Met de methodfeeder op karper ( deel 3)
Door Merijn Verhelst
Vandaag gebruik ik de 45 grams versie van de methodfeeder. Het ideale gewicht om het zelfhaaksysteem goed zijn werk te laten doen. Het gewicht is ook meer naar voren gebracht zodat hij nog aerodynamischer wordt.
Hij is voorzien van naar boven staande randjes aan de boven-, onder- en zijkanten wat er voor zorgt dat het voer er goed en stevig op blijft zitten. Echt een pluspunt! Een mooie camo-print dus opvallen doet hij ook al niet. De tailrubber aan de bovenzijde sluit naadloos aan op de methodfeeder zelf, zodat daar ook niets achter kan blijven hangen.
Het belangrijkste van heel het verhaal komt nu. Dit methodsysteem is super visveilig. Dit komt door de quik change bead die totaal niet vast zit in de uitsparing. Nadeel hiervan is dat de korf vrij spel heeft en bij een aanbeet naar voren kan schuiven. Nou niet dus. Want bij een aanbeet staan er druk en spanning op de lijn.
Dus die korf kan helemaal niet naar voren schuiven. De vis prikt zich dan dus op het gewicht van de korf en de druk op de lijn. Dus dat nadeel van dat de korf op dat moment vrij spel heeft klopt al niet. Maar nu komt het. Ontstaat er opeens lijnbreuk op de hoofdlijn, wat je overigens altijd moet proberen te voorkomen, dan valt de druk weg. Wanneer je dan al een vis gehaakt had, dan kan deze het overschot van de hoofdlijn met bijna geen moeite door de korf heen trekken en is de vis verlost van de zware korf.
Over het punt ‘visveiligheid’ hoeven we ons geen zorgen meer te maken. Tweede grote voordeel van die quik change bead (snel te verwisselen) is dat je door middel van de insert, die je uit de bead kunt trekken, je onderlijn supersnel kunt verwisselen, zonder deze te beschadigen. We kunnen eruit opmaken dat er een hoop voordelen uit dit korfje te halen zijn. Er is maar één woord voor: Topspul!
Topspul!
Bijna vergeten dat we aan het vissen zijn. Maar dat zijn we echt nog steeds aan het doen. Toen ik die karper ving op de witte miniboilie aan het kanthengeltje, ben ik op de verre hengel toch ook maar overgestapt van maden naar zo’n wit balletje met chocoladesmaak. Het blijkt toch dat de stek nog redelijk gedomineerd wordt door giebels. Ik vang er dan ook nog een aantal in de tussentijd voordat ik weer te maken krijg met een krom staand kanthengeltje. Ook dit weer met karper. Prachtig! Gaaf, hoe ze vechten voor wat ze waard zijn. En dan zijn het nog maar kleine karpertjes. Even snel een fotootje schieten en weer releasen met het netje.
Wanneer er één karper over de dam is…
Oh, wacht even. Fout nummer 3. Tijdens het terugzetten stoot ik met de achterkant van het schepnetsteel tegen het statief met daarop een smartphone met camerastand. Dit geheel verdwijnt uiteraard in het water. Binnen vijf tellen heb ik het eruit. Gelukkig stond er ergens op de verpakking dat het apparaat waterdicht is. Geluk, zullen we maar zeggen. Drie keer is nog steeds, zover ik weet, scheepsrecht, dus dit moet echt de laatste keer zijn.
Het feit dat ik dit kleine ‘zevenvinnertje’ gevangen heb, is voor mij het teken om over te stappen naar aas en voer waar ik gerichter deze vissen mee kan gaan belagen. Ook giebel en misschien brasem gaan hier niet vies van zijn, maar erg is dat niet. Ik merk dat de stek wat beter gaat lopen, daarom ga ik het gewone lokvoer van de methodfeeder laten, maar ga ik de methodmal van pellets voorzien. Gewoon simpele vismeelpelletjes van een millimeter of drie die ik eerder deze sessie al heb zitten prepareren. Om te experimenteren als aas in plaats van een zoete miniboilie, schuif ik nu maar eens een ‘halibut’ pellet op de hair. Gewoon omdat het kan. Die dingen kunnen nog goed zijn ook! Kijken of ik nu wat meer karper kan vangen!
Carp stuff!
En dat blijkt vandaag toch weer wel een beetje het geval te zijn. Ik maak een worp en een paar luttele minuutjes later gaat de top goed krom. Die hengel daarna ook. Lekker dit. Het is weer een karpertje. Klein visje, maar het is zo leuk om deze visjes te vangen. Zeker met dit materiaal!
Zulke visjes op zulk materiaal: echte sport!
Het zaakje gaat weer te water. Evenals het kanthengeltje. Ik sta even te praten met Thijs, een jongetje die ook graag vist, wanneer die kantstok ervandoor vliegt! Ik heb deze nog niet beet of ik zie in m’n ooghoek dat de Feeder ook niet stil op de steunen wil blijven liggen. Double hook-up! Het visje aan de kanthengel mag Thijs uitdrillen, dan ga ik de andere doen. Heerlijk dit, toch? Even wat gehannes wanneer de vissen in het net moeten, maar dat lukt dan ook wel weer. Twee lijpsterke visjes die gevangen zijn door twee superblije vissertjes. Lekker als het zo loopt!
Double trouble!
Die pellets werken wel zo te merken. Na een korte lunchbreak werp ik de methodfeeder weer op z’n plek. Het duurt niet lang of ik mag de Feeder echt gaan testen, net zoals de Rodiac en de Feederline die er opgespoeld zit. Ik krijg een bizar harde aanbeet, ik schrik me te pletter en pak in een reflex de hengel die echt al bijna in het water lag. Hier zit dus een vis aan en geen kleintje ook. Dit is een karper. Eentje waar ik vandaag voor gekomen ben.
De vis wil gelijk al in de beginfase van de dril er keihard vandoor gaan. Eén probleempje: de lijn zit nog achter de lijnclip geklemd. Door de perfecte demping van de hengel en rek van de lijn kan ik deze snel achter de clip uit halen en kan het feest beginnen. Test mode on! Feeder krom tot in het handvat en een heerlijk tikkende Rodiac. Man, man, man, wat een power! Hier kan ik dus echt van genieten. Het materiaal doet perfect zijn werk en het valt me op hoe mooi die demping van de Feeder is, evenals de goede slip die op de werpmolen zit. Hier ga ik dus geen lossers op krijgen!
BAM! Hangen!!
Wanneer de wat langer durende, pittige dril ten einde komt kan ik een mooi schubje scheppen. Echt vet. Niet normaal wat een brute kracht er in zo’n visje kan zitten en dan met zulk materiaal! Drilplezier ten top! Ik houd er van!
Deze wilde het spul wel even aan de tand voelen!
Volgende week deel 4 klik hier voor deel 1 en 2