image description

De haken en ogen van een Deense vistrip : deel 7

Tekst en fotografie: Geert Luinge

Hallo vismaat. Vanmorgen zijn we met onze caravan vol hengels aangekomen op een camping in Svendborg, in het zuiden van Funen, Denemarken.

De vooruitzichten zijn gunstig. Mooi weer op komst, weinig wind, vlakke zee, een mooie tentplek met uitzicht over het water en een sympathieke Belgische buurman die toevallig een fanatieke vliegvisser blijkt te zijn.

Ik zag hem staan zwiepen met zijn vliegenlijn en liep naar hem toe om te vragen naar de vangst. Hij had hier al een paar dagen gevist vanaf de kant en ook vanuit zijn kayak, maar nog niks gevangen. Hij had zijn spullen wel goed op orde. Eersteklas ademend waadpak, dure vliegenstok, getaperde onderlijn, vernuftige doosjes met vliegen, trommels vol bindgaren, zilverdraadjes, goudkopjes, hertenharen, konijnenbontjes, pauwenveren, fazantenstaarten en eendenkonten. Kortom: tassen en kisten vol vliegviszooi. En niet te vergeten: een kayak van waaruit hij ging vissen. Maar... toen sloeg het noodlot toe.

Ik verzin het niet, dit is echt gebeurd: Op een gegeven moment zit ik naast de caravan mijn zojuist gestoken zeepieren van zand te ontdoen en te drogen op een paar (speciaal daarvoor uit Holland meegenomen) kranten. Ik hoor een klapperend geluid dat steeds harder wordt... het zwelt aan en het komt steeds dichterbij en er gaat opeens een heleboel wind waaien. Er komt een reddings-helicopter boven het water vlak naast de camping hangen, om (naar later bleek) te zoeken naar een iemand die was verdronken.

Aan wal stond een ambulance klaar en er was een boot aan 't zoeken en rondvaren. Later bleek dat er inderdaad een jongen van 16 was verdronken. Hij was 'gewoon even' gaan zwemmen...  in zijn blote zwembroek van de steiger af gesprongen... maar het zeewater was hartstikke koud en er stond een sterke stroming... en als je dan kramp krijgt in je beenspieren... is het einde verhaal.

Dus je snapt dat er bij ons op de camping een grafstemming heerste en dat het voorlopig niet meer gezellig werd. Het leek zelfs alsof de lampen aan de overkant huilden.

Dat droevige incident had ook gevolgen voor onze visplannen, want je begrijpt dat de vrouw van mijn Belgische vismaat opeens een doemscenario voor ogen had waarbij haar man zou omkiepen met zijn kayak en dat hij dan ook zou..... Amai, dat was niet plezant, zunne !  Zelfs wadend vissen vanaf de kant werd ten strengste afgeraden, want ook daarin kun je kopje onder gaan. Ergens had ze wel gelijk. Maar dat gold natuurlijk ook al vóór dit incident... dus ... Enfin, we hadden er vrede mee. We pasten ons aan aan de omstandigheden. Je kunt op zoveel verschillende manieren vissen. Dus zo belandden we uiteindelijk op een viskruk op een houten steiger... met een waadpak aan.

Gelukkig vingen we daar een paar mooie botten... voor zover een bot mooi kan zijn. Als je hem vergelijkt met een schol of een tarbot is het een saaie vale grijze gast. Als je een stuk of tien botten in een emmer gooit is het een redelijke vangst. Als je hem fileert en bakt en opeet is het een matig smakende vis,  maar als je hem op een boomstronk legt en van dichtbij bekijkt, dan kan het best een mooie rare vis zijn.

Botten houden van beweging. Zodra ze iets zien bewegen komen ze erop af. Dus ik draai telkens langzaam een paar meter lijn binnen en zorg ervoor dat het aas wappert en scharrelt over de bodem. In plaats van een lood heb ik een zware lepel die glinstert en langzaam over de bodem waggelt met twee haaklijnen, de bovenste met kralen, de onderste zonder. Als je daar een paar zeepieren of zagers aan doet ... krijg je op de top van je hengel zulke geweldig keiharde aanbeten te zien ! Ongelooflijk hoe hard de dreun kan zijn van een mini botje, scharretje of scholletje op de gevoelige top van een hengel met gevlochten lijn.

Zo'n visje van 15 cm stelt qua vangst weinig voor, maar ze kunnen geweldig aggressief aanbijten. Dus hou je hengel in de hand, stel de slip van je molen zo af dat je een paar tikjes hoort als je hard aanslaat, zodat je nooit de lijn kunt doorslaan. Want... dit is een reflex-visserij. We gaan aanslaan op de allereerste aanbeet.

