Fishing for Wild Brownies in the Highlands of Scotland…

Fishing for Wild Brownies in the Highlands of Scotland…

Tekst en fotografie: Theo Bakelaar

Nog echt, nog mooi, nog gretig, nog wild. Deze schoonheden uit de lochs in dat hoge noorden. Ja, zo mag je dat gerust zeggen zonder tekort te doen aan deze schoonheden. Het wilde ruik je daar, proef je daar en zweet je uit tijdens zo’n tochtje naar deze altijd verrassende Lochs daar in de bergen.


Op zoek naar echt wild.

Hijgend en puffend als een stoomtrein komt het kleine groepje enthousiastelingen aan bij de laatste bult voor het loch dat we gaan bevissen vandaag… “Als ik dat geweten had was ik beneden gebleven!”, klonk het door een sjouwende vliegvisser met belly-boot op de rug.

Zijn buurman, die de tentjes droeg voor de overnachting, hijgde met een glimlach op zijn gezicht en zei voorzichtig: “Hé Donny, je hebt toch geen Euro meegenomen voor de krokettenautomaat hè, want die staat hier echt niet achter die volgende heuvel hahaha!”


Kroketten? Eén heuvel verder…

Ja, buiten al het wonderschone daar wordt je toch wel met jezelf geconfronteerd en aan het denken gezet over heel veel zaken. Dat is toch altijd weer een onderwerp van gesprek na zo’n tocht op zoek naar die mooie wilde jongens daarboven in die geheimzinnige heuvelpartij.

Je wordt verrast door die schitterende natuur, de rust die daar is, de te weinige conditie waar je even op getest werd, dat er spieren in je benen zitten die nu aangesproken zijn, het wild dat tegen de helling staat te grazen en het plotseling veranderende weer.

Ennn, last but not least: Het schitterende schouwspel dat je hebt mee mogen maken deze tocht. Het is na al die inspanningen toch ook een hele belevenis voor de mensen die naar boven zijn geweest, iets waar ze lang over napraten en met genot aan terugdenken. “Dit pak je ons nooit meer af…” , zo beginnen ze dan weer.


De weg kwijt…

Op het Estate, waar wij vertoeven, liggen tientallen meren, groot en klein, die een behoorlijk bestand aan wilde bruine forel hebben. Ze zijn heel goed te bevissen met een 5 hengeltje en drijvend lijntje. Liefst een 9-voeter en als het kan een 10-voeter, want je vist met 3 vliegen op deze meren. Lochstyl vissen, een cast met 3 vliegen waarvan de bovenste vlieg meestal een goed drijvende droge vlieg is en twee natte vliegen daaronder.

Goede droge vliegen die een lekkere rimpel trekken in het water zijn o.a. de Loch Ordie, een Buck Caddis, een Sedge of een dikke Palmer op haakmaat 8 of 10. Voor de natte vliegen komen meestal de Peter Ross, de Blue of Black Zulu, de Bloody Butcher en de Invicta in aanmerking op haakmaat 10 of 12.

Er kan gevist worden vanuit een belly-boot of lopend langs de meren, je bent echter wel vaak in het voordeel als je vanuit de belly-boot vist. Vis een metertje of 20 uit de kant met je bootje en cast naar de kant toe, de meeste forel ligt tegen de kanten aan tussen de stenen aldaar.


Belly-boot avontuur.

Als je leader nu zo’n 4 meter lang is en je plaatst je cast bijna tegen de kant aan, dan zul je de vis niet zo snel verstoren met de vliegenlijn. De eerste 4 meter leader is niet zo storend als een lijn. Vaak wordt je vlieg al gegrepen als hij te water valt met een wilde sprong of heftige ruk aan je lijn.

De meren zijn verzamelplaatsen van het regenwater die diep tot zeer diep naar het midden gaan. De vis zal en moet zijn voedsel zoeken aan de kanten waar de kans op wat insecten c.q. kleine visjes het grootst is. Het is niet zo voedselrijk daar boven in die hills.

Er is weinig of geen boomgroei en het insecten leven is daar niet zo groot. Zelf denk ik dat de voedselnijd zeer groot is om alle magen te vullen en ze leven van het jongbroed wat er geboren wordt. Soms vang je forel van nog geen 15 cm groot die vol met kuit zit, kan toch eigenlijk niet?


