Door Berthil Bos.
In de voorgaande drie afleveringen van ‘’ Winterpolder, op zoek naar adrenaline’’ heb ik geprobeerd duidelijk te maken hoe je in de winter toch nog redelijk snoek kan vangen. Het belangrijkste is dat je opzoek gaat naar plekken waar onze vriend de snoek zo af en toe aan tafel kan gaan om zijn honger te stillen.
Als je een dergelijke plek hebt gevonden, ben jij degene die alles uit de kast moet halen om hem met kunstaas te verleiden. De ene keer gaat dit gemakkelijk, omdat Esox net aan tafel is gegaan, de andere keer is hij zo passief als wat en moet jij hem op scherp zetten.
In de vorige aflevering kwam ik al met de wijze woorden van de doorgewinterde poldervisser Peter Nan op de proppen. ‘’Vaak moet je iedere visdag weer opnieuw het juiste kunstaas uitvinden’’ en dat is vooral in de koudere periode het geval. Vooral het ondiepe water is erg vatbaar voor weersomstandigheden en dit heeft vaak weer zijn invloed op de activiteit van de vis.
Goed, wat gaat er allemaal mee op onze zoektocht naar groene vechtersbazen.
Gerard de Boer heeft een hekel aan kou, maar bij veel beweging kan het ook negatief werken.
Goede en warme kleding is een must. Dit wordt vaak onderschat, maar als je op een gegeven moment koud begint te worden is de pret snel over. Ook heeft dit invloed op de vangsten, omdat je je hoofd er niet bij hebt en alleen aan de koude denkt. De kleding moet wel ademen, omdat je regelmatig in beweging bent. Door de beweging ga je zweten, hoe minimalistisch dan ook en als dit niet weg kan wordt je alsnog gegrepen door de kou.
Even aandacht voor de jas die precies bij deze visserij past. Hij is niet zo modern als de snelle Jacks die er bestaan, maar de voordelen zijn plenty. Omdat je vaak al lopend je geluk beproefd, moet er altijd voor zorgen dat je zo minimalistisch als het kan de polder in gaat. Toch zal je zien dat dit, als je overal op wilt inspelen, nog aardig wat is. In een goede schoudertas kan je veel spullen kwijt, maar het gewicht neemt soms onprettig toe. Een lange jas tot net boven de knieën met veel grote zakken kan je hierbij helpen. Verdeel in deze jas al het materiaal, dat je regelmatig nodig bent en je zal zien dat dit gewicht over je gehele lichaam wordt verdeeld en niet alleen op een of twee schouders.
Een kort Jack en volle schoudertas, ik weet uit de praktijk dat dit op den duur gaat irriteren.
Oh ja, vergeet je pet of muts niet, want er gaat veel lichaamswarmte via je hoofd naar buiten. Halverwege de dag is het helemaal niet verkeerd om even een gelegenheid op te zoeken of om je op te warmen in de auto, om daarna warm en weer volledig opgeladen de tweede helft in te gaan.
Naast warme kleding moet je ook altijd voldoende eten meenemen. Zodra je wat eet gaat je spijsvertering aan de slag en daarmee gaat je interne kachel van waakvlam naar standje ‘’lekker’’. Af en toe iets lekker warms (soep, koffie of warme chocolademelk), houd je zeker goed geconcentreerd, omdat je hierna direct lekker in je vel zit.
Buiten de hengel en kunstaas, waar ik nog op terugkom, gaan ook altijd pleisters en jodium mee. Niet om het wondje bij de snoek te behandelen, maar die bij jezelf. Beschadigingen aan de handen door de kieuwgreep bij het landen van de vis, zullen regelmatig voorkomen. Wees daar trots op, want het laat zien dat je goed bezig bent. Alleen door de kou zal het bloeden niet snel ophouden en dan is het een must de wondjes te bedekken met pleisters. Doe je dit niet dan zie je er in no time als een oorlogsslachtoffer uit.
Handjes en tandjes gaan niet samen, maar met pleisters hou je het netjes.
Voordat je de pleisters kan gebruiken moeten de handen eerst schoon en droog zijn. Hierbij komen we direct bij een attribuut die je veel bij bootvissers tegenkomt, maar zelden bij snoekvissers in de polder. Juist nu is het lekker om je handen schoon en droog te maken en houden met een handdoek. Ook als je de kieuwgreep succesvol uitgevoerd hebt, dus zonder bloed, is het bij deze kou van belang dat je de nattigheid van je handen haalt.
Waarom besteed ik zoveel aandacht aan deze details? Ook ik heb vele jaren niet stil gestaan bij deze randzaken en alleen aandacht gehad voor het vissen zelf. Nadat mijn ogen zijn opengegaan is het voor mij niet alleen veel aangenamer geworden in de winterse polder, maar ook de vangsten zijn absoluut verbeterd.
In het vijfde en laatste deel besteed ik aandacht aan alles waarmee we de snoek kunnen verleiden en de hulpmiddelen hierbij.
ADVERTENTIE
ANDEREN LAZEN OOK
