan genieten van de laatste paar uren vliegvissen. Ongelooflijk zeg, wat vliegt zo’n stelletje dagen dan toch altijd weer razendsnel voorbij, kan daar nooit met m’n verstand bij…
Samen met Paul vertrokken we voor de laatste keer naar het water. Het was nog steeds koud, verschrikkelijk koud. Dit werd ons nog even fijntjes ingewreven door het aanwezige ijs rond de stenen die zich in de ondieptes van de rivier begaven. Weliswaar magnifiek om te zien, fantastisch om wat foto’s van te schieten, maar ben nu totaal geen liefhebber van zulke kou. Moest dus even doorzetten en wachten op de - zo zag het ernaar uit - aan kracht toenemende zon.
Mini ijskap aan de Glomma…
… en al snel verscheen na de eerste worpen het ijs in de ogen. En het werpen viel nog best mee ook! Her en der zag je wat ijs om je oren vliegen en werd de lijn af en toe wat stijver en stroever, toch ging het wel en was het wat minder dramatisch dan de afbeelding doet vermoeden.
Wederom was het verbazingwekkend hoe snel zich de dag hier kan opwarmen, mits er zon is natuurlijk. Het eerste uurtje was het vliegvissen en in het water staan nu niet bepaald comfortabel te noemen, terwijl het daarna gewoon regelrecht genieten geblazen was van die warme zonnestralen in je gezicht. We hebben nog een verwoede poging gedaan om in de vis te komen, echter we kregen ze dit keer helemaal niet aan de praat. De vliegen dreven weliswaar ietwat gedrevener met de stroom mee, maar geen vis die het in zijn hoofd haalde om er één te pakken.
Koude start die langzaam aangenamer werd.
Wimsema had ondertussen weer de kant opgezocht, had het ook koud gekregen en zat te kijken naar de nog steeds vissende Paul. Hij applaudisseerde toen Paul zijn hengel voor het eerst kromde. We moesten er allemaal om lachen, toch knap hoor. Onder de meest miserabele omstandigheden deed ie ‘t toch maar even.
Kreeg het zelf inmiddels ook knap koud aan de voeten en wilde er eigenlijk liever uit dan te blijven blauwbekken. Paul viste nog even door, aangemoedigd door de eerste vis, en wist in korte tijd nog een leuk aantal vlagzalmen bij te vangen. Terwijl ik hem de vissen zag onthaken vlogen de rillingen over m’n rug, wat moet die een koude handen hebben gekregen zeg.
Paul wist ze wel naar het oppervlak te krijgen.
Verlangde nu toch echt wel intens naar een bak zwarte koffie uit de thermoskan van Paul, die hij alle dagen meenam. Paul ving gedurende enkele worpen geen vis en moet ook gedacht hebben dat het voor dat moment even klaar was. Hij draaide zijn lijn binnen.
“Hmmm, die gaat terug naar de kant, heeft ook zin ik koffie, kan niet anders…”, dacht ik. Hij kwam inderdaad uit het water en leek ook wel behoefte te hebben aan een bakje. ’t Goedje werd snel in de goed geleidende plastic mokken gegoten en de handen werden gewarmd. Dikke slok van dat heerlijke spul… Kijkend over de rivier en naar de omliggende natuur…: “’t Leven is goed zeg.”
’t Zou verplicht moeten worden… zeker op zulke koude dagen.
We bliezen de boel al vrij snel daarna af, ontdeden ons van de neopreen waadpakken en de hengels werden afgebroken om terug te keren in de kokers. Alles werd weer achterin die kleine wagen geknald om op tijd weg te kunnen rijden en de vlucht van vanavond te halen, zou niet gek zijn. ’t Was toch nog een vette 200 kilometer sturen. Op zich geen wereldafstand, maar wetende wat te hard rijden hier kost - moet je niet willen weten - hielden we ons braaf aan de opgelegde snelheid.
En dan ben je terug op de luchthaven… Auto weer teruggebracht, sleutels ingeleverd, ingecheckt, bagage geloosd… en daar sta je dan weer tussen massa’s beton en talloze, gehaaste reizigers die snel nog een pizzapunt of andere ‘vliegveldhap’ naar binnen werken.
Bah, wat een contrast zeg… kan ik niet helemaal plaatsen, krijg terplekke kortsluiting in m’n grijze massa. De wereld van Glomma en luchthaven hebben in de verste verte niets gemeenschappelijks… op een klein beetje asfalt na dan. Het wordt weer wennen geblazen aan die veel te snelle wereld.
Beton, pizza en haast…
In het vliegtuig was er weer even rust, voor zover je van rust kunt spreken. Trok het pennetje en kladblokje uit de rugzak uit het laadruim tevoorschijn om wat krabbels te maken, krabbels over afgelopen dagen, weer even terugduiken in een stel heerlijke dagen in de natuur, me weer wanend in de rust en kleurenpracht van daar. Moeder Natuur had weer één van haar vele mooie kanten laten zien en wij waren erbij!
Vier dagen hebben we genoten van eindeloze vergezichten, lekker met die camera rondgebanjerd in intens zuivere lucht, lekker geouwehoerd met Paul, gein met elkaar uitgehaald en vislessen gekregen, genoten van warme bakken zwarte koffie, die ik normaliter niet lust, maar als ik ‘m nu drink, komen de herinneringen direct weer naar boven…
De Glomma nu… Nog een paar dagen en je kunt er schaatsen… Bizarre omslag, maar prachtig om te zien en mee te mogen maken. (foto: Paul)
En de visserij? Was niet briljant, niet zoals een paar weken eerder, maar dat was niet erg. We hebben een paar daagjes dik genoten van veel indrukken en dat is voor ons meer dan genoeg!
Eerder verschenen: deel 1.