**KLAAR**              Megasnoek               88

Megasnoek 88

Door Co Sielhorst

18 december 2004.
Ik pak mijn enige kans om door de week een dag weg te komen op dinsdag. Het vriest. Toch ben ik al vroeg weg. Het risico dat er ijs ligt is groot. Onderweg zie ik dat verschillende plassen al op slot zitten. Dit wordt een spannend ritje.

Vanaf de dijk zie ik al dat er langs de kant ijs ligt. De ondiepe stukken zitten dicht. De stek waar ik graag zit is ijsvrij. Het is snerpend koud hier bovenop de dijk. Beneden is het een stuk beter. Er staat genoeg wind om lekker te zeilen. Daar maak ik dankbaar gebruik van.

De eerste oversteek verloopt heel soepel. De lijn is nog droog en komt heel makkelijk van de molen. De andere dobber staat nu ook. Binnen een half uur komt het zeil in de buurt van de overkant. Een schok! Dan zakt het zeil weg. Nu al? Gretig draai ik de lijn strak. Even tikken. Steeds weer wennen aan dat beukende contact. Ik dril de vis rustig af. Heerlijke dril. Ik vang de harde stampen netjes op. Een leuke vis om mee te beginnen. Een meter en een paar centimeter.

Er gaat meteen een nieuwe aasvis richting overkant. De wind zwelt nog wat aan en zwalkt wat van rechts naar links. Dat is prachtig. Komt die aasvis over een ander stuk water. Nu komt het zeil een stuk naar links aan de overkant. Dan komen er grijze gordijnen aanzweven. Grillige mistflarden maken het moeilijk om het zeil te volgen. De natte lijn is bevroren op het spoeltje. Ik moet steeds even helpen.

Ook in de ogen hapert het soms even. Ik pak de kijker erbij. Het zeil is nu goed te zien. Door de kleine beelduitsnijding is alleen niet goed te zien of de dobber verplaatst wordt. Er zijn geen aanknopingspunten. De zeildobber is nu vlak bij de overkant. Nu gaat het beter. Er scharrelt een club fazanten mijn beeld binnen. Zonder kijker kan ik alleen die donkere dikke haan zien. Dan mis ik ineens het gele zeil. Weg met die kijker.

De tweede overtocht is ook goed aangekomen zie ik. Beugel dicht. Slip goed? De lijn strekt zich heel snel. Voorzichtig tikkie er tegenin. Meteen een furieuze uithaal. Deze vis voelt veel grover aan. Ik krijg niet meteen veel lijn terug als de vis even niets doet. De afstand is nog groot. Het duurt nog wel even voor ik zicht op de vis heb. Na een lekkere knokpartij komt ze voor me langs. Zet nog een keer stevig aan. Dan kan het net er onder. Belachelijk, het staat tegen een boom en lijkt op een omgekeerd konijnenhok met een steel er aan. In het water ontdooit het meteen. Bekende vis. Een meter acht. Heerlijk stevig beest. Ik stuur het zeil nog maar eens op pad.

                       


Een springende vis. Ik zie niet wat het is. Het zeil komt er niet voorbij. Met een woeste ram wordt het zeil weggerukt. Ik mis de vis. Vrij snel hierna is de andere dobber weg. Ook mis! Een klein staartstukje dan. Vrij snel weer een aanbeet! Nu is het wel raak. Een mooie tachtiger. Fraai getekend met camouflagekleuren. Deze terrorist is verantwoordelijk voor alle missers vandaag.

Ik blijf zeilen. Op de andere hengel probeer ik iets subtiels. Soepel onderlijntje met een enkele haak. Geen waker op de lijn. Gewoon goed strekken en de pieper eronder. Wel de beugel open want weerstand wordt meteen geweigerd. Binnen een uur is het weer raak. Een mooie snoekbaars. De vis is tamelijk diep gehaakt. Kan er wel goed bij met de tang. Even een nieuwe haak eraan. De punt is niet helemaal fris meer. Ook even een zwaarder lood. Ik wil iets verder gooien. Redelijk rap is het weer raak. Snoekbaars nummer twee. De vijfde vis alweer. De rest van de dag zit ik met een vette grijns op mijn bek.

