Massale vissterfte op veel wateren
Door Evert Oostdam
Na weken van ijspret en schaatsen begint de natuur weer de eerste tekenen van het voorjaar te vertonen. Het ijs is aan het smelten en de natuur is aan het bijkomen van de ijzige kou.
Dat de onderwaterwereld hier ook parten bij heeft gespeeld wordt nu goed duidelijk: massale vissterfte op veel wateren. Nu is dit geen ongebruikelijk verschijnsel na een (strenge) winter, echter deze winter, in combinatie met ijs en veel sneeuw, was on-Hollands lang.
Op veel wateren waar ik langs ben geweest heeft er een ware veldslag plaatsgevonden. Overal waar je kijkt zie je dode vissen liggen. Vooral de ondiepe cultuurwateren zijn hard getroffen. Bij een dergelijk water bij mij in de buurt zijn waarschijnlijk alle karpers overleden. De combinatie van ondiep water en een sneeuwlaag op het ijs zijn hier volgens mij debet aan geweest.
Als hengelsporter in hart en nieren grijpt dit je toch aan. Ondanks dat de wetten van de natuur grillig en keihard zijn. De natuur heeft bepaald dat het zo moest zijn. Naast de honderden dode karpers, brasems en voorns heb ik heb echter geen enkele dode roofvis kunnen bespeuren. Wellicht zijn deze vanuit hun natuur beter bestand tegen langdurige koude in het zuurstofarme water…?
Regelmatig lees je berichten over teruglopende vangstberichten. Deze tik van moeder natuur doet daar dan ook nog eens een duit bij in het zakje. De tijd zal het leren hoe het de natuur zich herstelt. Een ding weet ik wel: de lokale karpervisser zal hard moeten werken om in de genoemde visvijver nog een karpertje te kunnen vangen.
Sommige vissen lijken dood, maar al hun organen staan op een laag pitje. Kleine bewegingen van vinnen en kieuwen verraden hun “schijndood”. Door deze vissen uit hun omgeving weg te halen en op de diepere delen van het (zuurstofrijke) water los te laten zijn deze nog goed te redden.