Rode wijn, stokbrood en Franse meerval (1)
door Bram Bokkers
Ik denk dat de meeste sportvissers wel eens het verlangen hebben om een hele grote vis te vangen. Zo één die je in een bootje het water overtrekt en wanneer je foto’s wilt maken hem haast niet van de grond getild krijgt. Ook wij hadden die verlangens.
Als je aan zo’n vis denkt kom je al gauw bij de meerval terecht.
In het verleden hadden we al een poging gedaan om een honderd ponder te vangen maar waren toen op zesentachtig pond blijven steken. Deze zomer probeerde we het opnieuw om deze magische grens te overschrijden. Het doel was om in de acht dagen die ons ter beschikking stonden een honderd ponder te vangen op de rivier de Saone in Frankrijk. We visten in de buurt van Macon wat ongeveer 50 km voor Lion ligt. We hadden een paar stekken op het oog die we wilden bevissen. Twee of drie nachten op één stek, niks vangen, volgende stek enz. We visten met het boeiensysteem (Klik hier voor meer info over dit systeem) en als aas gebruikten we palingen. We waren er klaar voor en hadden er veel zin in.
Het is vrijdagavond acht uur als Sander bij me in de tuin staat. We laden de gehuurde Mercedes Vito bus vol en vertrekken richting Macon. Eerst doen we nog even Louw de palingboer aan voor het benodigde aas. Het is heerlijk rustig op de weg en de nacht glijdt voorbij. `s Ochtends om zeven uur zien we de Saone rustig stromen, hij ligt er mooi bij. Het is onbewolkt en er staat weinig wind. Bij de plaatselijke camping halen we een vergunning en gaan op zoek naar een goede stek.
We hadden al vrij snel een stek naar ons zin…
De stek die we aanvankelijk in gedachten hadden is bezet door een stel Duitsers en we zoeken verder. We vinden een mooie stek, een ondiepe plaat met veel groen en daar achter een talud. We slaan gauw het kamp op en doen dan een tukje. Dat is wel lekker als je één nachtje heb overgeslagen. Eind van de middag plaatsen we de boeien op verschillende dieptes. Na een tijdje is alles gereed. De aasvissen zwemmen prachtig in het heldere water. We trekken een blik soep open en fantaseren over de nacht die komen gaat….
´s Nachts om één uur is het al raak. Mijn hengel die het dichts langs het groen ligt, kraakt flink en na wat horten en stoten is mijn breeklijn gebroken. De reel zet het op een ratelen, wat een sensationeel geluid is in de stilte van de nacht. Ik spring de boot in waar Sander al klaar zit een we varen richting vaargeul. De vis zet goed aan en ik hang er lekker in. Wat een kracht, wat een massa trekt daar aan de andere kant van de lijn. Sander roept ineens ´Kijk uit een boot´en een enorm cruiseschip passeert ons. Toch wel spannend zo s´nachts op een rivier in Frankrijk waar monsters en boten zich ophouden. Voor de veiligheid begeven we ons wat meer naar de kant en na een gevecht van vijftien minuten ligt er een gigantische vis in de boot. Sander die voor de eerste keer de ´meervalgreep´ uitvoerde had een paar pogingen nodig om de enorme meerval de boot in te trekken. Na de vis gestringerd te hebben vallen we van vermoeidheid weer snel in een diepe slaap. We vangen er die nacht nog één vis bij van 122 cm wat niet in verhouding staat met de eerste vis. Die blijkt namelijk 204 cm bij 110 pond te zijn, een persoonlijke record. Het is een goed begin van de week!
Een goed begin voor Bram met direct een persoonlijk record!
Zaterdag wordt een rustdag. We willen ´s avonds weer fit zijn voor de aankomende nacht. De avond valt snel en we worden opgegeten door kleine bijtbeestjes. Het zijn geen muggen maar kleine zwarte torretjes. Het valt ons op dat we weinig of geen drijf vuil in onze lijnen krijgen. Wat de eerste nacht in onze lijnen kwam drijft nu in het midden. Het lijkt wel alsof ze de sluis half open gezet hebben. Houden zo. De eerste vis meld zich om halféén, weer als de maan zich net laat zien. Het is een kleinere van net één meter, het zijn leuke vissen om te zien. Om vier uur gaat er weer een hengel af. Als we het water op gaan blijkt dat de breeklijn niet gebroken is en de vis weg is. We hadden ´s middags gevlochten lijn op twee reels gespoeld, waar dus geen rek in zit. De run leek dus erger dan het was en de vis had zich niet geprikt, jammer. Met ander materiaal, is het altijd weer even wennen maar leren doe je er altijd van. Verder blijft het rustig´s nachts. Het is opmerkelijk dat alléén de twee hengels langs het groen die stroomafwaarts liggen, leven geven.
´s Ochtends is het alweer erg warm en er staat geen zuchtje wind. Alles jeukt daar waar het maar jeuken kan door die fijne bijtbeestjes. Krabben is natuurlijk niet verstandig maar probeer er maar eens vanaf te blijven. Lekker hoor.
Er staat geen zuchtje wind…
Vandaag beginnen we ook met het driften. ( Met dobber en kwakhout. ) Dit is een spannende en actieve manier om op meerval te vissen. Deze manier van vissen beoefen je vanuit de boot. Eerst vaar je b.v. een half uur stroom opwaarts en vervolgens laat je je weer terug driften. Afhankelijk van de stroming kan je dan anderhalf a twee uur vissen. ( Het vissen doe je dus driftend. ) Doormiddel van een kwakhout die je op een bepaalde manier op het water slaat produceer je een ploenkend geluid. Dit geluid veroorzaakt ook trillingen wat meervallen nieuwsgierig maakt. In veel gevallen zullen ze dan van de bodem stijgen en richting de oppervlakte zwemmen. Het is de bedoeling dat op dat moment de meerval je aas tegen komt en het pakt. Eigenlijk activeer je de vissen die vast op de grond liggen en verleid je ze tot bijten. Dit schouwspel is goed op de dieptemeter te volgen omdat er recht onder de boot gevist wordt. Je ziet dan grote zwarte strepen op je beeldscherm stijgen en achter je aasvis blijven hangen. Wanneer je deze manier van vissen probeert ben je zeker verkocht.
De omstandigheden zijn vandaag niet zo goed. Het is al een maand droog en de rivier stroomt amper, we komen haast niet vooruit met de boot. Sander ziet meervallen stijgen op de dieptemeter wat een prachtig gezicht is maar verder is het rustig. De rest van de dag genieten we van het Franse weer, de ijsvogeltjes en de zilverreigers. (wordt vervolgd)