Zaterdag eerst even tanken. Gulzig slobbert mijn autootje het vloeibare goud op. Ik mis iets. Een emmer, of een koelbox. Die staat altijd op dezelfde plek. Wat een geluk dat het me hier opvalt en niet aan het water. De stommiteit is een paar minuten later rechtgezet. Waar was ik met mijn hoofd?

Het is onbewolkt. De zon is er nog niet. Nog even dan zie ik de rivier. Er vliegen duizenden ganzen boven de uiterwaarden. Het water in de rivier staat laag. Altijd een heerlijk gezicht, het ontwaken van de natuur. Even later sta ik mijn spullen uit te pakken. Het waait hard. Ik kan er alleen niets mee. Het is ook koud.

Ik kruip achter de plu. Moet er wel even een scheerlijn bij zetten. Ik kruip diep in de beschutting. Ineens staat de wakerhengel te schudden. De pieper gilt het uit. Ik geef meteen een beuk. Voelt goed aan. Gaat heel lang goed. Ik weet zeker dat het een snoek is. Hoe gaat die enkele haak dat houden. De laatste vier vissen zijn gewoon binnen gekomen.

In de snijdende wind trek ik een hoge fluittoon uit de lijn. De vis komt naar me toe zwemmen. Nee, de vis is eraf. Ik voel alleen de aasvis nog. Geen schram te vinden. Die is dicht bij de bek van de snoek geweest maar zeker niet erin. Het was zeker een snoek, geen twijfel mogelijk. Ik denk dat veel gevangen vissen voorzichtig worden en een dode aasvis anders gaan benaderen. Dan zal er wel vaker een af gaan rollen. De rest is perfect gehaakt dus ik heb nog steeds geen reden tot klagen.

Achter de plu is het uit te houden. Ik moet er middenin een striemende bui weer onderuit. Een wilde aanbeet. Ik voel bij de aanslag al dat het een gup is. Die valt er ook af. Zo hoort het ook. Ik de loop van de middag hipt er een vogeltje mijn kleine wereldje binnen. Een roodborstje. Het beestje stoort zich helemaal niet aan mij. Scharrelt brutaal onder mijn stoel door. Hipt in mijn tas. Gebruikt dan de punt van mijn laars als uitvalsbasis. Komt steeds weer terug na de overval op een insect. Ik durf niet meteen aan mijn camera te denken. Pak hem dan toch maar. Het vogeltje blijft gewoon zitten. Mijn dag kan niet meer stuk.

Een uur later, wéér midden in een zware bui, staat mijn pieper te hikken. Het ding slaat helemaal op hol. Ik grijp de hengel en kruip meteen weer onder de plu. Vanuit de beschutting dril de vis tot vlak voor de kant. Rond de tachtig centimeter. Pakken of het net eronder. De vis hakt de knoop voor me door. Hij rolt eraf. Nummer drie. Ik ben me ervan bewust dat dit mijn eigen schuld is. In de schemer schuift de dobber nog een keer weg. Klein visje. Vanzelfsprekend rolt deze kleine er ook af. Deze pakte overigens een vis onder een dreg. Ik blijf voorlopig met de enkele haak doorgaan.

                       


Ik zit even te twijfelen. Alles staat in de auto. Ik kan er nog een paar uurtjes aanplakken en een blik erwtensoep opwarmen. Nee. Dat doe ik thuis wel. Ik kom even later met mijn spullen om mijn nek de dijk opsjouwen. Hier ben ik blij met het extra gewicht. Ik word bijna weer aan de andere kant de dijk afgeblazen. Genoeg ontbering deze week.


ANDEREN LAZEN OOK

image description
Co Sielhorst stopt met wekelijkse column Total Fishing
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 166
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 165
Total Fishing Import -