image description

De haken en ogen van een vistrip : Normandiƫ deel 1

Tekst en fotografie:  Geert Luinge

Ga je mee op zoek naar vis en avontuur ? Dan pakken we mijn stationcar en de caravan, die stampen we vol met hengels en visspullen en dan rijden we langs de Belgische kust naar het zuiden via Duinkerken en Calais naar het Franse plaatsje Berc aan de Cote Opale van Normandië.

Dat is vanuit Amsterdam 450 km rijden. Ik weet niet wat we gaan tegenkomen, maar het is de bedoeling dat we gaan vissen.

Alleen... met de uitdrukking 'de haken en ogen van...' bedoelen we niet alleen de haken die je aan je lijn knoopt en de vissen-ogen die jou daarna aankijken, maar ook de hindernissen die je gegarandeerd gaat tegenkomen als je ergens wilt vissen. Lief èn leed.

Om deze vistrip in stijl te beginnen belanden we bijvoorbeeld in de chronische verkeers-chaos bij Antwerpen. Dat is net zoals bij Hamburg richting het noorden, maar dan erger. Vervolgens krijg je een lang stuk perfekt geasfalteerde snelweg, maar... daar moet voor betaald worden. Kun jij me dit uitleggen ? Ik begrijp het niet.  

Waarom moet ik in Frankrijk telkens achteraan in de file aansluiten voor de slagbomen van een tol-station?...terwijl ik in Noorwegen automatisch een rekening krijg als ik met mijn auto probleemloos en zonder oponthoud onder een camera door rijd. Als onpartijdige toerist vraag je je af: zijn die Noren dan zoveel slimmer dan die Fransozen ? 

Enfin, we vervolgen onze weg en komen aan in het Normandische kustplaatsje Berc. Daar volg ik de borden naar de camping en sla een zijweg in, maar ... ik geloof mijn ogen niet... die weg eindigt bij het strand, dus daar kun je niet verder...

Maar als je recht vooruit kijkt... dan zie je een strekdam en een zandbank en ... een hele kudde zeehonden ! Heet zoiets een kudde? of een roedel? Ik heb het opgezocht, officieel is het een 'school' zeehonden. Nou, deze vetzakken leken meer op varkens dan op vissen. Behalve een groep enthousiaste fotografen stond er ook een visser op de punt van de strekdam en daar wou ik vanavond dus ook een hengel uitgooien.

Dat was mijn geplande visstek voor de komende dagen. Op GoogleEarth had ik vooraf wel gezien dat het een verdomd interessante strekdam was waar ik goed zou kunnen vissen, maar ik had blijkbaar niet ver genoeg ingezoomd... want in de praktijk lag er dus een partij zeehonden, die mijn visplannen gingen bederven.

Zelfs op GoogleEearth kun je ze zien liggen. Als je ver genoeg inzoomt kun je de zeehonden op die zandbank bij Berc zien liggen (en ééntje zwemt er in het water). Dus dat betekent dat je tegenwoordig èlke visstek vantevoren tot in de kleinste details kunt bekijken en dat je daar als visser héél veel wijzer van wordt !

Die satellietfoto's zijn tegenwoordig zo gedetailleerd en je kunt zó ver inzoomen... dat je dus zelfs een zeehond kunt zien zwemmen, dat je de eendjes in de sloot kunt tellen, dat je kunt bekijken hoe het pad naar je stek eruit gaat zien (door bossen, langs akkers of over duinen?), je kunt zien of er bomen rond je toekomstige stek staan (wel lekker uit de wind, maar lastig bij het vliegvissen), zelfs of er gras groeit of stenen liggen (handig om te weten in verband met de hengelsteunen). Je kunt exact bekijken hoe breed en lang een water is (dus welke hengel zou je nodig hebben) en waar het mee in verbinding staat (dus of er nog betere stekken zijn). Nadat je al die info hebt bekeken heb je een zeer natuurgetrouw beeld van de werkelijkheid op een stek waar je zelf nog nooit bent geweest. Geweldig.

