**KLAAR**  Megasnoek 43

Op zoek naar Megasnoek - (deel 43)

door Co Sielhorst

7 december 2002.

Ik heb de afgelopen week al een keer of wat met die kano lopen zeulen. Even kijken hoe dat voelt. Ik wil liever niet voor joker staan. Moet toch in één vloeiende beweging dat geval op het dak van de auto kunnen zwiepen. Met twee man is het geen enkel probleem. Toch wil ik dit gewoon alleen kunnen doen. Lekker mijn eigen gangetje gaan.

                       

Tegen het weekeinde hou ik de weerberichten scherp in de gaten. Het wordt winter geloof ik. Ik kan kiezen. Zaterdag of zondag. Zaterdag kan er van alles vallen. Sneeuw, regen, hagel, het kan allemaal. Het gaat er ook pittig bij waaien. Zondag is het iets kouder, wel met een zonnetje. Ik ben eruit. Zaterdag heb ik nog genoeg te doen. Het blijkt precies te kloppen. Halverwege de dag wordt het heel naar. Goed gemikt dus.

Zaterdagavond kijk ik nog even naar het weer. De gevoelstemperatuur komt heel laag uit door de harde wind. Klinkt niet echt lekker allemaal. Grote open vlaktes maar zien te vermijden. Zondagmorgen sta ik de spullen in te pakken. Ik voel het al. De beloofde zon komt pas later op de dag. Er staan maar twee plassen in mijn boekje met wat beschutting bij harde oostenwind. Plas één ligt niet zo beschut maar de zon kan er wel heel goed bij. Plas twee ligt heel beschut maar de zon komt er zeker niet op mijn stek. Als overleven vandaag belangrijk is komt plas twee het beste uit de verf. Onderweg moet ik een beslissing nemen. Binnen een paar kilometer moet ik de knoop doorhakken. Het avontuurlijke grote water moet even wachten. Ik wil graag maar in deze omstandigheden valt er niet zoveel te willen. Het wordt plas twee. Ik stop voor het hek. Schop de twijfels de struiken in en sjouw het pad af. Aan het eind van het pad moet ik weer een keuze maken, links of rechts. Nee, niet op een bekende stek. De wind jaagt me rechtsaf de luwte in. Als ik op een geschikte stek sta kan ik de linkeroever overzien. Een plu, een groot net tussen het riet? Even later weet ik wie het is. Sander komt even buurten. Hij zit daar te sterven van de kou. Met zijn kop in de ijzige wind. Blij met de afleiding, even de benen strekken. Hij heeft er al een gevangen. Net geen meter.

Hier is het wel uit te houden. Wat zal er rond zwemmen op deze plas? Samen staan we wat te puzzelen. Ik weet wat van de plas. Hij ook. Er zit iets groots, we weten het zeker. Ik vis niet dieper dan een meter of zeven. Na een uurtje verschijnt er iets aan de oppervlakte. Een rare zwiep. De kabbel slaat plat en nog eens laat een flinke vis een paar vinnen zien. Het is een snoek. Lijkt een leuke vis. Ik zou nu wel eens een doorkijkje van het water willen hebben. Gewoon precies weten welke vissen op welke diepte rondhangen. Steeds weer kom ik in gedachten op die kano terecht. Dat kan nu even niet dus hou daar nou eens over op. Alle bomen zijn kaal. De zon zakt. Gloeit door de kale takken. De dag ijlt voorbij. Over een half uur is het al weer donker. De linkerdobber is goed te zien. De oostenwind blaast zoals gewoonlijk gewoon door als de dag ten einde loopt. De ijsblauwe lucht geeft licht aan de kabbel. De zwarte dobber steekt er duidelijk tegen af.

                       



Rond de rechterdobber is het water nu vlak. Het bos aan de overkant weerspiegelt in het water waar de dobber moet staan. Ik kan hem niet meer vinden. Proberen of ik hem ook in de lichte kabbel kan zetten. De wind geeft de aasvis vleugels. Lekker gevoel. Optimaal vissen tot de laatste minuut. Ik ga wat opruimen op mijn stek. Het is straks donker. Ik ben al een godsvermogen aan spullen kwijt geraakt omdat ik gewoon niet meer zag waar alles gebleven was. Ik kruip nog een poosje diep in mijn jas. Een paar honderd kraaien komen een slaapplaats zoeken in de hoge populieren. Wat een herrie maken die beesten.

De linkerdobber is verplaatst. Ik weet het zeker. Opletten nu. Hij kruipt tergend langzaam tegen de wind in. Zakt nu duidelijk door de roze kabbel. Nerveus pak ik de hengel op. Staat de slip goed? Ik sta wat te morrelen. Let goed op de dobber. Die beweegt niet meer. Ik geeft een korte sjor. Staat die snoek stil met de sardien in zijn bek? Misschien lok ik een reactie uit als de snoek de vis neergelegd heeft. Er gebeurt niets meer. Een aanbeet is op deze plas al heel apart. Mijn blijdschap wordt heel diep de grond ingeboord. Centimeter voor centimeter draai ik beide hengels langzaam binnen. De linkervis is zwaargehavend. Ik ook. Moet ik ook nog in het donker dat bos door. Wat een ellende.

ANDEREN LAZEN OOK

image description
Co Sielhorst stopt met wekelijkse column Total Fishing
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 166
Total Fishing Import -
image description
Megasnoek 165
Total Fishing Import -