**KLAAR**                Karperpassie                   65

Karperpassie 65

door Co Sielhorst

5 april 2003.
Leuk om te weten dat het nootjesspul al werkt. Ik had het idee dat de notenbar beter scoorde in de warmere maanden. Nu blijkt dat bij een watertemperatuur van tien graden een nootje best gewaardeerd wordt. Denk nou niet dat ik de knakworst meteen weer in de ijskast zet, want die heeft zich natuurlijk allang bewezen. Hier gaat deze zomer nog een berg vis van smullen.

Ik moet een boodschap doen. Het is even een omweg maar ik wil gewoon even kijken hoe het er bij ligt in de polder. Op werkdagen is het hier meestal erg rustig. Twee dingen vallen me direct op. Er zijn bomen gerooid. Een lange haag van struiken en lage boompjes is met de grond gelijk gemaakt. Het zijn meidoorns en elzen dus die groene haag staat er volgend jaar gewoon weer. Toch ziet het er nu vreselijk kaal uit. Die ijsvogel zal het hier ook niet meer naar zijn zin hebben. Een pluspunt is dat het water weer op zomerpeil staat. Zomaar veertig centimeter erbij. Vissen kunnen nu weer onder de uitgeholde oevers komen.

Twee vissen gevangen tot nu toe. Ze lijken vooral in het donker te azen. Ik moet proberen om mijn voorkeur voor de dag even opzij te zetten. Dan moet ik wel even het assortiment lichtpennetjes op orde brengen. Het laatste modelletje staat iets te scherp. Ik wil het lichtpuntje boven de oppervlakte hebben zodat ik ook in een kabbeltje goed zicht heb. Ik knutsel wat met een klein loodje onderin de pen om een betere balans te krijgen. Ik vis in het donker zo mogelijk nog dichte bij de oever. Het pennetje mag, los van alles daaronder, gewoon uit zich zelf gaan staan.

               
Vrijdagavond kan ik even niet verder. Ik heb oude zonneschermen van de muur gesloopt. Sommige klusjes moeten gewoon doorgaan. Andere dingen kan ik even uitstellen. Vissen vanavond kan eigenlijk niet, ik heb al moeite met het vasthouden van een kop koffie. Zaterdag gaat het weer wat beter. Ik ga een paar uurtjes in de polder zitten. Onderweg gooi ik ook nog even een paar handjes hazelnoten op een ander water. Vrijwel direct gaat een stel meerkoeten kijken of er soms iets lekkers ligt. Ik ben bang dat deze actie niet veel bijdraagt vandaag. Snel door de polder in. De tentjes staan er weer. Ze gaan stevig door die mannen. Ik ga naar het smalle deel van het water. Het is stil hier. Deze kant is nog ongeschonden. Hier ga ik ook eerst wat met nootjes lopen strooien. Niet te veel, een paar handjes op iedere stek. Ik loop naar een gaatje tussen de struiken. Schrik me helemaal wild. Een wilde eend stuift recht omhoog en ranselt zich door de takken. Ze laat haar nest even in de steek. Er liggen negen eieren in het kuiltje van mos en dons. Daar komen er nog wel een stuk of vier bij. Dan begint het serieuze broeden pas. Ik laat deze plek verder met rust. Strak langs de kant zoekt de eend even later haar nest weer op. Ik doe net of ik het niet zie.

 

Ik zit een paar uur tegen twee stekken aan te kijken. Er gebeurt helemaal niets. Niet te lang treuzelen. Ik heb nog een paar uurtjes voor het donker wordt. Ik pak in en ga naar het eerste water toe, waar ik de meerkoeten gevoerd heb. Hier trek ik mijn jas snel aan. Ik zit hier in de volle wind. Het is koud. Er liggen veel takken in het water. Ik vis er gewoon tussen. Het lijkt me allemaal dun spul. Binnen tien minuten is het pennetje weg. Een grote brasem. Ik voer een tiental nootjes rond de haak. Over een oppervlakte van twee bij twee meter begint het water onbesuisd te bruisen. Het houdt een paar minuten aan. Wat moet ik hier nou mee? Zulk aasgedrag heb ik nog nooit gezien. Paniek zie ik wel vaak in een enorme schuimstreep resulteren maar dat duurt nooit zo lang. Gespannen wacht ik af. Na een paar minuten zakt het pennetje iets weg. Meteen tikken. Explosief knalt een snelle vis naar de overkant. Speert direct weer mijn kant op. Dan tolt het maffe beest een paar keer om zijn eigen as door de oppervlakte. Een zeelt. In zijn buikvin gehaakt. Dan gaat het hard, zeker als het een halvemetervis is.

                                                                       

Zouden zeelt en karper liggen te dringen om hetzelfde aas? Is dat de verklaring voor de kortstondig heftig schuimende stek? Met enige regelmaat komen er grote brasems langs. Een karper krijgt geen kans meer om een nootje te pakken als dat zo door gaat. Ik tik er weer een vast. Het water bolt op. Een grote boeggolf dendert weg terwijl er weer een brasem onder de top ligt te flappen. Het voornemen om in het donker door te vissen begint steeds weker te worden. Naarmate het licht zwakker wordt neemt de wind toe. Het is snerpend koud geworden. Zo te zien houden we het ook niet droog. Het begint te spetteren. De lichtpen is vandaag niet nodig.

ANDEREN LAZEN OOK

image description
KarperPassie 243
Total Fishing Import -
image description
KarperPassie 280
Total Fishing Import -
image description
KarperPassie 279
Total Fishing Import -