Je kunt natuurlijk zeggen: ik heb vakantie, dus ik wil niks plannen en ik zie wel waar we terechtkomen... en dat heeft best wel iets spannends.  Maar je kunt ook zeggen: ik bekijk al mijn toekomstige stekken voortaan nauwkeurig met GoogleEarth (of Maps met satellietbeelden) en ik kom nooit meer voor onaangename verrassingen te staan. Dit is een van de allermooiste prestaties van de moderne mensheid: Op je computer de hele wereld van bovenaf kunnen bekijken. Gaaf !

Toen ik ze voor het eerst zag lagen er 45 zeehonden op die zandbank, amper 100 meter van me vandaan,  te rusten, relaxen, zonnebaden, luieren, doezelen, gapen, slapen, uitrekken, niksen, of hoe je het maar wilt noemen. Maar... ik was dus van plan om hier een hengel uit te gooien...

Die zeehonden zijn echt ontzettend luie varkens. Ze blijven als het water opkomt zo láng mogelijk op de warme zonnezandbank liggen en hebben eigenlijk helemaal geen zin om van hun bed af te komen.

Maar de vloed komt op en op een gegeven moment gaan ze een natte buik krijgen en weet je wat ze dán doen ? Niks. Gewoon blijven liggen. Kan nog wel effe. Maar het water komt nog meer op, de hele zandbank loopt onder en weet je wat ze dán gaan doen ? Niks. Gewoon stug blijven liggen. Kan nog wel effe.

Het zeewater reikt inmiddels tot aan hun snorharen en ze kunnen hun staart nog nèt droog houden, maar het water blijft stijgen en op een gegeven moment gaan ze allemaal tegelijk drijven en daarna enthousiast rondzwemmen, plonsduiken, staartspetteren en neusproesten. En blaffen, gakken, gillen, brullen, snurken, snateren... of hoe noem je dat geluid ?

Als visser heb je altijd een haat-liefde verhouding met zeehonden. Aan de ene kant zijn het prachtige dieren in de wilde natuur, maar aan de andere kant zijn het je grootste concurrenten. Als je van plan was om hier in de geul langs de zandbank een zootje vis te vangen, dan is het de vraag of die zeehonden niet alles hebben opgegeten.

Je kunt zeggen: waar veel zeehonden zijn ... moet ook wel veel vis zitten, want anders zouden ze niks te eten hebben. Maar je kunt ook zeggen: waar veel zeehonden zijn zal onderhand geen vis meer zitten.

Ze hebben alles al opgegeten en weggejaagd. Waarschijnlijk was optie 2 de juiste, want ik heb nul keer beet gehad terwijl die zeehonden onder m'n hengel door zwommen.

Nee, als er zulk gezelschap om je heen zwemt... sta je als visser op de verkeerde plek. En ....weet je hoe erg die beesten je aan het schrikken kunnen maken... door plotseling vlakbij de kant met hun dikke vette snorrenkop proestend boven water te komen. Je schrikt je te barsten !

Enfin, dat was wel leuk om te zien, maar toch een tegenvaller. Mijn eerste hengelpoging is mislukt. We moeten op zoek naar een andere stek... zónder zeehonden.

Het is niet mijn bedoeling om hier een klaagzang te houden over wat er allemaal fout ging tijdens mijn vistrips, maar het is meer een opsomming van de problemen die èlke visser kan tegenkomen als hij op pad gaat. Ik zou je stapels foto's kunnen laten zien van mooie vissen-over-dwars, (dus trotse vissers met een gevangen vis in hun handen) maar dat zegt niet zo veel.

Het zijn juist de foto's van het randgebeuren die meestal de sfeer bepalen, die de hindernissen vormen en om oplossingen vragen. Dat zijn de uitdagingen die er een echt avontuur van maken. Een essentieel onderdeel van het vissen is... dat je nú nog niet weet of je stráks wat gaat vangen. Die spanning, daar gaat het om.

