**KLAAR**                Karperpassie 44

Karperpassie 44

door Co Sielhorst

                       

29 juni 2002.
Ik ben de hele week druk geweest. Veel wateren afgelopen. Gelukkig lang niet overal problemen. Waar toch een paar vissen dood gegaan zijn is het ook geen complete ramp geworden. Er is een prima samenwerking met de Gemeente. Dode vissen worden direct opgehaald. Ik heb gezorgd voor een persverklaring en hou iedereen zo goed mogelijk op de hoogte.


Zaterdag komt razendsnel dichterbij. Niets voorbereid. Nergens over nagedacht. Het komt zoals het komt. Zonder plan is er net even te weinig motivatie. Ik kom pas om zes uur mijn nest uit. Daar baal ik een beetje van. Om ook nog eens niet veel rijtijd te verspelen ga ik naar een plas in de uiterwaarden. De zon is allang op maar de dijk houdt de halve plas nog in de schaduw. Er rommelen duidelijk nog een paar vissen rond. Ik hoop dat ik niet gestraft word voor mijn luiheid vandaag. Ik heb het laatste pak jumbo-maïs uit de vriezer gehaald. Ze zijn er gek op hier. Voorzichtig probeer ik korrel voor korrel op mijn stek te krijgen zonder de aandacht te trekken van een paar andere waterbewoners.

Vergeet het maar. Twee meerkoeten en vier eenden volgen aandachtig mijn verrichtingen. Hevig geboeid kijken ze toe hoe ik woest sta te zwaaien met het net. Boosaardige geluiden vinden ze ook heel interessant. Gelukkig vis ik heel dicht bij de kant. De lange hengel maakt indruk. Iedere beweging met de lijn maakt ze ook heel nerveus. Gelukkig hebben de vogels ook weinig geduld. Als het verder niets oplevert druipen ze af na verloop van tijd. Ik ontdek wel iets. Als eenden geen zakjes en brede armgebaren zien brengen ze vallend aas van een afstand niet in verband met eten. Er springen zoveel visjes ze maken het onderscheid gewoon niet. Meerkoeten hebben bijna alles door. Alleen als ze met hun kop onder water zitten of als ze conflicten met de buren hebben letten ze even niet op. Er jaagt een koppel baarzen langs de plompen. Een paar visjes landen in paniek op een groot blad. De koeten grissen ze er razendsnel af. Nu zijn ze even afgeleid.

Vanuit de dekking, als de koeten niet kijken krijg ik nog een paar handjes maïs op mijn stek.
Al vrij snel worden een paar bladeren stevig weggeduwd. Karper! Mijn maïs is al gevonden. Er is een grote vis aan het spitten. Mijn late luiheid wordt niet afgestraft. Ik ben er natuurlijk nog lang niet. Dit spelletje kan best nog even duren. De vis staat nu stationair te malen op één vierkante meter. Minutenlang bolt het water kolkend op. Centimeter voor centimeter ploegt hij nu langs de plompen. Al die tijd zit ik met een hartslag van honderdtachtig te hyperventileren. Er loopt iemand naar het water met een kano? Er komt er nog een aan! Gaat niet goed hier. Ik ga polshoogte nemen. Er komt een heel jeugdkamp deze kant op. Survival voor de kleintjes. Over een uur zijn ze er. Ik zal er weinig last van hebben volgens de leiding, ze gaan maar een klein stukje het water op met die kano. Om de beurt, het zijn er hooguit vijftig.

En ik maar denken dat ik ongestraft zou blijven vandaag. De karper houdt zich even in. Ik heb nog een uurtje. De route die de vis gevolgd heeft zal nu wel ontruimd zijn. Dan is er niets meer om hem hier te houden. Inderdaad dwaalt de vis wat verder af. Nu durf ik weer wat bij te voeren. Ik kan hem een poosje volgen voor hij verdwijnt. Plotseling is hij weer heel dichtbij. Het kindercircus in de hoek ook. De watervogels gaan er vandoor. Prima gelegenheid om stevig te voeren. Bij het eerste handje dendert er een grote boeggolf de plas op. Op een paar handjes na gaat alle maïs erin.

