**KLAAR**                Karperpassie                   121

Karperpassie 121

Door Co Sielhorst

26 maart 2005.
Mijn plan is om gewoon lekker de polder in te gaan. Naar de stek waar ik vorige week zoveel leven gezien heb. Vrijdag krijg ik in de loop van de middag een verontrustend belletje. Een medeliefhebber van het altijd wat bruine struinwater heeft dode vissen gezien.

Natuurlijk ga ik meteen bij het waterschap informeren of hier iets van bekend is. De alarmbellen rinkelen al. Er is een ploeg mensen op pad. Ik heb nu een aantal van dit soort situaties meegemaakt. Steeds weer blijkt er een misdadige soort onverschilligheid de oorzaak van vissterfte te zijn. De vermoedens gaan nu in de richting van een gierlozing. Ik ga kijken of ik in kan schatten hoe ernstig de toestand is.

Met een ziek gevoel in mijn lijf rij ik de polder door tot aan het punt waar het water de Linge op gepompt wordt. Hoe dichter ik bij het gemaal kom hoe minder er aan de hand lijkt te zijn. Door verschillende instromende wateren is de vuiligheid zo ver verdund dat er geen zichtbare schade aangericht wordt.

                       


Voorlopig heb ik geen zin meer in de polder. Ik ga naar de rivier. Misschien is het water nog veel te koud. Ik doe het toch. Er ligt ook nog een leuk stukje water langs de dijk. In de zomer is er haast niet te vissen. Nu kan ik twee stekken maken. Langs de dijk kan ik voeren met macaroni. Op de rivier meng ik de macaroni met gekookte aardappelen. Het water stroomt niet al te hard. Na het voeren hoef ik me niet te haasten. Het is maar een meter diep op mijn stek. Het wachten is hier altijd op passerende vissen. Door een brede zandbank is deze stek enigszins van de rivier afgesneden. Aan de oppervlakte is dat niet te zien. Bij dit warme voorjaarsweer warmt het water in deze ondiepe kom sneller op dan in de rest van de rivier. Ik heb hier al eerder karper gezien in maart.

Ik tuig de penhengel op. Blijf zo laag mogelijk bij de grond. Ga op een opblaaskussentje zitten. Tas als rugsteun. Er is hier geen enkele dekking te bekennen. Prik wel even een hengelsteuntje in de grond. Heb geen zin om uren met de hengel in mijn hand te zitten. Er loopt geen vee in de wei dus ik heb geen omkijken naar de rest van mijn spullen.

Het is goddelijk weer. De zon wordt af en toe getemperd door wat lichte sluiers. Wind staat er niet of nauwelijks. Wat is er aan de hand? In kilometers in de omtrek geen sterveling te bekennen. Geen boot. Geen verkeer op de dijk. Een bijna plechtige stilte. Een ram op de pen verstoort de serene rust. De eerste aanbeet die even later doorzet mis ik. Geen rimpeltje op het water. Dit is geen karper.

Ik heb de aardappels vóór het koken in blokjes gesneden en de schil er gewoon op laten zitten. De haak prik ik door het velletje. Blijft goed zitten als er aan gerommeld wordt en komt er goed uit als ik wat doorhaal. Vrij snel staat het pennetje weer te schokken. Nu is het raak. Een mooie winde. Heeft helemaal geen moeite met een stevig brok aas. Ik vang er nog een paar tot rond een halve meter.

Uit mijn ooghoek zie ik wat vissen de ondiepe kreek inzwemmen. Even kijken wat het zijn. Brasem. Achter de duiker rommelt ook nog iets. Nog steeds nieuwsgierig. Midden in de geul rijst een zwarte vlek naar de oppervlakte. Mijn bek valt open. Een snoek. Een echte megasnoek. Breed, hoog en lang. Wat moet dat beest hier? Twee kleine mannetjes geven hier meteen antwoord op. Dit gaat vast nog wel even door hier.

Snel een camera. Ik durf de vissen haast niet uit het oog te verliezen. Ik zie ze meteen weer als ik terug ben. Steeds weer zoekt de zware dame de overhangende graskant op. Neemt nu zelfs één van de kleine mannetjes mee op haar brede rug. Dit is adembenemend. De geul loopt ongeveer honderd meter door. Daar wordt het ondiep. Ze kan met haar grote lijf niet meer onder water blijven. Keert om en gaat verder met het verspreiden van haar eitjes. Hoeveel miljoen zouden er hier al afgezet zijn?

Ik ben nu al twee keer met de vissen heen en weer geweest. Ze storen zich niet aan mij. Een wolk voor de zon. Er steekt een windje op. Ik zie ze even niet. Ik laat ze verder met rust.
Op de dijk heeft het leven zijn normale vaart weer hervat. Een grote groep motorrijders. Snerpende Jappen. Bulderende Italianen. Mij stoort het niet. Ik erger me veel meer aan de plastic kapiteins op hun protserige jachten.

Ik ga bij het watertje langs de dijk kijken. Het is ondiep. Heel voorzichtig sluip ik naar mijn voerplek. Ik zie op het eerste gezicht niets. Verderop springen twee karpers tegelijk. Dat geeft moed. Ik laat een blokje aardappel op mijn stek zakken. Een kwartier lang geen beweging. Dan draait er heel gluiperig een klein kolkje van mijn stek weg. Vis! flauwe deining. Pennetje blijft roerloos staan. Dat blijft nog heel lang zo.

                       


Verderop zie ik van alles. Langs de overkant hangen twee karpers aan de oppervlakte. Ze verplaatsen zich langzaam. Ze lijken in de kant te azen. Op de diepere plekken zie ik ook regelmatig beweging. Ik geloof niet dat het veel zin heeft om hier te blijven zitten. Er ligt hier en daar nog wat verteerde mest in de wei. Ik rommel er met mijn laars doorheen. Kijk nou! Een handvol prachtige rode mestpiertjes. Ik prik er meteen twee op de haak.

Heel langzaam lopen. Voetje voor voetje. De eerste vis zie ik over het hoofd. Vlak onder de kant een kleine explosie en een grote modderwolk. Nog voorzichtiger lopen. Dertig meter verderop zie ik iets. Met een grote boog ver uit de kant. Dan stapje voor stapje dichterbij. Deze vis is te benaderen. Regelmatig gaat zijn kop omlaag. Nu hangt de vis, spiegel, tien centimeter onder de oppervlakte. Ik gok het. Laat de wormen vlak voor hem zakken. Meteen reactie. Kop omlaag. Recht er op af. Pennetje volgt nu de vis. Ik tik vast. Bonk. Krom en los.

Dat is vis nummer twee die helemaal in paniek raakt. Nu lijkt het of de tamtam gaat. Alle activiteit verflauwt. De zon begint ook te zakken. Dan zie ik ineens weer iets rommelen. Kleine belletjes. Ik laat weer twee wormpjes zakken. Meteen schuift het pennetje weg. Een halve meter brasem. Ze kunnen wel degelijk zwemmen. Het beest gooit met een hoop herrie de boel definitief in het slot.

ANDEREN LAZEN OOK

image description
KarperPassie 243
Total Fishing Import -
image description
KarperPassie 280
Total Fishing Import -
image description
KarperPassie 279
Total Fishing Import -