Dus ik rijd langs de kust op zoek naar een nieuwe stek, maar daarbij stuit ik op een berg zand. Nou nee, ik werd er niet door gestuit, maar wel vreselijk gezandstraald ! Vanuit zee blies een straffe westenwind van een Beaufoortje of zes en het zand van het vlakke strand (waar ik dus eigenlijk wou gaan vissen) werd als een snerpende zandstorm over de boulevard uitgestraald.

Wie daar een huis heeft aan die zandstraal-boulevard... die komt 's avonds thuis ... en kan zijn eigen huis niet meer in... omdat het slot van de voordeur vol zit met zand. Je moet ook minstens elk jaar je kozijnen opnieuw te schilderen en ... als je nog niet wist hoe hard ijzer gaat roesten als het in kontakt komt met zeewater... dan moet je even kijken naar dit hek aan zee.

Ik ben nog dapper wezen kijken aan de andere kant van het duin, maar dat had ik beter niet kunnen doen, want 's avonds in bed lag er overal zand tussen de lakens. Nee, die keiharde wind was de tweede domper die ik te verwerken kreeg. Maar goed, we vervolgen optimistisch ons vispad.

De kust van Normandië heeft voor een visser twee grote nadelen. Noem het uitdagingen. Ten eerste zijn de stranden vlak en moet je ver lopen om aan de waterlijn te komen. Ten tweede is het getijde-verschil enorm groot, waardoor het water keihard opkomt en afgaat. Bij Boulogne is het getijdeverschil ongeveer 7 meter ...en in Holland nog geen 2 meter, dus als je hier gaat zeevissen moet je er rekening mee houden dat het water zich bij eb ontzettend ver terugtrekt en dat je bij vloed moet oppassen dat je niet wordt ingesloten door het opkomende water. Dat kan zo snel gaan, dat je erop kunt wachten. Terwijl je op een terras aan zee een bak koffie zit te slurpen gaat de kentering van het getij zó snel, dat het binnen een half uur totaal is omgedraaid.

Ik moet je nog wat vertellen over de tweede strekdam die vlak naast onze camping lag, want dat was een verdomd verradelijke, ja zelfs gevaarlijke visstek, waar het 's avonds in het donker echt linke soep was.

De foto hieronder loopt helemaal vol. Ik bedoel: alles wat je hier ziet  gaat straks onderlopen tot aan de vloedlijn op de stenen. Dat betekent dat er heel veel water naar binnen zal komen...

Maar links van de strekdam zit het barstensvol zeepieren die ik graag wil steken. En nou oppassen, want zodra je hier de harde stenen van de dijk verlaat kan er zomaar ineens een rand met zéér zachte blubber zijn waar je in wegzakt en dat is echt linke soep. In Holland loop je gewoon het harde zandstrand op,

maar hier in deze afgedamde kom bestaat de bodem uit verradelijke slik en blubber en dikke blubber en kledder en vette kledder en bagger en zuigende stinkende bagger in het kwadraat ! Niet normaal.

Toch was ik er blij mee, want de moeizaam gespitte zeepieren stonken gruwelijk, dus dat was een geweldig goed aas voor de komende dagen. Leermomentje mijnerzijds : Leg daarna nooit je baggerlaarzen in de zon in de achterbak van je auto.

Na het avondeten (zelfgeplukte mosselen) ben ik met halsbrekende toeren over de strekdam gestrompeld, omdat er na een paar honderd meter verderop een opening/gat zat in de dam, waardoorheen het op- of afgaande water zich steeds weer een weg zocht. Daar bleken tientallen harders achter te blijven in de ondiepe poelen (gespot met de verrekijker), dus daar móest ik heen met een hengel.

Alleen ... je kunt het op de foto niet goed zien (maar weer wèl met GoogleEearth), maar een eind verderop zitten er nog veel meer gaten in die dam. Telkens moest je over gladde natte groene bealgde basaltblokken lopen die wankelden onder je voeten. Op klaarlichte dag was dat al een hele opgave. Na een half uur klimmen en klauteren kwam ik eindelijk bij de (in theorie) beste stek... en daar zag ik inderdaad boeggolven van hele dikke harders.