Ik ga naar de Lek. Ik heb nog een stek waar ik nu heel goed uit de voeten kan. Het water staat vrij hoog. Dat is perfect. Wind uit het westen. Af en toe bewolking. Kan niet mooier. Ik sjouw het lange eind door het weiland. Brandnetels en distels op het laatste stuk. Een haas schrikt net zo hard als ik. Twintig meter van het water zet ik de spullen neer. Kijk eerst even goed rond. Een pittige kabbel. Recht naar me toe. Meter diep voor de kant. Zandbodem met grote ronde keien. Ik wacht met voeren. Als er een schip langs komt strooi ik wat rond. Hoe groter het schip hoe verder karpers zich even terugtrekken naar dieper water. Ze zijn altijd weer snel terug. Ik leg de hengel nog even aan de kant.

In de luwte van de krib groeit heldergroen wier. Het wemelt er van de kleine visjes. Een groep scholeksters slaat alarm. Er is zover ik kijken kan niemand te bekennen in dit paradijs. Zelfs op het water niet. Ik heb gevoerd met een hand maïs en een pond miniboilies van Henry. Als de zon weer terug is kan ik wat dieper in het water kijken. Er staan schimmen boven de bodem. Voorzichtig laat ik het eerste knikkertje zakken. Ik zie een aantal vissen. Tot op dertig centimeter staan ze te spitten. Ze zijn er bijna altijd in deze omstandigheden. Met wat voeren komen ze dan vrij snel los. Het duurt nu ook niet echt lang. Pen weg. Lijn strekt. Explosie volgt. Het is geen grote vis. Wel een hele mooie. Vijfentwintig jaar geleden hadden we dit een echte boerenkarper genoemd, of een wilde karper. Hele strakke schub van een pond of tien. Kleine kop. Kaarsrechte rug. Klein bekkie. Ik wil een plaatje hebben. Let even niet goed als ik de camera pak. Met een lenige sprong duikelt het mooie beest het net uit en rolt het water in. Jammer, zo kom ik ze niet zo vaak tegen. Ik heb de rest aardig weg gejaagd. Ik zie voorlopig geen vis meer terug komen. Niet echt een probleem.

Ik wil het laatste deel van de dag stoppen op het water waar ik vanmorgen begonnen ben. Ik ga terug. Voor ik bij het water aankom zie ik een glimp tussen de bomen door. Geen storende activiteiten meer. Ik sluip heel voorzichtig naar de stek waar ik deze ochtend gevoerd heb. Ik heb nog een heel klein beetje jumbo-maïs. Dat bewaar ik nog even. Ik zet het pennetje weer op tachtig centimeter en laat één korrel onder de haak voor de plompen naar beneden dwarrelen. Rustig even aankijken. Ik stap naadloos terug in de spannende film die vanochtend hier is begonnen. Met traag geweld baant een karper weer zijn weg door de plompen. Hele pollen worden omgeploegd. De maïs ligt er nog. Dat is wel duidelijk. Nu zakt mijn pennetje langzaam weg. De lijn kruipt er achteraan. Net voor de spanning oploopt tik ik vast. Als een tornado begint een stevige schub rond te razen. Hij maakt steeds grotere cirkels. Wordt ook steeds langzamer. De stek wordt aardig gesnoeid. Met groot vertrouwen in mijn materiaal geef ik veel tegengas. Ik kan alleen het net niet onder de vis krijgen. Het bladerendek is veel te dik langs de kant. De vis moet helpen. Hij is nu nog redelijk fit. Ik leg het net met het touwtje op de rand van de bladmassa. Dan zet ik de vis met zijn kop tegen het touwtje. Hij geeft weer een ram en komt nu boven op het net terecht. Door het gewicht zakt het net nu met vis en al wat dieper weg. Hij is binnen. Ik heb er even over gedaan vandaag, leuke onderbreking gehad, nu toch een mooie twintiger te pakken.

ANDEREN LAZEN OOK

image description
KarperPassie 243
Total Fishing Import -
image description
KarperPassie 280
Total Fishing Import -
image description
KarperPassie 279
Total Fishing Import -