KarperPassie 260

KarperPassie 260

Door Co Sielhorst

Het voorjaar komt eraan. De vriesnachten delen nog wel een stevige tik uit. De klimop in mijn tuin is flink bevroren. De klimroos lijkt tot een meter boven de grond dood. Duidelijk voorbeeld van vorst aan de grond. Ook slakken hebben een hekel aan kou. Ze hebben massaal een toevlucht gezocht tot hogere plekken.

Aan de waterkant is ook duidelijk de invloed van de nachtvorsten te zien. Van de plompenbladeren die hun drijfbladeren aan de oppervlakte hebben ontvouwd liggen de meeste bladeren er verlept bij. De kenmerkende glanzende waslaag is verdwenen. Het frisse groen is verdwenen. Geel met bruine vlekken, somber en dof is er voor in de plaats gekomen.

Daarom nog niet getreurd, er staat meer dan genoeg blad klaar om de oppervlakte hier te versieren. Er is nog genoeg moois te bewonderen. De meidoorn waar ik naast zit is duidelijk vorstbestendiger. Het groen knalt eruit.Er verschijnt ook een lila waas over veel weilanden. Pinksterbloemen. Waar er veel bij elkaar staan heeft het oranjetipje het naar zijn zin. Je weet meteen waar die naam vandaan komt.


Die naam.

Het is nog een beetje bewolkt als ik aankom. Een extra broek en een tweede fleece maken het heel comfortabel. Al binnen een half uur wordt het te warm. De wind is weg. De gaten in de bewolking worden steeds groter. Even later moet het extra laagje uit. De zon staat nu recht voor me. Vreemde situatie, voorkant warm, achterkant koud. Ik pak een dikke jas uit de auto en hang die over mijn rugleuning. Probleem opgelost.

Ik kan heel weinig activiteit bespeuren op het water. Door de rem op de watertemperatuur misschien? De geplande ijsbalmethode gaat ook nog niet lukken. Er is nog veel te weinig blad aan de oppervlakte. Ik heb mijn pennetje dus net als voorgaande keren vlak voor de meidoornstruik staan. Lijn op de spaarzame bladeren. Ik voer verspreid een paar kleine balletjes deeg.

Wordt het weer het open wereld kampioenschap zeelten? Ik kan het me niet voorstellen. Na een half uur nog geen aanbeet.

Heel voorzichtig begin ik de rust te waarderen. De spanning is voelbaar. Er bruisen stoffijne belletjes op mijn stek. Ik kruip wat dichter tegen mijn hengel aan. Het duurt nog een paar minuten voor ik iets zie. De lijn lijkt iets weggedrukt te worden. Er zwemt een vis langs mijn deegbal. Wat rukjes en plukjes bekoelen de spanning. Daar gaan we weer. Het pennetje lijkt heel langzaam weg te drijven. Bij de aanslag schiet een gouden zeelt een halve meter het water uit. Woest stampend knalt het beest keer op keer over mijn stek. Jammer dat een zeelt geen meter lang kan worden.

Ik maak me niet druk over al dat geweld. Karpers weten volgens mij dat zeelten knettergek zijn. Zeelten weten het van elkaar ook. Als de eerste zeelt zich gemeld heeft volgt een tweede vaak snel. Ook een gemiste aanbeet is nooit zo erg. Det lijkt ook de aandacht te trekken van andere zeelten.

Vrij snel komt de volgende aanbeet. Het onthaken onder water gaat me steeds beter af. Ik ga me zelfs afvragen of het net zo gaat als met snoeken. Een vis in het water onthaken en helemaal niet aanraken lijkt weinig indruk te maken. Sommige zeelten stuiven springend weg als ze vrij zijn.

Volgende keer moet ik eens opletten of er gaatjes te vinden zijn van eerdere vangsten. Kan makkelijk door even dat bekkie te bekijken. Ik krijg langzamerhand de indruk dat zeelten zich vrij simpel terug laten vangen. Karpers zijn vaak individueel te herkennen. Bij een zeelt is dat niet te doen. Er is maar weinig houvast. Verschil tussen man en vrouw is de stand van de buikvinnen. Er zwemmen hier bijna zwarte zeelten. Ook goudkleurige vissen komen regelmatig voor.

Ik verschuif wat naar links om lekker warm te blijven. De zon kruipt langzaam achter de wilg aan mijn rechterkant. Er zit nog niet veel blad aan maar de filter van dunne takjes vangt wat zonlicht af en dat is heel goed voelbaar. Ik kan nu ook wat beter tegen de takken van de meidoorn gooien. Ik heb een heilig respect voor meidoorns. Even raken met de lijn en het is meteen een drama.

Onder de struik ziet het er uit als een echt karperhol. Niet dat ik nou meteen de illusie heb dat er iemand thuis is. Ik hoor gekwetter over het water klinken. Zwaluwen, net terug van hun winterverblijf. Als ze een poosje weg zijn mis ik ze na verloop van tijd niet meer, maar van de eerste die terug is ben ik toch ieder jaar een beetje blij.

Na een iets langere pauze rommelt er weer iets bij mijn aas. Spannend is het niet meer maar ik hou de drang om bij iedere aanbeet te scoren. Ik krijg langzaam maar zeker steeds meer pijn in mijn rammelende ribben. Ik sta zeelt nummer negen te drillen. Ga ik voor dubbele cijfers?

Er is niet veel meer over van mijn dikke deegbal. Wéér dezelfde fout als bij het eerste zeeltfeest. Ik maak het volgende balletje iets kleiner. De zon kruipt nu helemaal weg achter de wilg. Door een onhandige beweging valt mijn balletje van de haak. Er zit nog één pluk in het zakje. Op naar nummer tien. De aanbeet komt helemaal uit het niets. Geen gewauwel zoals bij alle voorgaande vissen. Ik kan mijn reflex niet onderdrukken. Haal hard uit om nummer tien te missen.

Na drie keer een paar uurtjes vissen 18 zeelten! Hoeveel zeelten kunnen er op een water rondzwemmen denk ik. Hoe veel moet ik nog voeren om bij een karper te komen?


Het wordt koud en mijn aas is op. Ik kijk nog even rond terwijl ik mijn jas aantrek. Aan de overkant zit een stel ganzen ongelofelijk veel herrie te maken. Er zwiert en zwaait een kiekendief langs de rietkraag. Ze vliegen net iets sierlijker dan een buizerd. Grilliger ook.

De rover komt mijn kant op, neemt ook een stukje weiland mee. Grutto’s helemaal in paniek de lucht in. Ik sta op om het tafereel te volgen. Sta dan oog in oog met een broedende gans. Dat wil zeggen, de gans doet net of ze mij niet ziet. Zoiets van als ik jou niet zie dan zie jij mij ook niet. We laten het er maar bij.


Als ik jou niet zie…

 

ANDEREN LAZEN OOK

image description
KarperPassie 243
Total Fishing Import -
image description
KarperPassie 280
Total Fishing Import -
image description
KarperPassie 279
Total Fishing Import -