Productinfo en loodstrategie verzorgd door Nash
Loodkeuze: wartel- of inlinelood?
Door Mark Pansar
Tegenwoordig zijn er zoveel verschillende loodvormen dat je vaak het bos door de bomen niet meer ziet. Ook de gewichten verschillen sterk van elkaar. Deze veelzijdigheid van aangeboden producten kunnen we alleen maar toejuichen. Zeker als je zich als karpervisser wat meer gaat verdiepen aangaande functionaliteit.
Want maar al te vaak wordt de loodkeuze door velen zwaar onderschat. Factoren als diepte, bodemprofiel, wiergroei en de bodemkleur in combinatie met de helderheid van het water, zijn vaak niet te onderschatten. Sinds jaar en dag zijn er naast de vele vormen en gewichten enkel twee types te verkrijgen, namelijk inline- of wartellood. Hierin is de keuze snel gemaakt. Al moet je toch met de eerder aangegeven factoren duchtig rekening houden.
Daar ik een fervente voorstander ben van “inliners”, moet ik toch nog af en toe naar de wartelmodellen grijpen. Dus een éénzijdig gebruik van lood kan in mijn ogen niet. Het wordt enkel bepaald in welke situatie je ze moet gaan inzetten. Het is zelfs al meermaals voorgekomen dat ik op één stek zowel inline als wartellood heb gebruikt. Sommige stekken vragen en lenen zich hiertoe en niet zelden zijn het ook nog eens interessante stekken.
“Inliners”
Zoals eerder aangehaald, heeft inlinelood mij altijd het meest vertrouwen gegeven, gewoonweg om de simpele reden dat met een traditioneel inline-lood-montage de karper na het strekken van de onderlijn het volledige loodgewicht in werking laat treden. Dit laatste zorgt voor een directe en snelle prik van de haak. Met een wartellood daarentegen zal deze spanning geleidelijker oplopen en pas maximaal zijn als het lood in de tegengestelde richting van de wegvluchtende vis komt te liggen.
Qua zwaarte kon het in het verleden voor mij niet zwaar genoeg. Maar sinds ettelijke jaren opteer ik toch voor “hoe lichter, hoe liever”. De verscheidene onderwaterbeelden hebben me hiervan doen overtuigen. Ook het kopschudden door een deel van de karperpopulaties heeft me niet onberoerd gelaten. Als je er dan ook nog eens mee geconfronteerd wordt, is het uitermate belangrijk dat je gaat sleutelen aan de loodmontage. In dit geval is dit dus het loodgewicht.
Naar visveiligheid toe, is het aangeraden om de harde plastieken binnenkern te vervangen door een soepele. Zo kan het lood, bij lijnbreuk, netjes over de soepele sleeve glijden en in no time heeft de karper zich ontdaan van dat vervelende lood. Voordat het lood op de soepele sleeve geplaatst wordt, moet je eerst wat speeksel op de sleeve wrijven. Zo kan het lood, indien nodig, véél makkelijker er vanaf schuiven. Let er ook goed op dat het lood niet te fel op de sleeve wordt gefixeerd, anders heeft het weinig nut.
Het inline flat square lood van Nash heeft de functie meegekregen om vooral op schuine taluds in te zetten. Het is een plat lood dat alles het ware blijft “plakken” op de schuine helling van het talud. Op smalle kanalen waar de stroming, tijdens het passeren van een geladen schip, hoogtij viert, heeft het lood de proef ook meer dan goed doorstaan. Dus een echte aanrader voor het vissen op schuine hellingen. (Vergeet ook hier de plastieken binnenkern niet te vervangen door een soepele sleeve).
Toch wartellood?
Jazeker, maar enkel in bepaalde omstandigheden en waar het enigszins nodig is, zal ik zulke loodmontages monteren. Sinds ik de laatste tijd meer en meer plassen bevis waar het wier welig tiert, maak ik graag gebruik van het “weed safety bolt bead” systeem. Dit uiterst interessante alsook visveilige systeem, leent zich ideaal voor deze visserij. Het heeft het gigantische voordeel dat het lood bij de minste weerstand, in dit geval van wier of waterplanten, uit de loodclip valt. Zo heb je al bijna geen last meer van “groen” dat zich meestal als een pruik rond het lood vormt.
Is het lood éénmaal uit de clip gevallen dan gaat de gehaakte karper véél sneller naar het oppervlak zwemmen. Dit komt omdat het lood geen weerstand meer biedt en dat de karper niet telkens naar de bodem “geduwd” wordt. Ook het gevaar in vasthangen wordt vele malen kleiner. Let wel op dat je te allen tijde druk blijft uitoefenen om alsnog geen losschieter te krijgen, want nu ben jij de enige die er voor zorgt dat de haak netjes op zijn plaats blijft zitten.
Ook voor het vissen nabij obstakels leent deze loodmontage zich perfect. Door de vrij harde tegenwerking, om de gehaakte vis zo snel als mogelijk uit de obstakels te houden, gaat het lood onder zware druk komen te staan met als gevolg dat de tailrubber sneller van de loodclip gaat schuiven.
Wat wel een vereiste is bij deze loodmontage, is dat je het best gebruik maakt van télé of rubberboot. Het korte “armpje”, waar de tailrubber op wordt bevestigd, is te kort als je een fikse worp wil leveren. Het lood gaat dan onherroepelijk uit de loodclip vallen. Ik denk dat dit niet de bedoeling is hè! Dus netjes en rustig uitleggen is bij dit mooie loodsysteem meer dan een vereiste.
Tot slot
Mensen, de voorbereiding, vooraleer het echte karpervissen kan beginnen, is vaak de sleutel tot het succes. Het ligt niet zelden in kleine details dat je target of bonusvis toch de jouwe wordt. Alvast succes met het nemen van de juiste loodkeuze en misschien treffen we mekaar eens aan één of ander Belgisch water.
Mark Pansar