Lac du Der Chantecoq (deel                   1)

Lac du Der Chantecoq (deel 1)

Door Iwan Nijkamp

Na een rit van zo’n 750 km, zonder problemen met grenscontroles in België en Luxemburg, zijn we op de plek van bestemming. Aan de overkant steekt de bosrand vaag af tegen de groenblauwe kleur van het water. Lac du Der Chantecoq, een dikke 5000 hectare viswater, gelegen in de haute Marne (Noord-Frankrijk). Golven beuken, voortgestuwd door de harde noordenwind, tegen het dijkje voor het Maison des Pecheurs. Het uitzicht is overweldigend, wat een gigantische binnenzee, een huivering gaat door me heen, ik voel me nietig!

Eenmaal binnen in het Maison des Pecheurs prijken foto’s aan de muur van grote karpers die ter plaatse gevangen zijn. Wat echter ook opvalt zijn de talloze foto’s van grote snoeken (40 +) en snoekbaarzen(30+ pond). We worden geholpen door een gebrekkig engels sprekende Fransman die ons echter zeer correct en snel voorziet van de benodigde vergunningen.


“5000 hectare prachtig viswater…”

De door ons gereserveerde stek ligt op een landtong in het Bassin Nord, een baai die nog een slordige 325 hectare bestrijkt. Een kaartje geeft aan hoe we er naar toe moeten rijden. Buiten spreken we een Nederlander die de afgelopen week met zijn vriendin bij de haven van Nemours had gevist. Hij had slechts 1 karper gevangen, maar wel eentje van 45 pond! Dat horen we graag…

Op de plek van bestemming kijken we eerst maar eens hoe de stek erbij ligt. De laatste 800 meter moeten we lopend af leggen en kunnen we direct kennis maken met de zuiging van de Franse klei . De stek ziet er goed uit en het water ruikt naar vis. We besluiten de grote spullen naar de stek te roeien, de rest gaat met de kruiwagen die we hadden meegenomen.


“Een boot is echt onmisbaar……”


Na een paar uur hebben we al onze spullen ter plekke. Er staat een harde wind en de wolken die overdrijven voorspellen niet veel goeds. In allerijl worden de tenten opgezet, net op tijd want nauwelijks bekomen van alle inspanningen ondergaan we een ware waterdoop. De avond valt snel en we besluiten de hengels alvast in te werpen met een voerplekje van slechts enkele boilies. Zoals verwacht levert de eerste nacht niets op.

De volgende dag wordt gebruikt voor het in kaart brengen en peilen van de stek met behulp van boot en fishfinder. De watertemperatuur schommelt tussen de 9 en 10 graden celcius, vandaar dat we besluiten slechts weinig te voeren.

De hengels worden op verschillende afstanden en dieptes ingezet, voorzien van gekookte hennep met boilies. Naar links vissen we op een afstand van 60 tot 120 meter op een waterdiepte tussen de 2 en 4 meter. Recht vooruit op 120 meter uit de kant en een waterdiepte van 4 tot 5 meter. Schuin naar rechts op zo’n 80 meter voor een geul waar het afloopt van 3 naar 4,5 meter en 1 hengel op rechts, precies in de geul van de naastgelegen baai waar we enkele Fransen vanuit een boot op roofvis zien vissen.

De eerste dagen blijven de runs uit. Belangrijkste oorzaak lijkt vooral de steeds wisselende windrichting en weersomstandigheden. Geen optimale omstandigheden dus.

Frappant is dat ook de feederhengel geen enkele beet oplevert. Maden, maïs en wormen, we hebben het de hele week diverse keren geprobeerd maar geen reactie. Enkele worpen met kunstaas daarentegen leveren twee prachtige baarzen van rond de 50 cm en een klein snoekje op. Vooral de baarzen geven prachtige sport op de lichte spinhengeltjes die we hadden meegenomen.

Dinsdagochtend, ik ben vroeg wakker en zit op mijn stoeltje vanuit de tent over het water te turen, de eerste ochtend heb ik nog een karper zien draaien maar daarna heb ik niets meer gezien of gehoord. Leon heeft gisteren, nadat hij er enige activiteit had gezien, 3 hengels op een ondiepe plaat (de dag ervoor had de zon behoorlijk geschenen op het gedeelte) uitgelegd. Slechts voorzien van een klein handje boilies liggen de hengels nog steeds roerloos op de rodpot……


“Een sterke du Der vis………”

Nog voordat de middelste pieper zijn derde piep laat horen, heb ik de inmiddels hevig naar links doorbuigende hengel vast. Eindelijk…...... Een tot in het handvat doorbuigende stok en een traag tikkende slip verraadt een zeer sterke vis en ik moet behoorlijk hangen in de 2 1/5 ponds stok. Ondanks dat onderneemt de vis toch nog een serie trage maar krachtige runs, waarbij telkens 15 tot 20 meter lijn van de spoel wordt getrokken . Na een minuut of 5 heb ik de vis onder de kant waarbij hij voor het eerst zijn machtige flanken laat zien. Het afdrillen verloopt verder zonder problemen en het net kan uiteindelijk onder een mooie spiegel geschoven worden. De weging brengt uitkomst, net geen 30 pond maar met zijn 14 kilo op de mat echter een prachtige vis.