Prachtige en puur wilde brownie.

Die vis is al een enkel jaartje oud en nog steeds klein en al vol met kuit. En gretig kun je wel zeggen als je een aanslag krijgt en de vis naar binnen drilt , het blijken 3 forellen te zijn. Onderweg tijdens de dril zijn er nog twee bijgekomen die dat lekkere hapje niet konden laten schieten.

De belly-boot visser heeft meer kans op een groter aantal vis dan de kantvisser. Hij kan, als het een meer is dat niet dieper is dan zo’n 2 á 3 meter, het gehele loch bevissen. Vergeet niet dat er lochs zijn waar bijna nooit iemand komt of geweest is om te vissen. De wandelaar die zo’n tocht maakt is geen vliegvisser en heeft geen hengel bij hem.


Bert vist in de lochs.

Op deze meren is een trippel echt geen uitzondering. Dat gesjouw met die belly-boot is dan ook heel snel vergeten als dit iedere keer weer gebeurt.

Kleding is een lastig punt soms: je weet het daar nooit. Je vertrekt met zonnig weer ’s morgens en staat in een T-shirt te vissen in zo’n loch en 10 minuten later krijg je een hagelbui of knallende regenbui over je heen.

Zorg in ieder geval dat je regenwerende kleding bij je hebt en verschillende lagen dunne kleding over elkaar heen hebt zodat je kunt afpellen als het te warm wordt.  Ga vooral niet lopen als de mist er plotseling invalt, deze is vaak zo dik dat je geen 10 meter van je af kunt zien. Blijf staan en vis rustig door, anders verdwaal je hopeloos.


Wild, dapper en gretig.

Ook bij noorden- en oostenwind is het zo dat de aanbeten wat minder zijn en je minder azende vis ziet. Neem dan een zware nymph, bijvoorbeeld een goudkopnymph, als puntvlieg en zoek meer op diepte. Je weet wat er gezegd wordt: “The wind from the north: the fish don’t aforce, the wind from the east: they take a look at the fly at least.” Dat betekent dus niet nemen of alleen maar naar kijken.

Op het Estate liggen ook enkele zeer grote meren. Deze kun je bevissen vanuit een roeiboot met buitenboordmotor. Op deze manier kun je schitterend ‘lochstylen’ vanuit de boot langs de kanten. Een leuke manier van vliegvissen en je moet natuurlijk wel een redelijke castingtechniek hebben.

Je zit met meerdere in de boot , dus oppassen. De leader is al wat langer dan gebruikelijker, je vist dan ook de vliegen tot aan de boot toe. Het zal niet de eerste keer zijn dat je de volgende worp gaat inzetten en er duikt alsnog een forel op die bijna onder de boot lag.


Maar ook het afpeuteren van stroompjes in de hills is heerlijk.

Loch Sion Ascaig en Bad A’ Ghijl zijn twee meren die je in 30 minuten niet overvaart. Hier huizen ook de befaamde Ferrox forellen. Deze zeer grote kannibalen leven op zo’n 12 á 13 meter diepte en jagen op en leven van hun soortgenoten - de forel. Met zeer zware zinklijnen zou het moeten kunnen.

Er zijn zelfs jaarlijks groepjes vissers die met downriggers en zware lepels deze meren bevissen, dat doen ze de gehele week lang om aan deze zware jongens te komen. Altijd leuk om een paar uurtjes met de zinkende lijn te trollen vanuit het bootje, twee kleine muddlers aan de lijn en je bent verbaasd met hoeveel snelheid je ook vaart: de vis knalt er op.

Al met al: tijdens je verblijf op het Estate is het zeer de moeite waard om een paar dagen te besteden aan de Lochs in de bergen of grote meren om te vissen op deze wilde bruine forel. Het zijn belevenissen in de pure natuur met alle elementen die er maar kunnen zijn: vis, natuur, schoonheid, vermoeidheid, genot, stilte en nieuwe kameraadschap van medevissers die je nog niet kende.


Een pure beleving…

En weet je ook hoe lekker een forel is die je ’s avonds op het kampvuurtje aan een bamboe stokje gaart? Ze smaken Goddelijk, puur ennn het mag best hoor. Vooral met dat lekkere kleine slokje Whisky. Geniet ze.

Cheers - Theo Bakelaar

 

ANDEREN LAZEN OOK