Karpers, Nederlands sterkste vissoort aan de vlieg?
Door Sjoerd Siemensma
Vliegvissen op karpers is nog geen gemeengoed onder de Nederlandse vliegvissers. Als er per ongeluk al eens een karper wordt gehaakt, zal het materiaal daar dan niet op berekend zijn en is een droge knal meestal het einde van een korte dril. De vliegvisser met knikkende knieën en kloppend hart het nakijken gevend.
Met het juiste materiaal, de juiste omstandigheden en de juiste techniek is het echter heel goed mogelijk om de wellicht sterkste vissoort die in onze wateren zwemt aan de vliegenhengel te vangen. Lees verder en je weet straks ook hoe je succesvol met de vliegenhengel op karpers kunt vissen en… niet onbelangrijk: ook kunt vangen!
“Spannend. Vier karpers liggen hoog tussen de gele plomp bladeren. Zal het lukken om er eentje met een verre goedgemikte worp tot een aanbeet te verleiden. “
Vliegvissen op karper is vissen op zicht. Dat maakt het een zeer spannende manier van vliegvissen. Ik neem je mee op een mooie zonnige zomerse dag omdat we dan de beste omstandigheden en dus mogelijkheden hebben om karpers te spotten. Ze liggen of zwemmen dan namelijk graag aan de oppervlakte en zijn dan goed aan te werpen. Voorzichtig loop ik langs het water op zoek naar deze zoetwatergiganten. Vlak achter een hoge rietkraag aan de oever waar ik sta zie ik drie karpers liggen tussen de gele plompbladeren. Lekker zonnend aan de oppervlakte.
Mijn vliegenhengel, klasse 7/8 is al opgetuigd met een drijvende lijn en een leader van zo’n twee meter lengte.De hengel is voorzien van een reel met een goede slip, die zo zwaar mogelijk is afgesteld. Maar waar een wegspurtende karper maling aan heeft. De puntdikte bestaat uit fluorcarbon met een dikte van 26/00. Als vlieg gebruik ik een langzaam zinkende zalmei imitatie. Met enkele valse worpen breng ik de lijn op lengte nadat ik naar het water ben geslopen.
Karpers zijn erg schuw en lijken je op afstand te ruiken. De vlieg plaats ik zo’n twee meter voor de karpers. De vlieg op haak zes gebonden heeft een geel lichaam zodat deze goed opvalt in het vaak iets gekleurde water. Bovendien kun je dan goed zien waar je vlieg is en of de vis de vlieg neemt. Ook kun je de vlieg zo beter in de zwembaan van de karper trekken. Dat is heel belangrijk want uit ervaring weet ik dat ze over het algemeen niet snel geneigd zijn om naar de vlieg toe te zwemmen. Hoe dichter de vlieg bij de bek van de karper is des te beter. De vis wordt dan als het ware overbluft. Uit nieuwsgierigheid wordt de vlieg genomen of niet natuurlijk…
“De tweede worp in de zwembaan van deze grote schubkarper was raak. De vlieg werd nonchalant naar binnen gezogen waarna een enerverende dril volgde. “
Twee karpers van het drietal zien de vlieg aanlokkelijk in hun gezichtsveld zweven maar gunnen deze geen blik waardig .Geen enkele reactie. Ze blijven gewoon liggen. Het opgebouwde adrenalinepeil zakt weer even terug naar normaal.Voorzichtig neem ik de lijn op. Met een wijde bocht werp ik de vlieg weer over de rietkraag een eindje voor karper nummer drie.Heel voorzichtig trek ik het zalmeitje tot 30 cm voor de bek van de karper. Tergend langzaam zakt het eitje naar beneden, gevolgd door de karper. Zijn massieve lichaam ontneemt mij het zicht op de vlieg. Uit ervaring wijs geworden vis ik nu met een kleine beetindicator op de lijn. Gespannen wacht ik op de dingen die gaan gebeuren. Doet ie het of niet..
Dan schokt het beetverklikkertje even. Een teken voor mij om de haak te zetten. De lijn trekt strak, heel even gebeurt er niks maar dan beseft de vis dat hij gehaakt is .In een geweldige kolk gaat de karper er vandoor. Meters lijn verdwijnen van de reel. Na zo’n meter of twintig, dertig probeert hij het riet te bereiken aan de tegenoverliggende oever. Met de hand op de spoelrand probeer ik af te remmen en door gelijktijdig de hengel zijwaarts te brengen weet ik de vis uit het riet te houden. Dan krijgt hij het onzalige idee om weer mijn oever op te zoeken waar de nodige obstakels in de vorm van plompebladen groeien.