Na de eerste ruk kun je nog wachten op een tweede, maar bij een plotseling slapvallende lijn moet je akuut aanslaan. Dan is het bijna altijd raak. Geinige visserij !

Nu even tussendoor iets heel anders.

We zijn inmiddels een paar weken op vispad door Denemarken en je hebt plaatjes gezien van allerlei mooie visstekken en vissers met goede vangsten, maar eerlijkgezegd hebben de Denen ook een paar hele slechte dingen. Ik moet je bijvoorbeeld waarschuwen voor de Deense frites. Zo zout heb jij het nog nooit gegeten.

Ze strooien er hele grove korrels zout overheen... in overvloed .. maar dat nog is niet zout genoeg. Dan gaat er ook nog een extra kruidenmix overheen... en als je vraagt om een beetje mayo... dan komen ze aanzetten met een driepersoons klodder, zo groot als een hondendrol. Als je zo'n portie Deense frites naar binnen hebt gewerkt... dan zit dat waadpak ineens veel strakker. En die ene fles water is echt niet genoeg, want jij gaat vreselijke dorst krijgen. Mijn vismaat (die als Belg natuurlijk verstand heeft van goede frieten) vond het smèrige pekel-patatten. Enfin, je moet het zelf maar weten... je bent gewaarschuwd.

Tijdens onze rondrit en speurtocht naar vis belandden we ergens langs een havenkade, bij het clubhuis van de plaatselijke sportvissers vereniging. Dat was een mooie accomodatie. Ze hadden een groot clubhuis pal aan het water in de haven, een verlichte fileertafel met stromend water, een ruime zithoek met kachel, een rekordlijst aan de muur, een koelkast met blikkies bier bij de hand en een hele grote gekoelde bak waar ze hun vangst levend in bewaarden.

We mochten gerust een kijkje nemen. In de bak zwommen allerlei vissoorten door elkaar. Als iemand er iets uit nodig had, dan schepte hij er met een netje bijvoorbeeld wat bliekjes uit om als aas te gebruiken. Midden tussen de bliekjes zat een driedoorn stekelbaars van wel 8 centimeter ! Dat is voor een stekelbaars gigantisch groot.

Ik heb in mijn jeugd honderden mini-stekelbaarsjes geschept en jarenlang in aquaria gehouden, maar had nog nooit zo'n reusachtige joekel gezien. Jaja, ook een piepklein visje kan relatief groot zijn. Er bestaan ook kleine olifanten. 

In de bak zwom een rode poon zenuwachtig heen en weer die blijkbaar honger had, want toen we de inhoud van het netje teruggooiden greep hij akuut zo'n bliek te grazen. Maar dat was voor die poon een héle grote hap, dus daarna zwom 'ie nog lange tijd uur rond met een halve bliek uit zijn mond.

Ponen kunnen onderwater met elkaar praten, ze kunnen knorren, vandaar de naam knorhaan. Toen we hem met een schepnet uit de bak haalden en vastpakten hoorde je hem luid knorren en ronken.

Op de bodem van de bak lag een prachtige tarbot, die leek op een schuivende pizza (quattro stagioni).

Ik vroeg of ik die misschien zou kunnen kopen... en wat 'ie dan zou kosten... Eh... nee. De leden van de visclub mochten wel onderling van vis ruilen, maar niets verkopen aan toeristen. Dat was nou jammer.

Ze konden me wel een stek aanwijzen waar ik 'de meeste kans' had om vanaf de kant een tarbot te vangen.

Dat was daar-en-daar (meteen op de smartphone een GoogleEarth pinpoint gezet), dus ik liep optimistisch terug naar de auto om meteen naar die stek door te rijden... Maar op het allerlaatste moment riep die ene gast me nog wat na: " Op die stek geef ik je ongeveer één procent kans om vanaf de kant een tarbot te vangen en op alle andere stekken nul. ' Nou, daar was ik blij mee. Dat was een lekker stimulerende opmerking. Echt datjezegt motiverend.

Datzelfde verschijnsel zie je op zijn duidelijkst bij ons in Holland. Op de pieren van ijmuiden. Daar kom je super gemotiveerd en vol goede moed aangefietst met al je hengelzooi, je hebt eindelijk een paar uur vrij om lekker te gaan vissen, dan rijd je de pier op en je geniet van de wind en de zee en de golven

en dan heb je er ontzettend veel zin in... maar dan komt er een vent je tegemoet gefietst... en die roept: 'Het is vandaag helemaal niks hoor ! Klote. Niemand vangt wat. Doei ! Dan moet je heel sterk in je laarzen staan om niet meteen rechtsomkeert te maken.

