‘De visser nader bekeken…’ (deel 2)
Door Klaas Jan Visser
De boot glijdt door het water. We monteren beiden een paar pluggen met een levensecht ‘dood visje- print’. En ja hoor, mijn gedachten dwalen langzaam weer af. “Het zal toch niet zo zijn dat we visloos blijven vandaag?”, hoor ik mezelf denken.
Hoe zouden onze voorvaderen dat hebben gedaan? Ik kan me voorstellen dat ook die niet iedere dag succesvol waren. Je zult in die tijd net je speer niet scherp genoeg hebben, of je zult tijdens het rennen in de sneeuw net die ene steen over het hoofd zien… Tja, dan kom je aan het eind van de jachtdag met lege handen thuis.
Nu hoorde ik laatst iemand zeggen dat vissers vallen op vrouwen met een dik achterwerk. Hier moest ik natuurlijk het fijne van weten. Het zit namelijk zo: stel dat ‘Jan de Jager’ iets minder succesvol was, dan was een vrouw met een dik achterwerk het behoud van de soort. Een vrouw slaat namelijk overtollig vetweefsel op in haar derrière en dit kan ze gebruiken als Jan zonder buit thuis kwam.
In die tijd gaven de mensen wat langer borstvoeding dan nu, en Jan de Jager junior kon dus ondanks zijn vader, van gezonde moedermelk genieten. En niet alleen kleine Jan, maar ook de ander kinderen konden zo een paar dagen doorkomen, want onze Jan gebruikte zijn oerdriften niet alleen om te jagen.
We selecteren dus aan de hand van ons oergedrag, en vissers waarbij dit gedrag sterk aanwezig is, hebben die onbewuste selectie nog steeds. De kreet ‘vissers vallen op vrouwen met een dikke kont’ klopt dus…
Terwijl ik dit overdenk, kan ik een kleine glimlach niet onderdrukken, die dan ook meteen door mijn medevisser word opgemerkt. Ik vertel mijn hersenspinsel en al gauw gieren we het uit van het lachen. Wel komen we tot de conclusie dat we een mooi achterwerk wel degelijk aantrekkelijk vinden…
Dan slaat mijn hengel krom en zijn we allebei weer in de werkelijkheid. De eerste snoek van de dag biedt zich aan en wordt even later op de gevoelige printplaat vastgelegd. Natuurlijk wordt deze vangst heel even aan de medevissers door ge-sms’t, gewoon als info… We zijn natuurlijk niet zo dat we op die manier ons willen bewijzen, nee dat doen we niet…
Na deze vangst is er tijd om even een broodje te eten. We duiken in onze tassen en halen de ene na de ander delicatesse tevoorschijn en weldra drijft er een spoor van tomaten achter de boot aan. We zijn gek op een broodje gezond… maar tomaten zijn niet echt ons ding.
We komen al genietend de eerste collega-boot tegen die 2 vingers omhoog houden. We lachen ze toe en steken 1 vinger in de lucht. Op dit onbekend water is het even zoeken waar je heen kunt, vooral bij een splitsing moet je dan een keuze maken. Stoer zeg ik: “We gaan linksaf.” Ik vertel er niet bij dat ik links in de verte een andere boot zie varen en je zult net zien dat die op een mooie stek stuiten.
Plotseling begint er wat te zoemen en te trillen onder een paar lagen kleding. Voordat ik mezelf ver genoeg van alle kleding lagen heb ontdaan en de veroorzaker heb gevonden, is er ‘1 oproep gemist’ te lezen in het display. Ik bel de gemiste oproeper terug en leg de telefoon weer neer met de opmerking: “We gaan even een bakje doen.’’
De andere boot heeft ons snel gevonden en we melden zo trots als een Uil met een hazelip dat we al een mooie vis aan boord hebben gehad. Je dagstatus valt of staat met een goeie dagscore en anders is het dag… status.
Ik laat de cafeïne door mijn aderen opnemen en ondanks de kou en de motregen ben ik helemaal in mijn element… Heerlijk om op het water te zijn. De vrijheid, de prachtige natuur die we met al onze zintuigen opzuigen.
Vissen is genieten… We varen gezamenlijk de rest van de dag tegemoet.
Wordt vervolgd…
Klaas Jan Visser