Het is nu buigen of barsten maar met zijwaartse druk van de in een hoepel staande hengel weet ik deze snode pogingen te pareren en zoekt de vis het wijd weer op. Na meerdere runs komt de vis dichterbij maar het duurt nog enkele minuten voordat ik de schubkarper in het net kan laten glijden. Een prachtige schubkarper van 86 centimeter lengte die schitterende sport aan de vliegenhengel heeft geboden. Even poseren voor een paar herinneringsfoto’s en dan mag hij of zij weer zwemmen. Mijn dag kan al niet meer stuk maar verderop zwemmen nog meer karpers……
“Een kruisende karper heeft de vlieg genomen en spurt er na de aanslag vandoor. “
Zoals hierboven al beschreven vis ik op karper met zalmei imitaties maar ook wel met nimfen. Ook kun je in sommige gevallen als een soort broodvlokimitatie een stukje schuimrubber gebruiken .Daarmee heb ik ook al enkele keren graskarpers gevangen.
Toen ik jaren geleden een artikeltje las waarin het vissen op karper met zalmei imitaties werd beschreven intrigeerde mij dat behoorlijk al had ik er eerlijk gezegd weinig vertrouwen in. Toch schafte ik mij oranjekleurig Egg Yarn aan en bond daarmee enkele zalmei imitaties die natuurlijk dezelfde avond nog moesten worden uitgeprobeerd in een slootje vlak bij huis. Die avond ving ik na een half uurtje vissen mijn eerste karper op een zalmei imitatie. Een schubkarper van 72 centimeter lengte, die ik op enkele meters bij mij vandaan, het oranje bolletje naar binnen zag zuigen. Die vis was het enerverende begin van gerichte vliegvissessies op karper
Karpers zijn erg schuw en snel verjaagd. Maak nooit de fout om een vlieg vlak voor een karper aan te bieden. Het resultaat is meestal een grote boeggolf en een vluchtende vis. De vlieg moet zich al in het water bevinden in de baan en op de diepte waarop de karper zwemt.. De naderbij zwemmende karper moet zonder argwaan de langzaam of helemaal niet bewegende vlieg in het vizier krijgen. Een zalmei moet al helemaal niet worden bewogen maar moet tergend langzaam voor de karperbek worden geplaatst.
Natuurlijk zijn er uitzonderingen . Soms pakt de karper een met een plopje in het water vallend zalmeitje wel. Dat ligt ook aan de hengeldruk. Hoe meer er gegooid wordt naar zichtbare karpers, des te schuwer reageert de karper daarop. Iets wat je in afgesloten vijvers wel ziet. Zie je een karper liggen werp dan een eindje voor de vis en trek de vlieg langzaam, zonder daarbij de vis te verjagen, in zijn gezichtsveld. Laat de vlieg dan zijn werk doen. Ideaal zou het zijn als het zalmei als het ware zwevend voor de vis zou “hangen”. Om dat enigszins te bereiken zul je dan ook moeten experimenteren met de zinksnelheid van de karpervliegen. Maar hoe bereik je dat?
“Als je een karper hebt gehaakt zal je hengel lange tijd krom staan onder het geweld van zo’n krachtpatser. “
Zo’n zalmei imitatie heeft immers de neiging om te drijven. Dat kan een voordeel zijn als de karpers aan de oppervlakte azen. Na enkele worpen neemt het materiaal water op en zal de vlieg na kortere of langere tijd gaan zinken. Een en ander is afhankelijk van de hoeveelheid bindmateriaal en het gewicht van de haak; kortom je zult daarmee moeten experimenteren en ervaring opdoen. Maak voor de allereerste worp je zalmeitje goed nat en druk de lucht en het water eruit. Anders blijft die direct al drijven.Gebruik voor het binden van je karpervliegen stevige haken die niet uitbuigen. Een grote haakopening zorgt voor betere inhakingskansen. Zelf gebruik ik verschillende maten en typen karperhaken, formaat 6 en 4. Zo kan ik het gewicht van de vlieg en daarmee de zinksnelheid dan wel het drijfvermogen beïnvloeden.
Een groot landingsnet is nuttig en nodig om een flinke karper veilig en sneller te kunnen landen. Dat is ook beter voor de vis die je dan immers niet zo lang hoeft te drillen.
Vliegvissen op karper is echts iets voor warme dagen omdat de karpers dan zoals in het begin al gezegd vaak hoog in het water zwemmen. Je zult de karpers immers moeten kunnen aanwerpen. Daarvoor moet je ze eerst wél ontdekken. Als er wind komt is dat lastig. Eens had ik op een middagje karpervissen ook last van een plotseling opstekende wind. Ineens was er geen karper meer te zien. Na enige tijd zag ik een grote boeggolf aan de oppervlakte. Op goed geluk wierp ik de vlieg in de baan van de boeggolf. Mijn poging werd beloond. De leader liep plotseling strak ik had contact met een zeer sterke vis. Na ruim een kwartier kon ik de vis dan toch veilig landen. Een schitterende twintigplusponder van 85 cm lengte.