Maar gelukkig zijn er meer redenen waarom vissen leuk kan zijn. Het gaat niet alleen om de vangst. Terwijl ik een paar verse pieren op de haak doe komt er een rare snater aangevlogen, die neerstrijkt op een steen en gaat zitten kijken wat ik aan 't doen ben. Een eidereend.

Trouwens... nu ik eraan denk... over eenden gesproken... de poes heeft er een nieuwe hobby bij. Die muizen heeft ze nu wel gezien. Er ligt inmiddels een berg dooie muizen onder mijn bed en nu loopt ze de hele dag achter de eenden aan te rennen. Nou moet ik eerlijk bekennen dat dat mijn eigen schuld is, want als vogelliefhebber strooi ik altijd wat brood en vogelzaad in het rond, dus ik lok die eenden naar me toe, terwijl de poes ze meteen weer wegjaagt. Lekker bezig. Weer of geen weer, wind of regen, ze houdt alles in de gaten. Geweldig, dat jachtinstinct.

Maar ook hier heb je weer datzelfde verschijnsel. Een doodgewone  eend is niks bijzonders, die zie je dagelijks, die zwemt in elke sloot, maar als je hem van dichterbij bekijkt wordt 'ie een stuk mooier.

Nu we het toch over vogeltjes hebben... wil ik je nog even de jonge zwaluwen laten zien die op de Deense camping in het mannen-toilet zaten. Dat nest was gebouwd bovenop de stortbak van de toiletpot.

Elke keer als er iemand de weecee binnenkwam doken ze in elkaar en hielden ze zich stil... en terwijl je zat te schijten hielden ze zich stil en verroerden geen veer... dus jij had niets in de gaten... maar zodra je doortrok ... dan trilde de stortbak en zetten ze het op een krijsen ! Je schrok je te pletter.

Ik ving die middag nog een paar gepen aan het oppervlak, een paar platterikken op de bodem en zag een eind verderop een dikke zeeforel springen, maar eigenlijk was dat helemaal niet belangrijk.

Toen er in alle stilte een paar kanoeërs langspeddelden kwam er een gouden rimpeling op het water en ik begreep weer eens dat je (ook zónder hengel) een ontzettende bofkont bent dat je hier überhaupt mag staan om dit te beleven. Life is nice.

Het is de bedoeling dat we morgen verder gaan naar een andere plek in Denemarken, maar eigenlijk heb ik helemaal geen zin om te vertrekken. Waarom zou je verkassen als je het naar je zin hebt ?  Nou, ...omdat je bij een volgende stek altijd weer nieuwe uitdagingen tegenkomt.

We wandelen die laatste avond nog even langs de jachthaven en ... verdomd... daar zie ik echt een bák van een zeeforel tussen de steigers zwemmen ! Echt datjezegt jumbo-size. Maar mijn hengel is al ingepakt, die is al afgetuigd, de molen zit alweer terug in de trommel enzovoort. Dus wat ga ik doen ? ... twijfel...twijfel... Ik besluit om het tóch te doen. Nog nooit heb ik zó snel een hengel opgetuigd. De lijn foutloos door alle geleideogen doen is knap lastig als je vliegende haast hebt, maar eindelijk had ik het voor mekaar.

Dus ik ren sluipend (of sluip rennend) naar die zeeforel toe... werp voorbij de vis... laat een 10grams Toby lepeltje op een meter afstand voor hem langs dartelen... de vis ziet het lepeltje... hij zwenkt er naartoe en begint er achteraan te zwemmen... ik draai langzaam binnen... hij bekijkt de lepel en blijft er rustig achteraan zwemmen... maar pakt het nog niet... tot op een meter uit de kant blijft hij het achtervolgen...

Maar toen zag 'ie mij met een hengel op de kant staan... en schrok zich kapot ! Voor mijn voeten explodeerde een mega-zeeforel die opeens de andere kant op wou. Er stoof een V-vormige boeggolf door de haven, richting open zee... die zien we nooit meer terug. Kon ik alles weer gaan aftuigen en opruimen. Had ik zoveel moeite gedaan voor die paar seconden... en toch was het dat waard.

Volgende keer gaan we naar Langeland. Tot dan.

 

Vissersgroeten van   Geert Luinge

g.luinge2@upcmail.nl

ANDEREN LAZEN OOK