PERSBERICHT SPORTVISSERIJ NEDERLAND
MINISTER BAGATELLISEERT DIOXINEGEVAAR AAL
Uit onderzoek blijkt dat de aal uit de Nederlandse rivieren veel te veel dioxines bevat. In diverse alen werd de consumptienorm voor dioxines zelf met meer dan een factor 5 overschreden. Ook op verschillende andere wateren lijkt het vlees van de aal teveel van deze uiterst giftige stof te bevatten.
Voor Sportvisserij Nederland reden de hengelaars in ons land te adviseren geen zelfgevangen aal meer te eten.
De vervuiling van aal en de risico’s van het eten van deze aal, was verder aanleiding voor diverse kamerleden om vragen hierover aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te stellen.
Haar antwoorden stellen teleur en bagatelliseren het risico van het eten voor de volksgezondheid. Zo geeft zij aan dat in het wild gevangen aal slechts 1 % uitmaakt van de totale hoeveelheid die jaarlijks wordt gegeten. De rest van de aal is afkomstig uit aalmesterijen.
In werkelijkheid is 20 %, ca 1000.000 kilo van de gegeten aal afkomstig uit wildvang . Vaststaat dat van die 1000.000 ton 300.000 ton afkomstig is uit de grote rivieren en de consumptienorm (sterk) overschrijdt.
Duidelijks is dat jaarlijks duizenden personen – met medeweten van het ministerie - worden blootgesteld aan hoge hoeveelheden dioxines in de aal. Daarbij is het voor de consument nagenoeg onmogelijk om achter de herkomst van de op de markt, braderie of viswinkel aangeschafte aal te komen.
Uit de antwoorden van de minister blijkt verder dat zij de verantwoordelijkheid voor de met dioxines vervuilde aal volledig bij de beroepsvisserij neerlegt. Sportvisserij Nederland roept de minister daarom op om alsnog haar verantwoordelijkheid te nemen en direct een vangstverbod in te stellen op alle wateren waarin de aal is vervuild met dioxines én de bevolking via een effectieve voorlichting te wijzen op de risico’s van het eten van aal uit risicogebieden. Een schadeloosstelling voor de gedupeerde beroepsvissers lijkt daarbij niet meer dan logisch.