Een vliegenhengel moet zeker als je in water vist met riet of andere obstakels waar je een vis uit vandaan moet houden, niet te licht zijn. Een klasse 7/8 is een goed gemiddelde. Voor schoon water of als er alleen maar kleinere karpers te verwachten zijn gebruik ik wel een 5 hengel. Controleer voor je op karper gaat vissen, de verbindingen tussen leader en lijn en de verbinding met de volglijn. Die krijgen het zwaar te verduren.
“De auteur met een fraaie vis “
Nog even iets over het aanslaan. Het is erg moeilijk om de zenuwen de baas te blijven als je zo’n zoetwaterbig je vlieg ziet nemen. De grootste fout die je dan kunt maken is om te vroeg aan te slaan. Je trekt dan de vlieg weer uit de bek van de vis. Daar heb ik echter ook nog wel eens last van in het vuur van de strijd. Het is immers ook zo’n spannend moment. Sla ook niet te hard aan want de leader kan breken door de geweldsexplosie van een wegspurtende karper
Een van de vele mooie karpervangsten was in een slootje vlak bij mijn huis. Ik zag een karper actief azend zwemmen in het heldere ondiepe slootje. Nadat ik thuis snel mijn vliegen hengel had opgehaald, ontdekte ik na enig zoeken de vis . Zo nu en dan iets van de bodem pakkend. kwam de vis dichterbij, De oranje zalmei imitatie aan de leader had ik natgemaakt zodat deze snel zou zinken. Voorzichtig wierp ik het zalmei in de zwembaan van de karper. Maar wel ruim voor de vis. Heel langzaam zakte de vlieg naar de bodem waar het bleef liggen.
De karper reageerde direct en zwom er naartoe. De kop ging omlaag en de staart kwam boven water uit . Toen ik vermoedde, zien kon ik het niet, dat de karper het zalmei naar binnen had gezogen sloeg ik aan. Even was er een moment van verstarring, dan een grote kolk en met een run werden de nodige meters lijn van de reel getrokken. Ongelooflijk de eerste worp was gelijk raak. Na enige spannende minuten kon ik de 65 cm lange vis landen. Het was dan wel geen monster maar de manier waarop hij gevangen werd is voor mij het ultieme vliegvissen op karper. Een schuwe vis besluipen, de worp die meteen lukt, de vis die toehapt en dat alles op zicht, kan het nog spannender?
“Alle kleuren”
Denk nu niet dat je na het lezen van bovenstaande nu zomaar even wat karpers kan gaan vangen. Dat is niet het geval. Het lukt mij ook niet altijd. Karpers kunnen zeer argwanend zijn. Soms reageren ze verschrikt, soms zeer voorzichtig op de aangeboden vlieg. Een andere keer zijn ze helemaal niet geïnteresseerd en lijken ze slechts liggen te zonnen. Wat je ze ook aanbiedt, ze kijken er niet eens naar.Enkele uren later kunnen ze dan ineens wel gaan azen! Is een karper al eerder gevangen aan een boilie , dan zal hij wellicht argwanender zijn wanneer zo’n zalmei bolletje wordt aangeboden. Het zijn immers net boilies.
“Het zijn immers net boilies”
Ook een verkeerde worp, dus te dicht bij een karper, kan paniek veroorzaken. Een vlieg die te snel zinkt of door het water wordt getrokken is ook niet goed. Evenmin als deze door een kinkende (te dunne) leader in het water gaat rondtollen zal de karper dat als onnatuurlijk beschouwen. Soms werp ik wel tien karpers aan voordat er eentje de vlieg neemt. Een andere keer vang je meerdere vissen op een middag of avond. Dat maakt het vliegvissen op karpers zo boeiend. Net als je denkt het wordt niks vandaag is er toch weer een karper die je vlieg nonchalant naar binnen zuigt.
“Een schepnet is nooit te groot. Handig is een inklapbaar exemplaar die ik in een zelfgemaakte hoes aan de riem eenvoudig mee kan nemen tijdens het struinend vissen. “
Karpers vind je in stadsvijvers, kanalen, slootjes en op groot water. Ieder water vereist weer een andere aanpak. In het ene water zijn de zalmei imitaties goed terwijl op ander water je met imitaties van nimfen meer succes zult hebben. Tijdens een vakantie in Tsjechië vingen zoon Menno en ik tientallen karpertjes en mooie zeelten in een vijver op een camping. De vissen werden elke dag gevoerd met brood uit het restaurant. Een imitatie broodvlok, slechts bestaande uit een plukje schuimrubber werd gretig genomen ondanks het soepgroene water. Leuke sport aan de soepele klasse vierhengel.
Over het vliegvissen op deze mooie vissoort valt nog veel meer te vertellen maar daarover een volgende keer. Het is zoals je nu weet echt mogelijk om gericht met de vliegenhengel op karpers te vissen. De beloning voor de volhardende vliegvisser is dan ook groot als je zo’n krachtpatser aan de soepele vliegenhengel weet te vangen. Zeker weten!