Koning van de Stroming 14:
Barbeel het hele jaar door
Door Frans Vogels
Barbeel kun je het hele jaar door vangen. Je hebt hierbij 2 categorieën qua rivier. Een brede, diepe rivier zoals de Waal en IJssel en je hebt de ondiepere smalle rivieren zoals de Roer, Grensmaas en de riviertjes in de Ardennen.
Begin ik allereerst met de grote rivieren. Deze hebben een waterdiepte van zeker een meter of 6 tijdens een normale waterstand. Afhankelijk van de regenval zal deze stijgen of dalen. Deze rivieren zijn goed te bevissen vanaf de kribben en de IJssel ook vanaf de strekdammen.
Meteen langs de kop van de krib heb je de hoofdstroom en vind je gemakkelijk de barbelen. Dat is ook de zogenaamde barbeelzone. De barbeel verblijft in deze strook van maart tot eind oktober, afhankelijk van de watertemperatuur. Barbeel behoort tot de karperachtige en als de watertemperatuur afneemt, wordt deze vissoort erg rustig. Hij trekt zich terug op diepere gedeelten en houdt zich koest.
De barbeel doet hetzelfde. Rivieren als de Waal en IJssel hebben een grillige bodemstructuur. Zeker op de Waal is bekend dat er op sommige stukken erg diepe gaten en geulen liggen. Enkele jaren geleden is een schip een container verloren rond Tiel. Er werd meteen een zoekactie gestart met sonar en het duurde 3 weken voordat de container getraceerd werd. Hij lag precies in een diepe kuil, even diep als de container hoog was…
Deze kuilen kunnen overal liggen. Zeker is dat ze voor ons als barbeelvisser niet bereikbaar zijn. Welke montage we ook gebruiken, er is er niet één die blijft liggen. Er komt domweg teveel druk op de lijn. Vanuit een bootje kun je deze gaten wel bereiken en ik weet dat er tijdens het snoekbaarsvissen vanuit een boot regelmatig een grote barbeel uit zo’n kuil komt. Ook hartje winter!
Ga ik even logisch nadenken: een barbeel in zo’n kuil, koud water. Hij hoeft zich niet te bewegen, geen inspanningen te doen, hij ligt maar wat te liggen. Vergis je niet, dat kunnen ze maanden volhouden zonder al te veel voedsel op te nemen.
Rond de herfst worden de barbelen vaak moddervet gevangen. Deze vetlaag is meer dan voldoende om te overleven, zelfs een hele strenge winter! Ze liggen daar soms met vele honderden hun winterslaap te houden. Door de stroming worden voedseldeeltjes meegenomen, die in zo’n kuil kunnen zakken. Het beetje wat er in de koude maanden zo op de bodem van die gaten komt is meer dan voldoende voor al die barbelen. Om te eten hoeven ze dus ook niet op pad…
Vergelijk is de situatie met de smalle ondiepe rivieren die barbeel herbergen, dan gebeurt daar precies hetzelfde, met dien verstande dat een dieper gedeelte daar vaak bestaat uit slechts 10 – 20 cm. Slechts sporadisch kom je er een echt diep gat tegen. Omdat een dieper gedeelte vaak niet veel dieper is dan de gemiddelde diepte, is de stroming over de gehele breedte nagenoeg hetzelfde.
Echt de mogelijkheid om zich terug te trekken in een kuil zodat ze niet hoeven de bewegen is er niet. Alleen achter een grote steen kunnen ze wegkruipen. Omdat over het algemeen het water harder stroomt op een kleine rivier, zeker in de winter, wordt de barbeel (en overigens alle aanwezige vissen) gedwongen in beweging te blijven.
Daardoor verbrandt hij zijn vetten en moet hij dus blijven eten. Alleen al hierdoor is en blijft hij vangbaar, ook onder zeer barre omstandigheden. Het is nooit te koud om te vangen, zeker in de Ardense rivieren.
Omdat de barbeel daar altijd in beweging is en moet zwemmen, zal hij ook eten tot zich blijven nemen. Op zich logisch. Maar er komt wel een belangrijk aspect bij. De rivieren zoals de Roer, Ourthe, Ambleve en Semois blijven nagenoeg altijd bereikbaar om te vissen. Ik bedoel hiermee te zeggen dat je de montage altijd goed kunt aan bieden in de stroming.
Het kan er natuurlijk wel eens flink spoken. De waterstand is dan erg hoog, bruin van kleur en een enorme afvoersnelheid. Het wordt je dan erg moeilijk gemaakt, maar vissen is er ook dan nog mogelijk. Niet alleen vissen maar ook vangen. Afgelopen winter heb ik het nog meegemaakt dat een stuk lood van 150 gram in een paar tellen zowat tegen de kant werd gedrukt. Toch wisten we die dag naast barbeel ook kopvoorn te vangen. Het water kolkte als een bezetene.
De bodem op die strook is nagenoeg egaal van diepte. De vis kan er dus niet echt weg. Onder normale winterse omstandigheden met een meter meer water dan in de zomer is je montage goed op zijn plek te houden. Een lood of korf met een gewicht van 100 gram is dan erg veel.
4 Jaar geleden kon ik in Hotton een bezoek brengen aan Riveo, waarveel te bewonderen is wat met de rivier te maken heeft. Er zijn ook enkele aquariums met daarin diverse soorten vissen. Ook de barbeel is er te bewonderen. Het was die dag enkele dagen onder het vriespunt. Het aquarium was zo gemaakt dat een deel natuurlijk was, buiten dus, en er een glasplaat ervoor zorgde dat je van binnenuit in de ‘vijver’ kon kijken.
Er lag een dun laagje ijs aan de oppervlakte. De barbeel zat vast in de hoek gedrukt en bewoog helemaal niet. In dezelfde bak zaten ook enkele karpers en deze zwommen minimaal. De barbeel zag me wel; zijn oog volgde de beweging die ik maakte met mijn vinger. Een harde klap op de ruit deed hem niets. De karpers reageerde ook niet.
Toen ik een klap gaf op de ruit boven de waterspiegel bewogen alle vissen verschrikt. 10 Minuten later was alles hersteld en lag de barbeel weer in zijn hoekje. Ik herhaalde het nogmaals en weer dezelfde reactie. Ik kon toen duidelijk waarnemen wat zich onder water afspeelt tijdens de kou.
De vis ligt roerloos als ze die mogelijkheid hebben. Overigens, zeelt, voorn, snoek en baars waren veel meer in beweging onder dezelfde omstandigheden.
Gelukkig voor mij en enkele andere barbeelfanaten zijn er het hele jaar door wel mogelijkheden om barbeel te vangen. Het is daarvoor wel nodig je te verplaatsen en niet vast te blijven zitten aan één rivier.
Tot volgende week,
Frans Vogels