Karpertips (12)
33 Zijn havens aan te bevelen?
Omdat er in havens nauwelijks stroming staat, zijn de omstandigheden om hier op karper te vissen eigenlijk ideaal.
Dit althans gezien door de ogen van de karpervisser, er zijn veel goed uitziende havens waarin toch maar weinig karper gevangen wordt. Waarschijnlijk vinden de karpers in het stromende water meer voedsel en is ook de waterkwaliteit hier beter.
Nabij de hoofdstroom tussen de kribben liggen je kansen vaak duidelijk beter. Dit geldt vooral in de zomermaanden met hun hogere watertemperaturen. Bij hoogwater vormen de havens juist wel goede stekken.
Havens zijn zelden goede stekken voor karper.
34 Waaraan moet je bij het vissen op de rivier denken?
Omdat er op de grote rivieren meestal maar weinig plekken zijn waar de karper het gehele jaar door te vangen is en deze gegarandeerd meestal door andere karpervissers bezet worden, zijn we genoodzaakt om een riviergedeelte te vinden waar de karpers zich minstens een gedeelte van de tijd ophouden en op zoek gaan naar voedsel.
De meest succesvolle techniek bestaat er uit gedurende drie tot vier dagen voor te voeren en die plek dan te bevissen. Krijg je geen aanbeten, dan probeer je hetzelfde nog eens op een andere plek. Wanneer het mogelijk is om twee of drie plekken gelijktijdig te voorzien van voer, dan kun je snel uitwijken van de ene naar de andere stek, mocht dit noodzakelijk zijn.
Zeer belangrijk is ook het plaatsen van het aas. Tussen de oever en de eigenlijke vaargeul bevinden zich vaak meerdere, duidelijke randen. Alle boilies, ook wanneer ze vlak onder de oever gedeponeerd werden, worden door de stroming en het zuigen van schepen naar deze rand gedreven. Omdat langs deze rand al het natuurlijke voedsel verzameld wordt, moeten we hier ook ons aas plaatsen.
Vissen op rivierkarper betekent meestal dat er in de nabijheid van de oever gevist wordt.
35 Zijn parkvijvers interessant?
In kleine parkvijvers zijn al veel grote karpers gevangen. Ze behoren tot de klassieke karperwateren. Om geen watervogels aan te trekken, kun je in parkvijvers beter niet met oppervlakteaas zoals broodkorsten vissen. Wanneer de eenden zelfs het op de bodem liggende voer vinden en opvreten, dan blijft ons niets anders over dan om het voorvoeren achterwege te laten.
Is het toegestaan om ’s nachts te vissen, dan is het raadzaam om ook inderdaad alleen in de nachtelijke uren te vissen. Je zult dan weinig problemen met eenden hebben. Wordt er overdag gevist, dan dienen de boilies een onopvallende kleur te hebben die overeenkomt met de kleur van de bodem, zodat de eenden deze minder snel ontdekken.
Een truc om de eenden weg te houden van de voerplek kan zeer goed werken: simpelweg op een andere plek voeren met oud brood of maïs en de vogels daarmee weglokken van de visplek. Om te voorkomen dat de eenden steeds weer door de lijn zwemmen, is het aan te raden om de lijn met een ‘back lead’ (loodgewicht met lijnclip) vlak voor de hengeltop naar de bodem te brengen.