Terwijl ik er stond te vissen kwam er een (iets te optimistische-) mountainbiker langs die dacht dat 'ie wel even de hele dam op zijn fietsje zou kunnen afrijden, maar ik zag hem al gauw met een paar geschaafde knieeën vloekend tussen de blokken liggen. Als je dan van die wielrenschoenen aanhebt met zo'n clip aan de onderkant (die dus totaal geen grip hebben), dan wordt het een ware lijdensweg om van die klotedam af te komen. Hij strompelde glibberend en kreunend voort over de stenen met zijn fiets op z'n nek en wou dat 'ie er nooit aan begonnen was.

Zo voelde ik me ook toen ik er de volgende avond in het donker stond te vissen, want ik heb weliswaar een goeie lamp op m'n hoofd die genoeg licht geeft en ik heb er nieuwe batterijen in gedaan, dus dan heb je een veilig gevoel, maar dat is ten onrechte ! Ook het lampje van een zaklamp kan kapot gaan, als je pech hebt.

En als jij daar dan in het donker op die dam zónder licht naar huis moet komen, dan gaat dat niet lukken ! Enne .... gegarandeerd dat het zeewater weer gaat opkomen... De volgende avond zaten er dus 2 zaklampen in mijn tas. En voortaan altijd.

Je wilt nog weten of ik wat gevangen heb ? Hoeveel harders ? Twee keer de helft van drie min drie. Ze waren ontzettend schuw en zwommen meteen weg zodra mijn vlokdobber het water raakte. Zelfs de groene algen-pluis-vlieg die ik speciaal voor de harders had meegenomen werd geweigerd en alle kunstaasjes die ik naar ze toegooide werden beantwoord met een schrikachtige draaikolk en weg waren ze. Kun je nagaan hoeveel moeite je als visser soms doet om ... helemaal niets te vangen.

Wat ik wèl tegenkwam toen ik tussen de basaltblokken scharrelde was... een hele dikke kreeft. Ik heb hem eens goed bekeken en geprobeerd om om hem te voeren met een verse zeepier, maar daar had 'ie geen zin in. Stuk chagrijn.

Die kreeft bracht me wel op het idee om de volgende dag tussen de blokken te gaan zoeken naar zachte krab. Dat is een geweldig goed aas... als je eraan kunt komen. Maar dan ben je afhankelijk van het seizoen en deze keer had ik pech. Er zaten alleen harde krabben tussen de stenen (zou je daar een lekkere soep van kunnen koken ?... zie volgende aflevering) en tussen het blaasjeswier zat een schattig spin-krabbetje dat wèl trek had in een stukje zeepier.

De volgende dag twijfelde ik wat ik zou gaan doen. Dat is altijd lastig voor een allround-visser. Echt álle visserij is spannend en alles wat met vis te maken heeft is interessant, dus het maken van keuzes is moeilijk.

Tja... Ehh... Ga ik weer bij die zeehonden-zandbank staan met de twijfelachtige hoop op platvis ?

Of ga ik toch op dat waaierige zandstraalstrand staan met het optimistische idee dat er zeebaars zit ?

Of ga ik nogmaals die hele klote blokkendam aflopen op zoek naar die bakken van harders ?

De volgende keer zal ik je laten zien hoe de vangsten zijn geweest en welke overige problemen, hindernissen en obstakels ik ben tegengekomen tijdens mijn zoektocht naar vis aan de Côte Opale in Normandië.

Wat in ieder geval wèl erg goed lukte:  Lekker uitwaaien op het strand. Samen hand in hand een wandeling maken en de benen strekken, een goed gesprek voeren, de vogels zien opvliegen, de branding en de golven horen ruisen, de wind door je haar voelen waaien en je drukke hoofd tot rust laten komen.

Dat lukt erg goed in Normandië.

Vissersgroeten van   Geert Luinge

g.luinge2@upcmail.nl

ANDEREN LAZEN OOK