Karperpassie 17
door Co Sielhorst
22 juli
Ik heb de laatste paar weken veel aandacht besteed aan mijn pensysteem, alles is lichter, subtieler geworden. De lijn is sterker en soepeler, maar een schuifpennetje werkt niet meer. Omdat de loodbelasting en het drijfvermogen minimaal zijn loopt het niet meer.
Lood moet ervoor zorgen dat aas en pennetje afscheid nemen, terwijl het pennetje aan de oppervlakte blijft moet het aas naar de bodem dwarrelen, lijn door het warteltje kringelen tot aan het stuitje. Als de afstelling van het stuitje klopt, komt het pennetje te staan zoals ik dat wil.
Helaas, ik moet wat anders bedenken.
Ik ga weer eens met veren aan de slag. De ganzen aan de plas zijn in de rui dus ik heb de laatste weken genoeg veren verzameld. Met een scherp breekmesje strip ik de schachten kaal en werk ze met schuurpapier af tot ze mooi glad zijn. Eerdere versies werden nog van een wartel voorzien. Omdat dit niet werkt worden de pennetjes nog simpeler, alleen een oogje onderin, een rood puntje bovenop en klaar.
Dit pennetje moet min of meer vastgezet worden op de lijn. Dat ga ik doen met een stuitje, gewoonlijk knip ik een stuitje heel kort af, nu laat ik één eind zitten van een centimeter of tien. Hier kan ik het oog van een pennetje aan vast knopen. Dat stuitje maak ik van dun garen. Als er onderweg problemen zijn breekt het draadje zodat het pennetje niet meer in de weg zit.
Hoe minder lood het pennetje draagt hoe beter, alleen vissen op dieper water wordt dan moeilijker. Bij dit soort spulletjes gaan lijngewicht en wind ook een rol spelen maar ik vis nu veel op één metertje water dus het kan allemaal heel subtiel.
Om op allerlei omstandigheden in te kunnen spelen heb ik een tiental verschillende maatjes gemaakt, van superlicht tot wat zwaarder, aan de waterkant kijk ik wel wat ik eraan knoop.
Over lood heb ik ook nog een paar ideetjes maar dat vertel ik een volgende keer wel, genoeg theoretisch gezeur nu.
Ik spring als een speer mijn nest uit, het is net vier uur geweest. Voor ik begin ga ik eerst de hoek voorzien van hele kleine zaadjes. Millet, een soort kanarievoer en wat meer van dat kleine grut. Misschien dat de zeelt hier iets mee kan, ik stort meteen een kilo of vijf, zijn ze even bezig. Dan sluip ik naar het plompenveld.
Het is rustig, snel worden nu steeds meer dingen zichtbaar, ik kan al vissen, nieuwe pennetje doet het goed. Als ik een uurtje zit beginnen achter mijn stek de plompenbladeren te tollen, een brede rug ploegt door de bladeren. Na een paar minuten zie ik hem niet meer, opletten nu, ik weet niet waar hij heen gegaan is, hou het rode puntje scherp in de gaten. Een kwartier later komt de schuiver, haal uit, grove bonk, direct los. Een grote boeggolf dendert voor de plompen langs om in niets uit te deinen, ik voel me best wel lullig. Dat wordt een knappe serie miskleunen, alles gaat fout op korte afstand, misschien ga ik wat te hard.
Er gebeurt heel lang niets. De stek in de hoek trekt, het gaat hard en lang regenen. Ik kan daar op de kant zitten als het moet. De boot parkeer ik dichtbij voor de zekerheid.
Voorzichtig zet ik een steuntje neer, de pen kan hier wat lager. Ik begin met een capucijner op de haak. Direct na inleggen schuift het pennetje weg. Een forse brasem gaat meteen plat, daar valt niets uit te selecteren, wat een grote bek. Er is weinig eer aan te behalen, ook voor deze vis niet, brasemvissen is alleen leuk aan superlicht materiaal. Na een viertal donkerbruine vloermatten wordt het weer stil. Iets bijvoeren levert direct weer actie op. Er moeten veel kleine visjes bij zijn, het komt niet meer tot een overtuigende aanbeet.
Twee grove bellen!! Heel lang niets, dat geeft te denken, goed opletten.
Ja. Daar gaat ie, lekker, eindelijk een vis die blijft hangen, schub, gave twintiger.
Een uur later komt er nog een. Ik probeer meer gevoel in de dril te leggen, de klappen op de rekloze lijn op te vangen. Ook deze vis komt binnen. Het is weer een schub, begin twintig. Dat is goed voor het vertrouwen.
Dat zeeltavontuur loopt voor geen meter, maar wie zeurt er nou na twee puntgave karpers.
Als het met dat bronzen juweel met de robijnen oogjes niet wil vlotten wordt het alleen maar spannender.