De wasknijpersessies

De wasknijpersessies

door Berend Masselink

Ik zit de laatste tijd met een wasknijper in mijn hoofd. Niet letterlijk, denkbeeldig. Ik zoek al een tijdje naar een andere vorm van oppervlakte visserij waarbij ik de aantrekkingskracht van een broodkorst benut. Karpervissers herkennen dit wel. Kennen de voordelen, maar ook de nadelen van de korst. Maar nu even geen karper. Mijn target is de witvis in de oppervlakte. En helaas voor de alvers op mijn thuiswater, zij mogen als sparringpartner dienen.

De alvers storten zich meteen op het prototype wasknijpersysteem

Werpen met een broodkorst is niet eenvoudig. Als karpervisser bevestig ik de broodkorst of de drijvende hondenbrok daarom aan een controller, een drijvende werpdobber die het hele zaakje wat gewicht meegeeft. Een hondenbrok gaat nog wel, maar een broodkorst weekt nogal snel van de haak, zeker in het stromende water van de Kromme Rijn. Dit zou betekenen dat ik na iedere inworp een nieuwe broodkorst aan de haak moet rijgen. Geen zin in, duurt me te lang. Bovendien gaat het me er niet om een vis met de broodkorst te vangen. Nee, ik wil juist dat de witvis op de korst afkomt en er in de buurt blijft. Als dat al lukt, is dat meteen het halve werk. Het idee van de wasknijper is niet eens zo gek. Een broodkorst in de wasknijper klemmen is een fluitje van een cent en de knijper zelf heeft voldoende gewicht voor een redelijk verre worp. Een beetje lomp gezicht alleen. Maar daar komt verandering in. Onder in de wasknijpermand thuis ontdek ik plastic speelgoedknijpertjes in allerlei felle kleuren. Lengte: vier centimeter exact. Het betere Intertoyswerk. Dat ziet er al een stuk beter uit dan die lompe houten knijpers. Jammer alleen dat de wasknijpers niet goed drijven. Met een korst eraan gaat het wel, maar de metalen spiraalveer maakt ze suspending, langzaam zinkend. Maar dat lossen we op. Ik plak er wat stripjes foam bij en nu is het systeem helemaal klaar voor de tewaterlating.


Een typische wasknijperruisvoorn

Even voorstellen: van boven naar onder hangt daar aan mijn lijn: een rubber stoppertje; een rubber kraaltje; de wasknijper (lijn door het oog van de spiraalveer), nog een rubber kraaltje tegen beschadiging en ter voorkoming dat het loodje door de wasknijper schiet; een klein loodje 5 cm onder de knijper, en vervolgens de truc: de haak met een pinkie eraan op 20 cm onder dat loodje. Wanneer de vis aanbijt is er een vrijloopje van zo’n 20 cm tot het stoppertje om de vis wat speelruimte te geven.

De auto in, naar de waterkant! Ik heb het wasknijpersysteem bevestigd aan een oud spinhengeltje met een niet te strakke actie en een molentje erop met 14/00 nylon. Ik bof, want het weer is lekker warm. Er is veel activiteit van vis in de oppervlakte en ik zie geen eenden of andere broodrovers. Honderd meter stroomopwaarts van mijn stek strooi ik wat broodkorsten. Ik loop verder. Vijf minuten later komen de korsten op mijn stek voorbij, omgeven door kolken, kringen en gespetter. Ik pak nu een vers stuk korst en klem die eenvoudig in de knijper. Ingooien maar! Stroomopwaarts komt het experiment met een

zachte landing op het wateroppervlak terecht. Dit gaat al perfect. De broodkorst wordt rap ontdekt door wat kleine vis, meteen daarna wordt de made gepakt en schokt het lijntje door de vrijloop. Ik tik de eerste alver aan. Ik juich. Het werkt! Een nieuwe korstje eraan geknepen en verder weer. Op deze manier komen de visjes vlot aan wal. Tussen de alvers zitten ook twee mooie ruisvoorns. Na een uurtje ben ik de tel kwijt. Is ook niet belangrijk, het systeem werkt echt. Toch kan het nog beter. Het moment dat de lijn bij een aanbeet door de wasknijper schiet, is namelijk niet altijd goed te onderscheiden. Soms schiet de lijn duidelijk zichtbaar weg, soms ook werkt de korst als dobber en tikt op en neer als een vis de kleine made pakt. En de korst zelf wordt natuurlijk ook flink bewerkt door de visjes. Het euvel wordt opgelost met een feloranje beetindicator voor de vliegenlijn, bekend onder vliegvissers. Kent u ze? Zeg beslist geen ‘dobber’ tegen deze ‘beetindicators’ met een echte vliegvisser binnen gehoorafstand, dat woord past natuurlijk niet. Beetindicator dus. Hierdoor kunnen zelfs het rubber stoppertje en het rubber kraaltje bóven de wasknijper weg. Nu we de beetindicator op de lijn schuiven, is het systeem vereenvoudigd en ook nog eens beter zichtbaar. Zelfs opa met de jampotbril kan voortaan mee naar het water voor een wasknijpersessie.


Het aangepaste systeem met beetindicator

Zit er nog een moraal achter dit hele verhaal? Misschien dit: dat ik ontzettend veel plezier heb beleefd aan de wasknijpersessies, en anderen met mij. En dat de visjes nu eens niet met de vaste stok, de winkelpicker of de feederhengel werden gevangen, maar op een hele andere manier. En dat alleen vist al twee keer zo leuk.

ANDEREN LAZEN OOK

image description
Witvisperikelen: Teleurstelling
Willem Moorman -
image description
Witvisperikelen: Toeval
Willem Moorman -
image description
Witvisperikelen: Visser in de maak
Willem Moorman -